DE VERBINDINGSGROEP 3. De eerste bijeenkomst

We zijn wakker genoeg bevonden en nu op weg naar onze eerste bijeenkomst van de Verbindingsgroep Z. die bij Heleen, de jonge vrouw met de tweelingjongetjes, wordt gehouden. 

Het is 14 april 2022. Heleen woont vijf kilometer bij ons vandaan in een lieflijk gelegen buurtschap van zo’n 350 inwoners. Parkeerruimte genoeg voor alle auto’s die vrijwel gelijktijdig arriveren. Het is fris buiten en donker om half acht. Toch blijft iedereen eventjes buiten kletsen. Er heerst een uitgelaten sfeer en er wordt uitbundig omarmd. We maken kennis met een aantal mensen die tot de vaste kern van de groep behoren die we niet eerder bij de zondagse verbindingswandelingen aan hebben getroffen. 

Een stel van rond de vijftig dat Karel en Carla heet. Het lijkt wel alsof alle actieve wakkeren die we kennen van die leeftijd zijn, wat onmiddelijk gelogenstraft wordt als ik Hella de hand schud want zij is de oudste van de groep. Ik schat mezelf namelijk net een paar jaar jonger. 

Freek is er ook. Zoals gewoonlijk de enige op de fiets wat ik hem nog niet nadoe, zo zonder straatverlichting door het donkere platteland fietsen, hoewel me dat een bijzondere ervaring lijkt. Ik neem me voor dat de volgende keer ook te doen. Freeks fiets is overigens geen alledaagse fiets. Handig als hij is met fietsen, heeft hij z’n paarse mountainbike omgetoverd tot een super-e-bike zodat hij gemakkelijk 35 kilometer of meer per uur haalt zonder dat hij een kentekenbewijs nodig heeft en hij dus ook geen helm draagt op z’n blonde krullen. Mijn idee! 

We gaan naar binnen. We zijn met z’n tienen. Alleen Henriette is er niet. 

We nemen plaats aan een ruime eettafel die aan de open keuken grenst. De tweelingjongetjes krijgen we nog even te zien maar Heleens vriend niet. We hadden al begrepen dat hij de noodzaak van onze wappie-bijeenkomsten niet inziet, dus het is sowieso mooi dat we welkom zijn. Vooral voor Heleen want ik moet er niet aan denken dat Geliefde en ik het over deze levensbepalende aangelegenheden niet eens zouden zijn. Hoe kun je dan nog samenleven? Zit je dan wel in de juiste relatie?

Er staan paaseitjes op tafel en als de koffie en thee zijn ingeschonken houdt David een algemeen praatje dat over Nieuw Naoberschap gaat. Elke Achterhoeker weet nog wel wat het begrip Naoberschap inhoudt. Ook wij, import, hebben er van gehoord. We kunnen het alleen niet uitspreken. 

“We bereiden ons voor op een minder mooie tijd,” begint David. “Doel van deze bijeenkomsten is elkaar als groep echt te leren kennen. Dat er naar elkaar geluisterd wordt en dat we acties formuleren en onderwerpen die we belangrijk vinden, uitdiepen. We moeten er praktisch en mentaal voor elkaar zijn. Dat zou de basis moeten zijn,” zegt hij, “en we komen om de twee weken bij elkaar met een roulerende voorzitter.” Hij verwacht commitment, dat we echt ons best doen om er elke twee weken bij te zijn.

“Wij zijn de kerngroep Nieuw Naoberschap Z.,” legt David uit. “Nieuwsgierigen kunnen, als er een match is, tot de kerngroep toetreden. Er is ook een manifest waarover straks meer. Vanavond hebben we twee introducees in ons midden die door Hannie zijn aanbevolen en daarom stel ik voor om nu een kennismakingsrondje te doen waarbij iedereen kort iets over zichzelf vertelt en waarom hij of zij hier zit.”

Oh nee! denk ik. Dat niet! Als ik ergens een hekel aan heb is het zo’n voorstellingsrondje. Waarom? We kennen elkaar toch al van de bevrijdende zondagse wandelingen? Behalve Hella, Karel en Carla dan maar die hebben we net een hand gegeven en de rest van de kennismaking kan toch van zelf gaan?! Het woord voorzitter is weliswaar gevallen maar dit is toch geen vergadering?

