Weg met de zedenpolitie!

Maar hoe zit het nu met die supermarktbewaker die op Valentijnsdag het winkelende publiek meende te moeten beschermen tegen twee elkaar een kus-op-de-mond gevende meisjes? 't Was een man, toch? We weten zo weinig van 'm. Gaat het weer een beetje met hem? Is hij van de schrik en alle aandacht bekomen?

Arme man. Arme bewaker.

Hoe kwam hij er zo bij dat een spontane kus van twee geliefdes aanstootgevend is voor de boodschappen doende mensen van de blauwe winkel, of althans voor sommige? Waarom greep hij in? Waarom toch wilde hij 't kussen sussen? Meer dan

Lees verder in METRO of op de METRO-site hierrr

Antifascisten toen en reaguurders nu

Hun theaterstuk Jeremia is niet onopgemerkt gebleven. Tijdens de première op 7 februari j.l. zat de weduwe van Hans Janmaat op de eerste rij. De dag erna bezochten Martin Bosma en Joost Niemöller de voorstelling. Volgens de makers Marjolein van Heemstra (1979) en Sedettin Kirmiziyüz (1982) vonden ze de voorstelling die antifascisten van toen confronteert met reaguurders van nu, ‘overwegend mooi’. Kritiek was er ook, vooral uit linkse hoek, bijvoorbeeld op Joop.nl.

Van Heemstra en Kirmiziyüz staan te boek als erudiete theatermakers, type ‘linkse Gutmenschen’. In hun voorstelling gaan ze op zoek naar opvattingen over vrijheid van meningsuiting. Zo komen ze terecht bij Wil Schuurman, de vrouw van Hans Janmaat, leider van de Centrum Democraten, bij antifascisten die zijn mening letterlijk en figuurlijk bestreden, maar ook bij reaguurders, verzenders van haatmails (in Nederland zo’n 35.000 per dag) en extremistische moslims. In hun vlotte, slimme en goed

Geen Marina’s meer in Zwitserland

De angst van mensen om alles kwijt te raken door iets wat van buiten komt. Daarover gaat volgens de Belgische filmregisseur Stijn Coninx, bekend van zijn films rondom de komiek Urbanus (Hector en Koko Flanel) en zijn strijdbare sociale epos Daens (genomineerd voor een Oscar), zijn nieuwe film Marina. In dit geval betreft het duizenden Italianen die in de jaren vijftig naar België kwamen om in de mijnen te gaan werken. Het verhaal van een Italiaanse jongen (Rocco Granata) die van de ene op de andere dag emigreert naar een voor hem volkomen vreemd land en uiteindelijk beroemd wordt door zijn hit Marina. Mooi design, charmant spel van de Vlaams-Italiaanse Matteo Simoni, vertegenwoordiger van een generatie die helemaal geen Italiaans meer spreekt, en sfeervolle scènes, waarin de Roccovertolker met een hese stem en accordeon rokerige cafés op zijn kop zet. Maar het is soms ook een mierzoete film. Nee, dan Die andere Heimat / Chronik einer Sehnsucht, het vier uur durende prachtige epos van Edgar Reitz, in feite een proloog op zijn eerdere tv serie Heimat – Eine Deutsche Chronik. Over de geschiedenis van een familie in het fictieve dorpje Schwabbach in de streek Hunsrück. Ging het in de serie over de oorlogstijd, de jaren zestig en de jaren na die Wende, in zijn nieuwe epische vertelling, weer grotendeels in zwart-wit, behandelt Reitz de jaren veertig in de negentiende eeuw, toen op het Duitse platteland armoede, honger en ziekten heersten. Het was de tijd van de grote emigratie naar Brazilië, het beloofde land ‘waar met Kerstmis de rozen bloeien’. In één van de indrukwekkendste scènes zien we hoe in het landschap van de Hunsrück een stoet emigranten met paard en wagen op weg naar Rotterdam een lange stoet met gestorven kinderen kruist. Die trek naar elders, waar het beter zou zijn, wordt in veel films en romans beschreven. Onlangs nog in Dit zijn de namen van Tommy Wieringa, La Superba van Ilja Leonard Pfeiffer en De afvallige van Jan van Aken (zie Driemaal migratie). In januari wijdde de VARA aan het verschijnsel migratie een driedelige documentaire, op basis van Het land van aankomst van Paul Scheffer. De uittocht naar het beloofde land. In allerlei variaties en in heel verschillende tijdsperioden. In Zwitserland heeft nu de uitslag van een referendum bepaald, dat er een quotum moet komen voor ‘vreemdelingen’. Mensen van elders uit Europa. Alle partijen die de afgelopen tijd de handen ineen sloegen om de EU met de komende verkiezingen de definitieve nekslag te gaan toebrengen, juichen om het hardst. Zie hoe het ook kan. Zwitserland is hun grote voorbeeld. Maar is hun vreugde realistisch? Wie schiet er met de uitslag van dit referendum wat mee op?

