'Altijd november', een roman vol confronterende passages voor Henk en Ingrid

Niemand zit op een roman van Gerry van der List te wachten, echt niemand, had een vriendin Van der List verzekerd. Ik lees dat in de Verantwoording op pagina 205 van het boek Altijd november, het romandebuut van Gerry van der List, chef van de redactie Kennis & Cultuur bij Elsevier. Geen idee wie die vriendin is maar ik meld hierbij graag dat ALTIJD NOVEMBER het smakelijkste boek van 2011 is en wat mij betreft is het de eerste geslaagde roman over de multiculturele samenleving waarin wij nu al weer zo lang 'lekker' langs elkaar heen leven.

Voor de tweede keer in drie jaar moest ik bij het lezen aan een roman van de schrijver W.F. Hermans denken. Misschien zegt de lezer dat nog iets. Niet aan Uit talloos veel miljoenen, zoals bij de ultieme wraakroman De vrouw van de filosoof van auteur Philibert Schogt, maar aan Onder professoren, een vlijmscherpe afrekening met de tijd dat Hermans hoogleraar was aan de Universiteit van Groningen. In Altijd november neemt Van der List de Universiteit van Leiden onder de loep en dat is leuk te lezen maar hoe reken je in een roman af met de multiculturele samenleving? Bestaat zoiets? Zonder voor eens en voor altijd verguisd te worden? Wat dat betreft had Hermans het in het pre-multiculturele tijdperk makkelijker.

Ja, er is een 'verhaal', er is de hoofdpersoon Peter van Rijswijk (een lulliger doch Hollandser naam kun je niet bedenken, ik heb ooit een zwager met bijna dezelfde naam gehad), een man van middelbare leeftijd die door zijn vriendin Ellen wordt ingeruild voor Rachid, een Marokkaan die wél dolgraag een gezinnetje wil stichten. Dat is allemaal waar en tragisch
genoeg zo'n cliché, maar in dat simpele gegeven zitten niet de spanning, de kracht en het bijzondere van dit boek, die zitten toch echt in het scherpe observatievermogen van de nuchtere Peter van Rijswijk, waardoor hij – goddank – ook nooit echt tot slachtoffer of zo U wilt, loser verwordt. Vandaar dat hij al snel en, vrij voorspelbaar, het etiket, slechte, foute, harde, boze, cynische man krijgt opgeplakt. Daar kun je op wachten, maar is hij dat wel? Ik vind van niet want raak is raak en er valt juist veel met en over hem te (grim)lachen. Van Rijswijk is een geestige man en ik durf hem zelfs een gevoelige man te noemen. Lees eens hoe hij reageert als z'n vriendin hem meedeelt dat er weinig echte passie meer tussen hen bestaat en dat ze elkaar toch eigenlijk weinig meer te vertellen hebben:

“Dat hebben we toch ook niet? Na een jaar of zo heb je alles wat je weet en wat je hebt meegemaakt, wel zo'n beetje verteld aan de ander. Maar je kunt ook zwijgend genieten van elkaars gezelschap. Ik vind je prachtig. Ook al zou je doofstom zijn, dan nog zou ik de hele avond bij je willen zijn.”

Altijd november opent met de zin: “Op het lijstje van mensen die hij zo spoedig mogelijk dood wenste, kwam Francine Dijkgraaf in één klap binnen op de tweede plaats.“ Wie dan niet verder wil lezen, moet dat beslist niet doen want het boek zit vol met dergelijke humoristische taal zonder opsmuk. Taal die je helaas zo weinig tegenkomt in hedendaagse literatuur.

Een bonte stoet van prominente Nederlanders komt langs in Altijd november, de schrijver onthult hun namen niet maar iedere lezer die de laatste jaren het multiculdebat op z'n sloffen heeft gevolgd, kan die namen zelf invullen: Ayaan Hirsi Ali, Herman Philipse, Theo van Gogh en ik meen ook Arabist Hans Jansen te herkennen. Peter van Rijswijk uit z'n eigen ongefilterde gedachten over hen en nog een paar anderen. Of hij gelijk heeft of niet moet de lezer zelf bepalen maar één passage geef ik hier prijs omdat je zoiets waars zelden leest, zeker niet door een man geschreven. Ik lees op pag. 171 (de namen heb ik zelf ingevuld, betere suggesties zijn welkom):

“Daarna begon het interessante deel van de mail, met geroddel over het personeel bij de Leidse universiteit. Maarten verhaalde met smaak over de hooghartige Tocqueville-supporter [Andreas Kinneging] op de juridische faculteit die onvermoeibaar voor ouderwetse deugden als huwelijkstrouw had gepleit, maar de moeder van zijn kinderen meteen had gedumpt toen een sexy Pakistaanse schrijfster [Naima Tahir] iets met hem wilde beginnen.”