Ik werp een wanhopige blik richting Geliefde die links van mij zit. Ik zie meteen dat ik van hem geen steun kan verwachten. Hij lacht me net niet uit. Zelf heeft hij geen enkel probleem met het voorstel. Hij is van zijn werk niet anders gewend. Heeft er juist volop ervaring mee. Maar zo ken ik hem nog niet, zal later blijken. 

Niemand in de groep protesteert en al zie ik er de meerwaarde niet van in, ik, nieuweling kan niet anders dan m’n mond houden tot ik aan de beurt ben!

Het rondje begint. Niets herinner ik me van wat David over zichzelf vertelt. Als hij dat al gedaan heeft wat ik achteraf betwijfel en als Karel die naast David zit zijn mond open doet gebeurt hetzelfde, het gaat langs me heen. Ik ben met mijn gedachten bij straks. Nog twee en ik ben aan de beurt. De luide stem van Freek houdt me weer bij de les. “Ik ben dus Freek en ja het is idioot wat er nu gebeurt. En dat is soms lastig als je er alleen voor staat, zoals ik. Ik ben actief als vrijwilliger in twee dorpsparken en ik ben hier omdat ik wil weten wat ik moet doen.”

Ook Heleen, de ietwat verlegen gastvrouw, houdt het kort. Ze vertelt dat ze sinds corona wakker is, dat ze niet naar de radio luistert en geen tv kijkt. Ze heeft twee opgroeiende kinderen en is bezig een moestuin op te bouwen. 

In plaats dat ik het eveneens kort houd, begin ik veel te uitgebreid te ouwehoeren over onze woonsituatie: half in het Westen van het land en half hier, totdat corona uitbrak en dat ritme veranderde en we liever hier zijn. God mag weten waarom maar ik begin zelfs te vertellen hoe lang Geliefde en ik al samen zijn (en ik gooi er een grapje in “and we never had a fight!” verwijzend naar de NO-Agenda-podcast waar niemand hier van gehoord heeft.) 

En dan onderbreekt David me ruw. “Ja, maar waarom zit je hier?” Okay, het gaat er dus niet om wie ik ben maar hoe wakker ik ben, of ik alle doemscenario’s die de mensheid te wachten staan wel doorzie. Het zweet breekt me uit, m’n hoofd kleurt knalrood wat me de laatste jaren toch al dagelijks overkomt en ik hakkel wat over hoe erg het allemaal wel niet is die coronafilm waarin we zitten maar meer zinnigs komt er niet uit. 

Dan neemt Geliefde het van mij over want die is aan de beurt en dan klinkt er ineens een heel ander geluid. Met zijn rustige manier van spreken en zijn inhoudelijk opbeurende woorden weet hij de aandacht van iedereen vast te houden. Er klinkt geen woede in zijn stem, geen agressie, zijn woorden zijn niet activistisch maar juist kalm en bedachtzaam. “We kunnen wel degelijk iets doen. Met z’n allen staan we veel sterker en kunnen we ons wapenen en acties ondernemen, elkaar steunen. Je hoeft het niet alleen te doen.” 

Alle ogen blijven gericht op Geliefde en het lijkt alsof er meer zuurstof in de kamer vrijkomt. Hanny knikt instemmend en Sander zegt iets wat ik niet versta maar wat onmiskenbaar positief klinkt. 

Geliefde wijdt vervolgens uit over enkele initiatieven waar hij betrokken bij is geraakt, zoals voor het wakkere Nieuw Westland, het One Small Town Project van Michael Tellinger en over een bijeenkomst waar hij is geweest van Society 4.0 in deze regio. Het One Small Town Project is geheel nieuw voor de groep maar van het bestaan van Society 4.0 van Bob de Wit zijn de meesten wel op de hoogte. 

Dan pakt David het stokje weer terug en vraagt waar Geliefde werkt. Dat weet David wel want dat heb ik hem tijdens een zondagse wandeling al eens verteld maar blijkbaar mag iedereen dat nu weten. Ik stoot Geliefde aan en fluister “vertel over die e-mail die de directie laatst heeft gestuurd”. 

Geliefde neemt even de tijd voordat hij weer spreekt. “Ik werk momenteel bij een bank ja,” begint hij. “Ik ben software developer en werk met een team aan de bank-app dus ik heb niets met geldzaken te maken. Ik heb zodoende veel ervaring met groepen en het team waar ik nu in zit, bestaat uit een goed geolied stel hoogopgeleiden met een aantal buitenlanders onder wie een Oekrainer. 

