Buitenlanders

Ik kwam de dame voor ’t eerst tegen in een bos. Kaplaarzen omvatten haar kleine voeten en uit de rechterzak van haar ruimvallende overjas puilde ’n gepikt bosplantje waar ze, er eenmaal op betrapt, zich in ’t geheel niet voor schaamde. Zij kan zoiets doen.

Sommige mensen hebben dat. Hoe ze ook gekleed gaan, terstond is duidelijk dat je een dame of heer voor je hebt. Nog voor ze een woord gesproken hebben.

Zo kan haar man ’n jasje van Action dragen zonder z’n waardigheid van heer te verliezen. Wonderlijk maar waar.

Zoals ’t ook waar is dat spullen die ’t paar bij voorkeur in de aanbieding koopt steeds weer snel kapot
gaan. Een telefoon, een camera, een hek…. Het deert hen niet. Want: ‘Nee, zo’n dure telefoon ga ik echt niet kopen hoor!’.

Een enig mens, ’n gezellig mens. Eerst een glaasje wit maar bij het eten toch echt wel rood. Zo’n mens ook.

En dol op haar kleinkinderen. Inmiddels al weer tien en allemaal onder de tien. Wat gaat daar veel tijd in zitten en toch niet verzaken met bridgen…. Een oma die nuchter en slim genoeg is zich niet met de opvoeding van de kids te bemoeien maar die wel alle mogelijke gezelligheid en ‘open mindheid’ van een ware oma ten toon spreidt. Een droomoma!

Eentje ook die ’t gewend is haar mening te geven zonder dat je haar kunt betrappen op berekende politieke correctheid. Uitzonderlijk voor het Nederland waarin we nu (moeten) leven. Je kunt haar gerust confronteren met stevige uitspraken, uitspraken waar anderen (wereld)vreemd op zouden reageren maar zij niet. Zij kan tegen een stootje.

Nee hoor, deze ‘oudgelddame’ laat zich niet gek maken. Ze spreekt van Sinterklaas en Zwarte Piet zoals ’t een oma betaamt. Alsof er geen aanzwellend legertje notoire beroepsklagers bestaat. Zij en haar gezin gaan gewoon hun gangetje. Ze hebben nergens last van. In hun eigen kring…

Dat werd me laatst overduidelijk toen tijdens ’n mooie borrel de scholen van de kleinkids ter sprake kwamen. Die gaan vanzelfsprekend naar de beste scholen, waar het ene kind ’t wat beter doet dan ’t andere, maar:

“Nee, daar zit geen één buitenlander op!” verzekerde ze me. Ze zei er nog net niet “Ben je mal?!” achteraan.

Ik weet ’t, haar man en zij zijn van de tijd dat woorden als ‘allochtoon’ en ‘autochtoon’ nog niet bestonden met de betekenis van nu. En dat hun kleinkinderen naar scholen gaan die (nog) honderd procent Nederlands zijn, verbaast me niet maar dat ze ’t simpele woord ‘buitenlanders’ bezigen, dat dan weer wél. Alsof er geen kinderen zijn die óók een Nederlands paspoort (kunnen) hebben, alsof die niet bestaan!

Wat zegt dat?

Voor sommige Nederlanders zijn en zullen kinderen (al dan niet hier geboren) van niet-Nederlandse afkomst áltijd buitenlanders blijven. Al weet ik niet zeker of Amerikanen en Engelsen daar ook onder vallen. En ik ga er ook niet naar vragen.

Ik hoop dat ze deze politiek incorrecte vereenvoudiging nog heel lang mogen behouden.

1 opmerking:

  1. Termen als "buitenlander", "allochtoon", "gastarbeider", "asielzoeker" of "immigrant" zijn nooit stigmatiserend, beledigend of kwetsend bedoeld geweest. Dat al die woorden uiteindelijk een negatieve bijklank hebben gekregen, ligt in de eerste plaats aan het gedrag van een relatief grote groep immigranten. Hetzelfde geldt voor woorden als "Marokkaan" en "Antilliaan"; aan woorden als "Chinees" of "Italiaan" hangt die bijklank niet.

    Het voortdurend veranderen van woorden gaat de realiteit niet veranderen. Dat is slechts socialistische Newspeak, zoals in Orwells klassieker 1984.
    De problemen rond Tsjernobyl gaan ook niet weg als je de naam verandert; al hebben de Britten wel iets dergelijks geprobeerd met Windscale, sinds 1981 Sellafield.

    Dat zwarte scholen op allerlei gebieden slecht scoren is niet gevolg van het woordje "zwart", maar het gevolg van de achtergrond van veel leerlingen. Taalachterstanden, lagere algemene ontwikkeling en cultuurverschillen, maar vaak ook ronduit asociaal gedrag. Dat wordt goedgepraat en zelfs aangemoedigd vanwege "Politieke Correctheid". Politieke Corruptheid is daarom een betere omschrijving.
    Voor zwarte wijken geldt hetzelfde; je maakt straatterroristjes niet onschadelijk door voortaan over een "kansenwijk" te praten.
    En het stelselmatig belasteren, aanklagen en bedreigen van de weinige politici die die straatterroristjes willen aanpakken gaat al helemaal niks oplossen.

    De problemen zijn het probleem, niet de boodschappers.
    Dus pak de problemen aan in plaats van de boodschappers.

    BeantwoordenVerwijderen