In 1992 had de Zwitserse Volkspartij SVP het via een referendum voor elkaar gekregen dat Zwitserland buiten de EU bleef tot ontzetting van de toenmalige regering. Het heeft tien jaar gekost om

Welkom in Nederland!

Hij is zelf een Rus, woont al eeuwen in Nederland, was musicus, schoolde zich succesvol om tot zelfstandig ondernemer en is, na een mislukte Nederlandse relatie, toe aan een nieuw avontuur. De 45-jarige Boris is in de kracht van z'n leven, nu wil hij z'n geluk eens met een Russin beproeven. Maar Russinnen staan er - in tegenstelling tot Nederlandse dames heb ik (ai!) begrepen - dan wel om bekend mooi te zijn en er zeer verzorgd uit te zien, ze wonen gewoonlijk in Rusland en Nederlands wordt daar niet verplicht op school onderwezen. Dus moet Boris' nieuwe liefje, de hypermoderne en inderdaad beeldschone Oksana, een inburgeringsexamen Nederlands afleggen bij de Nederlandse ambassade in Rusland om een machtiging tot voorlopig verblijf (MVV) te krijgen. Zo schrijven de regels.

Nu stelt dat inburgeringsexamen niet zo veel voor. Je moet wel een zeer hardnekkige

lees verder in METRO of op de METRO-site hierrrr

Het kwaad onder het mes

Naar Medea en Macbeth kunnen we kijken. Of naar The Joker en Hannibal Lecter. We weten dat het fictionele figuren zijn. Dus kunnen we tot in detail meegaan in hun gruweldaden. Ze stillen in zekere zin onze fascinatie voor geweld, het grensoverschrijdende, het verbodene. Maar wat als we worden geconfronteerd met een afbeelding van een kwade genius uit de werkelijkheid? In 2012 verfilmde de Belgische regisseur Joachim Lafosse het drama van Geneviève Lhermitte die haar vijf kinderen vermoordde op 28 februari 2007 (zie Drama in Wallonië). De commotie bij de première was groot. Ook toen Maurizio Cattelan in 2001 Hitler afbeeldde als een devoot man, op zijn knieën, de handen gevouwen, schijnbaar om vergiffenis vragend. Toen het portret Myra van Markus Harvey, de vrouw die vijf kinderen seksueel misbruikte en vermoordde, in de Royal Academy in 1997 werd tentoongesteld, werden de ramen ingegooid. Marlene Dumas maakte de gemoederen los met portretten van Mohammed B. en Osama bin Laden, waarop beide terroristen met een zachte alledaagse blik staan afgebeeld. Kwaad fascineert maar moet wel in de veilige zone van de fictie blijven. Krijgt het kwaad uit de werkelijkheid een al te menselijk gezicht, dan breken de protesten los. Dat ondervindt ook de Belgische schrijfster Kristien Hemmerechts die in haar nieuwste boek De vrouw die de honden eten gaf in de huid kruipt van Michelle Martin, de ex-vrouw van seriemoordenaar Marc Dutroux. Toen Martin in 2012 vervroegd vrijkwam, betoogden boze burgers voor het Waalse klooster waar zij onderdak vond. De nabestaanden van Dutroux’slachtoffers vinden, dat Hemmerechts Martins daden goedpraat. Belgische recensenten weten niet wat ze met het boek aan moeten en Vlaamse boekhandelaren weigeren de roman in hun winkel te leggen. Ook Wallonië zal op z’n kop staan, als de Franse vertaling ten doop wordt gehouden.

Tweehonderd pagina’s lang zitten we in het hoofd van Odette, “de meest gehate vrouw van België”. Haar levensfeiten komen overeen met die van Martin. De vertelster zit in de gevangenis, veroordeeld wegens medeplichtigheid aan de misdaden van haar ex-echtgenoot M. Het eigenlijke verhaal is een

De verloren tijd wil je inhalen

Laatst werd ik aangereden achter het Paleis op de Dam door een jonge dronken toerist. Het gebeurde om drie minuten voor vierentwintig uur. Ik was op de fiets. De toerist zwalkte rond op zijn gehuurde yellow bike en raakte me fors in het voorwiel, waarna het hem zowaar lukte zijn dronkenmanstocht met zijn vrienden voort te zetten. Niet voor lang. Ik had hem snel achterhaald en vroeg hem in het Engels het stuur van mijn rijwiel weer recht te zetten. Dat deed hij, terwijl zijn makkers grinnikend toekeken. OK. Ik gaf hem een hand en maakte hem duidelijk dat hij moest leren fietsen en dat de stad niet van hem is. Amsterdam is niet van de toeristen maar van zijn bewoners. Laat Amsterdam niet in die zin het