Ik stoot hem onzichtbaar aan. Dan vertelt hij over de e-mail die de directie onlangs aan al haar werknemers heeft gestuurd waarin zij verklaart unaniem pro Oekraine te zijn “nu Rusland daar onlangs onterecht is binnengevallen”. Het staat er niet letterlijk maar de boodschap is duidelijk. De bank verwacht dezelfde solidariteit van haar werknemers. “Mijn teamgenoten slikken dat voor zoete koek, zij wanen zich daarmee aan de goede kant. Maar sinds wanneer gaat de bank over politiek,” vraagt Geliefde. “Sinds wanneer gaat de bank over oorlog?” Er klinkt oprechte verbazing in zijn stem door. “Er wordt bij de bank ook al tijden over Carbon banking gesproken. Daar wil ik niet aan meewerken. Ik wil daar niet blijven werken. En,” voegt hij er strijdlustig aan toe, “mijn uiteindelijke doel is geen belasting meer betalen.” 

Daar haakt Karel meteen op in. “Dat kun je nu toch al niet meer doen, geen belasting meer betalen?!” roept hij op ‘n aanvallerige toon. Geliefdes antwoord is eenvoudig. “Stapje voor stapje maar het is wel het uiteindelijke doel en ik ga niet weg zonder een goed gevecht”.

De groep wordt rumoeriger en David wil verdergaan met het kennismakingsrondje. Zijn vrouw Fleur is aan de beurt. Ook zij is lekker bezig in de moestuin en rijdt paard wat haar een gevoel van vrijheid geeft en natuurlijk heeft ze het druk met hun kinderen, drie kinderen. Ze beseft dat deze goede tijd eindig lijkt. “We weten niet meer wat we moeten geloven. David en ik vragen ons af hoelang we nog in Nederland blijven. En als we vertrekken, waarnaartoe dan?”

Carla sluit zich daar bij aan. Ze beleeft veel plezier aan de moestuin. “Dat heeft een mens nodig. Maar wat staat ons te wachten?” vraagt ze zich af. Carla heeft volwassen kinderen van wie er enkelen zijn geprikt en met wie ze louter nog contact heeft via sms-jes. Niet meer via het veel populairdere whats-app en Facebook en in levende lijve ziet ze ze al helemaal niet meer. Ook tussen haar en een zuster heerst er veel strijd. “Hoe bereiden we ons voor op het ergste?” is voor haar de reden waarom ze de verbinding heeft gezocht en “we hebben strategieen nodig om anderen wakker te maken”.

Sander neemt het van Carla over. “Het leven lijkt gewoon door te gaan ondanks wat er allemaal over ons heen wordt uitgerold maar het donkere wolkje boven ons blijft maar meedrijven,” begint hij. Waarna er uitgebreide anekdotes volgen over verjaardagen bij kameraden die frustrerend zijn geworden en over werksituaties met collega’s. “Er is veel disscussie,” zegt hij, “maar slechts een enkele collega lijkt een beetje wakker te zijn. En die krijgt dan meteen de wind van voren”. Sander werkt bij de gemeente en houdt zich afzijdig van heftige discussies. “We kunnen niet iedereen redden,” vindt hij. Hij verwacht dat diesel er als brandstof nog eens uitgaat, “want,” zegt hij, “iedereen moet elektrisch”. Hij voelt er wel wat voor om weddenschappen af te sluiten wanneer er wat gaat gebeuren. 

Hanny, Sanders vrouw, vertelt anekdotes over hoe hun kinderen die alledrie in de puberteit zitten of iets ouder zijn testomwegen moeten bewandelen om gewoon mee te kunnen doen. Op haar werk heeft ze een collega die het teststaafje meteen in het apparaat steekt zonder langs de neus te gaan om toegang te krijgen wat tot ongeloof en hilariteit bij de groep leidt. 

Dan spreekt Hella. Iedereen valt stil. 

“Ik wil begrijpen wat ik hier eigenlijk doe,” begint ze, “wat ik te doen heb. Energetisch bekeken zijn er duistere krachten aan het werk. Meegaan daarin voedt deze krachten. Zo voelt dat. We worden continu aangespoord in boosheid mee te gaan. Ik wil geen energie geven aan boosheid of negativiteit. Ik vertrouw op mijn intuitie. Eenieder doet het op zijn eigen manier. En dat is goed.”

