Hoe groot is een hoofddoek?

Niet dat 't in andere talen niet voorkomt maar het Nederlands is er groot in: verkleinwoorden gebruiken. Ik had bijna verkleinwoordjes geschreven, zo erg is 't wel.

Ook voor dingen die niet per se klein zijn.

Kopje koffie of biertje. Een onsje jong belegen kaas, een ogenblikje, een
A4'tje, een appeltje voor de dorst, een uiltje knappen. Niet je kind maar je kleintje.

Waar komt die typisch Nederlandse bijzonderheid vandaan? Is het, wat je weleens hoort, angst voor de dingen? Noemen Nederlanders, lafaards die we zijn, die dingen maar klein zodat ze minder bedreigend overkomen? 

Voor één woord weet ik zeker dat deze theorie hout snijdt.

Hoofddoekje.

Echt je hoeft de radio maar aan te zetten en ja hoor, daar komt deze bijzonderheid weer. Hoofddoekje dit, hoofddoekje dat, hoofddoekje daar, hoofddoekje daarom...

Vandaag, maandag 20 november 2017, hoorde ik op de BNR-radio de altijd vrolijke radio-presentator Roelof Hemmen bijna hoopvol vragen: "Dus het hoofddoekje bij de politie is voortaan toegestaan?"

Alsof het een niemendalletje betreft, een luchtige accessoire die perfect past bij de kleur van de haren(!), de handtas, 't rokje of de rode pumps.

Ik geloof graag dat Hemmen helemaal niet bang is voor de hoofddoek, zijn moeder droeg er immers een! Tegen de regen en de wind weliswaar en niet volgens religieuze voorschriften en leefregels van een ons vreemde leer en profeet die voor met name vrouwen discriminerend zijn. Maar zo denkt Hemmen niet. Regenkapje = hoofddoekje. Zo simpel gesteld is dat veel eenvoudiger te behappen voor zowel de radiopresentator als luisteraars. Daar kan hij mee thuis komen, en zo blijft hij verzekerd van zijn baantje bij de radio want zo vleit hij de elite die eenmaal heeft bepaald dat Nederland pro 'hoofddoekje' is. Dat is niet alleen artikel 1 van het politiek correcte geloof maar ook van de islamitische leer.

Maar waar hebben al die liefhebbers van 'hoofddoekjes’ 't eigenlijk over?
Hoe groot ís deze hoofddoek letterlijk? 

Toch al gauw 96 centimeter bij 96 centimeter.

Daar kun je voor peuters in de zomer een leuk tentje van bouwen waarin ze met elkaar kunnen spelen.

Waarom mag de hoofddoek geen hoofddoek heten?

Toegegeven, de nonnenkap - nooit nonnenkapje - van Moeder Overste kan er ook wat van. Die zie je evenwel zelden en wordt niet (meer) voor de klas getolereerd, zie je niet in supermarkten achter de kassa, noch bij gemeentes achter het loket, wordt niet gedragen door de elite en zie je niet in zeer, zeer groten getale in de publieke ruimte. Een nonnenkap bij de politie? Laat me niet huilen. Nee, die nonnenkap zie je hooguit tijdens carnaval, om mee te lachen en dat is wel het allerallerlaatste wat je met de hoofddoek mag doen. Van de politiek correcte elite dan. En de moslimbroeders, en niet te vergeten alle ruggengraatlozen.

Waarom dan toch die eufemistische verkleiningstoevoeging JE?

Tentdoek, ja die is groot.

Maar probeer eens een zakdoek van 20 bij 20cm als zweetdoek op je hoofd te houden bij warm weer met van die knoopjes in de hoeken. Dat gaat nauwelijks en dan alleen nog met een heuse (boeren)zakdoek en geen (boeren)zakdoekje.

Een zakdoekje: 15 bij 15cm, iets dat in een damestasje hoort.

Een doek voor in de keuken, een vaatdoek geheten, telt toch echt niet meer dan 21 bij 21cm....

Waarom gaan we dan toch vrijwel allen mee met die nationale spraakverwarring aangaande de hoofddoek?

Is hier misschien sprake van een heus taboe? Uit angst, treedt de typische Nederlandse verkleingewoonte in werking om zo het grotere hoofddoekprobleem te ontkennen?

Aanranding valt niet te verkleinen in aanrandinkje.

Incest evenmin. Van een bevallinkje heb ik nog nooit gehoord.

Met je auto krijg je een ongeluk. Oké, mensen op leeftijd spreken in bepaalde situaties eerder van ongelukje. Maar in dat licht bezien: hoofddoekje? Laten we ons eens nationaal gaan schamen! Voor dit nieuwe onbenoemde!

Voor wie het niet onverschillig laat, de hoofddoek staat niet op zich. Veelal verschijnt deze dubbellaags uitgevoerd, inclusief lange mouwen, kledij tot de enkels bedekt, ongeacht het jaargetijde. Geen hygiënische korte mouwen voor een verpleegster of een politieagente met hoofddoek. Zuster hoofddoek geeft mannelijke patiënten geen hand, laat staan dat ze de edele delen van een opaatje wast.

De bewuste hoofddoekdraagster weet zich sowieso een betere vrouw dan de hoofddoekloze. Zíj komt in de hemel waar haar de heerlijkste druiven wachten. Het is kortom geen gewoon kledingsstuk maar onderdeel van een uniform, een systeem. En daarmee is deze doek onvergelijkbaar met een gewoon kledingsstuk als een beha.

Het woord hoofddoekje gebruiken voor een kledingsstuk uit een alomvattend religieus leefsysteem lijkt mij een grove belediging voor de aanhangers daarvan. Waar haalt de elite het lef vandaan moslims zo te beledigen?

Dus.

Wanneer komen zij in opstand tegen het beledigende verkleinwoord hoofddoekje’?!

Alle moslims de straat op en eis volmondig: HOOFDDOEK!