Scherpe, eerlijke, recht voor z'n raap gemaakte observaties die ik nog niet eerder in een roman heb gelezen, niet alleen over 't multikulgebeuren maar ook over: homo's, het internet (“tegenwoordig was de wc wel een stuk minder noodzakelijk als uitlaatklep voor gefrustreerde mannen, want daar was internet voor in de plaats gekomen. Een open riool als communicatieplatform.”), feministen en vrouwen van 40, 50 jaar en al ben je er zelf een, je kunt Van Rijswijk nauwelijks ongelijk geven, je moet er wel om lachen. Ben je daar niet toe in staat dan is er iets mis met je en kun je maar beter nooit meer literatuur lezen of in de spiegel kijken. Op bijna elke pagina is het wel raak en dat maakt Altijd november zo'n heerlijk, vermakelijk boek, het biedt ruimte, het biedt lucht ondanks alle schrijnende situaties. Altijd november geeft de multiculturele samenleving een plek, een eerlijke plek, en je kunt het er wel niet mee eens zijn maar dat maken de observaties van Peter van Rijswijk niet minder werkelijk en oprecht. Nogmaals er valt veel te lachen. Iedereen die in het verleden met veel plezier Onder professoren heeft gelezen zou ook van Altijd november moeten kunnen genieten. Dat kan niet anders. Een boek dus voor een groot lezerspubliek. Veel groter dan de bestseller Alleen maar nette mensen van Robert Vuijsje, die niet alleen stomvervelend is maar ook nog eens nergens op slaat.

Minpuntje aan Altijd November is de structuur, het plotseling verspringen in tijd, en waarom in godsnaam het boek opdragen aan 'Henk en Ingrid'? Omdat het vooral voor hen confronterende passages bevat? Dit boek is voor iedereen geschreven die van goede literatuur houdt. Er zijn onnoemelijk veel artikelen, columns, essays en blogs over de multiculturele samenleving gepubliceerd het afgelopen decennium, dat houd je bijna niet voor mogelijk. Ik ruil ze allemaal in voor deze ene roman. Wat je zelf ook van de multiculturele samenleving vindt, welke politieke voorkeur je ook hebt en of je het leuk vindt of niet, deze vermakelijke roman blijft voorlopig actueel!

Bestellen?

9 opmerkingen:

  1. Ik ben het boek aan het lezen, ben halverwege. Hilarisch! Ik heb het vermoeden dat als ik aan het eind ben, alleen de fabeltjeskrant niet genoemd is.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Het aparte van deze roman is dat iemand die niet op de hoogte is van het multiculturele 'debat', het boek toch kan lezen, maar dan wel zonder de sensatie van de dubbele boodschap die je in staat stelt om de personen in te vullen en daardoor nog beter voor de geest te halen.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Gaat hij nu zelf zijn boek bespreken in de Elsevier? Maakt niet uit, lijkt me goed boek.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Is het Peter van Randwijk of Peter van Rijswijk? En is 'ie naturist?

    Het is in ieder geval "Alleen maar nette mensen" en da's een prachtboek.

    Een andere toproman over multicul is "Een echte jood als ik" van Heeresma jr.

    "Altijd November" lijkt me leuk; dan hebben we een top drie van multicul topromannen.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Dat ben ik wel met Pier eens. Bij de fragmenten van Annelies kreeg ik inderdaad een Heeresma visioen. En natuurlijk ook Hermans "Onder Professoren" (Hij was toch lector en geen hoogleraar in Groningen?). Komt goed, alles komt goed :-)

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Dat ben ik wel met Pier eens. Bij de fragmenten van Annelies kreeg ik inderdaad een Heeresma visioen. En natuurlijk ook Hermans "Onder Professoren" (Hij was toch lector en geen hoogleraar in Groningen?). Komt goed, alles komt goed :-)

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Ik heb het boek uit. Het is een leuk boek, wel wat sneu dat de schrijver aan het eind van het boek schrijft dat zijn bestaan aangenamer is dan dat van de hoofdpersoon van Altijd november. Dat is nou iets dat niet nodig is.

    BeantwoordenVerwijderen