Ik word helemaal blij van deze woorden en ik zie dat Geliefde er ook op aanslaat. Wat een fijne bijzondere vrouw, denk ik. Het komt daardoor des te harder aan als ze vervolgens meedeelt dat ze daarom besloten heeft dat dit voor haar voorlopig de laatste groepsbijeenkomst is. “Ik houd van jullie allemaal,” besluit ze, “maar ik moet eerst weten wat ik hier eigenlijk te doen heb”. 

Hoe jammer we het ook vinden, we begrijpen allemaal dat we ons bij haar besluit neer moeten leggen. Gelukkig wil ze ons allemaal nog wel een keer bij haar thuis in Z. ontvangen, als afscheid, zeg maar. 

David neemt weer het woord en wil graag het manifest Nieuw Naoberschap Z.* voorlezen, dat blijkbaar op de vorige bijeenkomst is aangekondigd. 

“Een paar zaken verdienen wat meer helderheid,” zegt hij, “maar het document geeft een duiding van deze tijd.” En hij leest het voor. 

Het is niet zo dat het onwaar is wat hij voorleest maar het is dusdanig pessimistisch en dystopisch dat ik met mijn oren zit te klapperen. Ik dacht dat ik pessimistisch was maar dit manifest slaat alles. Niet alleen mijn verstand komt in verzet, m’n hele wezen trekt het niet. Het voelt niet goed maar vooralsnog houd ik mijn mond. Gelukkig vraagt Geliefde of hij het document per e-mail toegestuurd kan krijgen zodat hij er later op kan reageren. Dat lijkt mij een prima idee en de rest van de groep wil het manifest ook nog eens rustig over kunnen lezen maar zijn vraag veroorzaakt enige opschudding omdat Karel liever geen e-mailadres opgeeft, iets met privacy en veiligheid. 

Dan worden er nog wat links naar interessante podcasts uitgewisseld. Iedereen kent de podcast van Jorn Luka (alleen Freek schijnt wat allergisch voor Jorn te zijn) maar V for Valentine is voor sommigen nieuw. In het kader van elkaar beter leren kennen nodigen Geliefde en ik de groep uit voor een pizzaparty bij ons op 27 april en iedereen is welkom. De volgende bijeenkomst is 5 mei, bij Freek. Het is 22.00 uur geweest. We rijden op een doordeweekse avond naar huis en dat voelt alsof we een klein beetje meer Achterhoeker zijn geworden. 

[Alle (plaats)namen in de tekst zijn fictief.]

Lees hier: DE VERBINDINGSGROEP 1. De Wandeling - “Connection is protection”: http://hoeiboei.blogspot.com/2024/12/de-verbindingsgroep-1-de-wandeling.html

DE VERBINDINGSGROEP 2. Het Hijgend Hert, QR-code en mondkapjes: http://hoeiboei.blogspot.com/2025/01/de-verbindingsgroep-2-het-hijgend-hert.html



DE VERBINDINGSGROEP 2. Het Hijgend Hert, QR-code en mondkapjes

De zondagse wandeling met de locals zit al gauw ingebakken in ons weekritme. Het is een fijne opkikker zo vlak voor aanvang van de nieuwe werkweek. Niet dat ik veel werk. Toen de corona-psy-op over ons werd uitgerold, hadden we al snel door dat het in de Achterhoek beter vertoeven was dan in het Westen des lands en omdat Geliefde thuis kon werken, wat zeg ik thuis moest werken, besloten we van 1 salaris te leven en van de gecreeerde nood een deugd te maken en ons in het Oosten des lands te nestelen en dan ook daar voornamelijk aansluiting met gelijkgestemden te zoeken. 

We leven in 2022. Echter al in 2021 beseffen we - door schade en schande wijs geworden - dat we vrienden en famieleden die om welke redenen dan ook nog steeds niet voor waarheid gaan, die handelen en praten alsof ze ineens geen keuze en vrije wil meer bezitten niet kunnen overtuigen dat niets is wat het lijkt en dat we in een clownsworld leven waar alles precies omgekeerd is. Het vreet eenvoudigweg te veel energie. Misschien later. 

We schrijven begin september ‘21 nog wel een email aan de eigenaar van restaurant Het Hijgend Hert waar we steevast ‘s winters uitgebreid het wildseizoen vieren en dat al vele jaren. Net nu we, haha, het zo ver geschopt hebben dat we zo goed als zeker een vaste tafel hebben. Die email is bewaard en luidt:

“Beste X. en team,

Geliefde en ik komen inmiddels alweer acht jaar bij Het Hijgend Hert. Dat doen wij met veel plezier, met name in het wild- en aspergeseizoen, kerstavond… en tussendoor lunchen op jullie fijne terras doen we ook geregeld en graag. Elk seizoen nemen wij nieuwe vrienden/kennissen/familieleden mee naar Het Hijgend Hert voor een unieke restaurantervaring: Hollands pur sang immers met een goede prijs/kwaliteitverhouding. En thuis drinken we wijn uit glazen met Het Hijgend Hert-embleem. 

Vorige winter, tijdens de ‘lock downs’, hebben we gretig gebruik gemaakt van jullie Thuisservice. Om jullie te steunen in ‘n moeilijke tijd, tevens natuurlijk om van te genieten. 

We kijken geen teevee maar volgens jullie email zouden we vanaf 25 september aanstaande voor toegang een ‘QR-code’ moeten tonen. Aan zo’n dystopische en discriminerende maatregel - die nooit weggaat en slechts vervangen zal worden door nog beter werkende gehoorzaamheidstrainingen - doen wij niet mee. Dit onzalige plan heeft niets met gezondheid te maken. Ga maar na: gevaccineerden hebben een hogere virusload dan ongevaccineeren. Dat is wetenschappelijk aangetoond. 

Wij gaan graag uit van gezond verstand want wie ziek is, blijft thuis, verziek het niet! Zo eenvoudig was het en is het nog steeds volgens ons en vele miljoenen Nederlanders die hun gezond verstand gebruiken (ook bij een ‘pandemie’ met een ifr van 0.15 procent).

Wij gaan ervan uit dat jullie ook je rug recht houden. Wij hopen werkelijk dat jullie deze aangekondigde segregatie aan de deur laten vallen. En kijk samen met ons een jaar vooruit want als je hier aan meedoet ben je ons werkelijk voor altijd kwijt (en alle vrienden/kennissen die we in de toekomst nog mee zouden nemen).

Wij hopen dan ook binnenkort weer een reservering te maken voor een gezellig etentje bij Het Hijgend Hert, we kijken er naar uit!

Vriendelijke groet, 

Annelies en Geliefde

06-…….

Ps. Ben je op de hoogte van dit prachtige initiatief: Keuze Vrij Bij Mij ?

Link: https://keuzevrijbijmij.nl/

Op deze mail ontvangen we een korte reactie. De eigenaresse respecteert onze keuze, “maar,” schrijft ze, “helaas heb ik een beleid te voeren en moet ik mij naar andere gasten hier aan houden. Ik hoop voor u dat dit snel voorbij is en wij u weer mogen ontvangen.”

Waarop wij nogmaals reageren met als resultaat de kille mededeling:

“Er zijn bedrijven die hier niet in meegaan, daar kunt u vast ook fijn dineren.”

We zijn er nooit meer geweest. 

Wat we wel, anderhalf jaar later, gedaan hebben, toen corona hokuspokuspilatuspas, vervangen werd door de volgende gecreeerde crisis, te weten de oorlog in Oekraine, is met enkele mensen uit onze Verbindingsgroep Z, Sander en Hanny, en een wakkere niet op haar mondje gevallen lokale dame genaamd Momo, een avondje een rollenspel spelen. Waarom? Omdat we uit zelfrespect niet kunnen doen alsof er niets gebeurd is. Alsof er geen uitsluiting heeft plaatsgevonden. Op de een of andere manier moeten we het daar over hebben om door te kunnen. Een rollenspel dus waarbij de 1 de buitengeslotene speelde want zowel bewust niet geprikt als bewust zonder QR-code want zich ook niet met een stok diep in de neus hebben willen laten penetreren vanwege een onbetrouwbare en daarom frauduleuze PCR-test, en de ander de restauranthouder, de winkelier dan wel andere horeca-uitbater die beweert orders van hoger hand heeft uit te voeren. 

Ordersuitvoerders die niet meer zelfstandig nadenken zijn de gevaarlijkste mensen. Dat leert niet alleen de geschiedenis ons maar ook Natural Law (de natuurlijke onveranderlijke wetmatigheden) die ver boven de door de mensen gemaakte wetten staat, behoort te staan. Maar dat zijn mensen vergeten. Het is pijnlijk duidelijk geworden in corona-tijd. 

Dat houdt dus tevens in dat de ordergevers uiteindelijk niet verantwoordelijk zijn. En dat zijn de dokters trouwens dan weer niet vergeten want zij hebben de experimentele prikken niet zelf gegeven. 

Wij waren natuurlijk niet de enigen die ermee worstelden om wel of niet terug te keren naar zaken en bedrijven waar we gewend waren te komen, waar de mensen ons vaker wel dan niet kenden maar waar we lange tijd niet meer welkom waren en botweg geweigerd werden alsof we melaatsen waren. 

Wat weer in schril contrast stond met een minderheid van mkb-ers die wel de moed had menselijk te blijven en die niet slechts het mondkapje negeerde maar zo goed en zo kwaad als het ging zaken aan de deur bleef doen omdat ze wel doorhadden dat die corona-subsidie niet deugde want een rare afhankelijkheid schiep van een onbetrouwbare overheid. 

Zo heb ik een keer in de winter bij de winkeldeur een broek gekocht die ik weliswaar niet kon aanpassen maar wel in goed vertrouwen kon ruilen. Menselijke creativiteit kent geen grenzen. Fantastisch was dat! Een hoopvolle ervaring in een dystopische tijd. 

Het rollenspel bleek een lastige maar leerzame oefening te zijn en leverde een iets genuanceerder beeld, met name van de uitbaters die ook met de rug tegen de muur stonden. Zo legde Geliefde, rol wakkere klant, het faliekant af tegen Momo, rol uitbater die Geliefde weigerde want geen mondkapje en geen QR-code, toen zij de confrontatie aangingen. Momo bleef vriendelijk doch beslist en met redenen omkleed haar standpunt verdedigen. “Wie ging de boete betalen als zij (de uitbater dus) verlinkt werd door een BOA?!” Dat was namelijk verderop in de straat al gebeurd. Werd je door een mede-dorpbewoner verraden! 

Maar je mag natuurlijk geen vergelijkingen maken met de Tweede Wereldoorlog en juist daarom weet je dat je het bij het rechte eind hebt. Alles is omgekeerd, remember?!

De uitbater zou ook liever gewoon open staan voor iedereen maar er zaten te veel risico’s voor haar in. En dan hebben geen van beiden het eigenlijk over het zogenaamde levensgevaarlijke coronovirus! Kun je nagaan hoe smerig we tegen elkaar uit werden gespeeld. 

En toch en toch en toch hadden deze mkb-ers net als wij kunnen weten dat het hele zaakje stonk! Als ze maar de moeite hadden genomen dingen uit te zoeken. Niet via de geijkte paden want die leidden slechts naar de voorgeschreven werkelijkheid, dus dag Google, dag Twitter, dag Wikipedia, dagdag! Genoeg alternatieven. Nu nog wel. Beter die in stand houden en steunen voordat ze door Big Tech modieus als des- danwel misinformatie worden bestempeld en vervolgens verwijderd of op een andere manier buiten spel worden gezet. 

Terwijl ik dit schrijf moet ik denken aan de joden in de Tweede Wereldoorlog, die ook stapje voor stapje buiten gesloten werden (lees het waanzinnig interessante en aangrijpende oorlogsdagboek deel 2 van Hanny Michaelis er op na: DE WERELD WAAR IK BUITEN STA, oorlogsdagboek 1942-1945), verraden werden maar het na de oorlog meestal dus niet na konden spelen in een rollenspel. Ik weet dat de weinigen die door te vluchten wel terugkeerden naar Nederland moesten ontdekken dat hun huizen leeg geroofd waren. Niet per se door de Duitsers… 

Een zware vergelijking waarvan ik niet gedacht had die ooit in het ‘Vrije Nederland’ te zullen maken maar toch heb ook ik de met een air van vanzelfsprekendheid gesproken woorden gehoord “Wij weten vrij goed waar de niet-gevaccineerden wonen, precies eigenlijk”. Ja, Hugo de Jonge, coronaminister, hoeveel angstigen heb jij met je gevaarlijk valse spel op een idee gebracht?

Vaak wisten deze gevaccineerden, deze schaapjes niet eens dat het mRNA-vaccin zich nog in de experimentele fase bevond, dat het helemaal geen vaccin mocht heten. Het interesseerde ze domweg niet. Ze volgden blindelings de angstzaaiers. 

Vergeten? Vergeven?

Om zelf gezond te blijven en menselijk zullen we wel moeten.

Toch ben ik nooit meer naar die wijnzaak in Z. gegaan die van mij eiste dat ik een mondkapje droeg omdat 1 van de kinderen van de eigenaar een zeer zwakke gezondheid zou hebben. Het was voor mij toch een kleine moeite om voor dat kindje een mondkapje voor te doen, kreeg ik te horen. Schrijnend genoeg. Maar voor wie was het nou gevaarlijk? Voor dat geinjecteerde kindje, en haar geinjecteerde ouders en broertjes en zusjes of voor mij? Na corona liep ik een keer langs deze zaak waar de deur wijd open stond. Ik wierp een blik naar binnen en zag de angst aangejaagde vrouw achter de kassa staan en heb toen geroepen: “Is iedereen nog gezond?!” “Ja,” antwoordde ze waarna ik oprecht opgelucht reageerde met “Gelukkig!” Maar naar binnen ben ik niet gegaan. 

Of die diervoederwinkel waar ik wat zonnebloempitten voor de vogeltjes wilde kopen en de verkoopster bijna hysterisch werd toen ik zo maar zonder mondkapje naar binnen liep en ik wel moest afdruipen terwijl enkele andere brave klanten mij aanstaarden alsof ik een buitenaards wezen was en m’n verdiende loon kreeg. Zonnebloempitten werden tijdens corona niet verkocht want ze hadden het volstrekt willekeurige stempel niet-essenstieel gekregen. Je bleef er bijna in vooral als je zag wat wel essensieel werd bevonden. Want de drankzaken en coffeeshops bleven gewoon open. Maar daarin was ik de enige want ik hoorde er niemand anders over behalve later in een semi-dapper liedje van Stef Bos. Ook de vogeltjes konden in deze clownsworld stikken. 

Of bij die bakker waar de bakkersvrouw aanvankelijk niets in de gaten had maar waar ik tijdens het afrekenen te horen kreeg dat het schandalig was dat ik er geeneen droeg. Als je begrijpt wat ik bedoel. 

Of bij die andere wijnzaak, in Amsterdam was dat, een man die me bijna de winkel uit mepte, zo verontwaardigd was hij dat ik het lef had. 

En zo is Geliefde nooit meer naar die plantenketenzaak gegaan waar hij zonder mondkapje naar binnen liep en te horen kreeg dat hij daar helemaal niet hoorde te komen maar thuis behoorde te zitten.

Nog bizarder maakte Geliefde het mee in een groothandel waar hij tijdens het inkopen doen achtervolgd werd door een medewerker die gealarmeerd leek door andere klanten die al lang bij de kassa stonden om af te rekenen maar die toch doodsangsten uitstonden omdat Geliefde zonder mondkapje door de groothandel liep. “Laat me even mijn lijstje afwerken,” zei Geliefde dapper terwijl zijn hart heus wel bonkte in zijn keel. “Straks praat ik graag met u.” Wat natuurlijk nergens op uit liep. Niemand wilde in gesprek. Rausss!!

Of die azijnwinkel in Amsterdam waar we al decennia komen en waar Geliefde bij de drempel te horen kreeg dat hij een mondkapje voor moest doen want anders zou hij niets kunnen kopen. En dat, terwijl de twee medewerkers nota bene zelf zonder masker in de winkel koffie zaten te drinken. 

Ik realiseerde me dat al deze uitbaters vrijwel altijd van middelbare leeftijd waren. Nooit jong. Maar ik ben zelf evenmin jong en hoewel het bij mij natuurlijk ook stress veroorzaakte, toch moest ik mijn rug recht houden. Simpelweg uit zelfrespect. Wat ben je zonder zelfrespect? Een slaaf. En omdat dat mondkapje natuurlijk helemaal niet werkt wat iedereen kon weten die uit zijn doppen keek. Ik wilde daarbij niet meedoen aan een gehoorzaamheidstraining. Want dat was het. Niet meer en niet minder. Zo gek kun je mensen dus krijgen als je ze eerst flink bang maakt. Met dank aan de media zonder wie deze angstpandemie niet mogelijk was geweest. 

Toen het mondkapje nog slechts aanbevolen was en niet verplicht had ik er minder moeite mee. Dat mensen vrijwillig zo’n ding wilden dragen, hoe absurd ook, moesten ze dan zelf maar weten. Ik vond het zielig, afschuwelijk en vaker werkte het op mijn lachspieren als je zag hoe ze er mee omgingen. Totaal niet hygienisch. De instructies deden er blijkbaar niet toe. En dan wel zo’n abnormale elleboogbegroeting geven. 

Ik weet nog dat ik er een praatje met Anja, 1 van de vaste medewerkers van de blauwe supermarkt over maakte. “Ja,” zei ze vriendelijk onnozel. “De meeste mensen hier dragen er een”. Vervolgens liep ik zonder mondkapje langs haar heen. 

Een week later stond ze er weer en zag ik tot mijn verbazing dat ie-de-reen nonchalant een mondkapje voordeed vlak voor hij of zij de blauwe supermarkt in liep. Alsof het de normaalste zaak van de mensenwereld was. In 1 week was iedereen om en deed men braaf wat van hen verlangd werd. Knetter. 

Ook nu ging ik weer zonder mondkapje naar binnen alleen kwam ik niet voorbij de groenteafdeling. Daar zei de groentemedewerker die ik ken als een stille, ietwat autistische jongeman met wie ik altijd een beetje te doen heb en die nu blijkbaar eindelijk een heldenrol kon vervullen “U heeft geen mondkapje mevrouw, u moet een mondkapje dragen!” “Nee hoor,” antwoordde ik met een glimlach. “Dat hoef ik helemaal niet want dat is niet goed voor mij.” En ik ging rustig door met winkelen. Nou ja, rustig. De jongeman had blijkbaar zijn baas ingelicht dat er een vrouw zonder mondkapje in de winkel was gesignaleerd want nog geen minuut later sprak de franchise-ondernemer van deze blauwe supermarkt die ik wel ken me erop aan. Ik vertelde hem dat een mondkapje niet goed voor mijn geestelijke gezondheid is en dat ik hem daarom niet draag. “Mag ik dan het doktersbewijs daarvan zien?” vroeg hij. “Nee,” zei ik, “dat heb ik nog niet”. “Oh,” zei hij, ik kon wel merken dat hij ook wat verlegen met de situatie was, nogmaals we zagen elkaar wekelijks. “Dan alleen voor deze keer zonder,” dacht hij de ongemakkelijk situatie op te kunnen lossen. “Nee!” zei ik resoluut “Ook volgende week kom ik zonder en anders belt u maar de politie”. En ik ging verder met boodschappen doen. Dat hielp. De man schrok zichtbaar en zei, “Nee zeg, de politie, alsjeblieft niet!” En verdween toen met grote passen zijn winkel in. 

De gehele mondkapjestijd heb ik er 1 keer per week zonder mondkapje in razend tempo boodschappen gedaan en geen noemenswaardige problemen ondervonden. En ik kom er nog steeds maar besteed er minder en minder omdat Big Food me nog minder bevalt dan voorheen. Er is weinig gezonds meer aan. En dankzij corona realiseer ik me beter dat die schappen, waar iedereen dag in dag uit pakt wat van zijn gading is, in drie dagen leeg kunnen zijn. Dat kan zo geregeld zijn en niemand staat daar bij stil. Liever lokaal kopen en kleine, gezondere winkels steunen met wie je een persoonlijke band kunt onderhouden anders verdwijnen die gegarandeerd al-le-maal.

Ik kan vergeven maar ik kan niet vergeten. Het is absoluut noodzakelijk dat deze misdaad tegen de mensheid wordt erkend en dat alle boven ons gestelden en reguliere media en iedereen die daar vrijwillig aan mee heeft gewerkt, worden berecht. Een volkstribunaal… wat dan ook, het moet en zal gebeuren. Al was het maar voor dat jongetje van een jaar of tien dat nu braaf in de auto achter bleef terwijl zijn vader uitstapte om boodschappen te gaan doen in de supermarkt en ik het jongetje z’n vader angstig hoorde naroepen “Pa! Heb je je mondkapje wel bij je?!”

Wordt vervolgd.

[DE VERBINDINGSGROEP 1: De wandeling : http://hoeiboei.blogspot.com/2024/12/de-verbindingsgroep-1-de-wandeling.html ]