Nog steeds begreep ik niet hoe het zat, omdat ik vaak zie wat ik denk, en even dikwijls niet zie wat zich in werkelijkheid afspeelt. Ik zie veel, echt een rijkdom aan voorstellingen. Ik zie zonder veel moeite de majesteit Gods in alle dingen, terwijl een ander daar twijfels over heeft of er zich met kortzichtige kritiek van af maakt. Ik heb andere zorgen dan de dagbladschrijvers, want ik pak de dingen serieus aan: elke
halfslachtigheid is mij vreemd. God is Eenzaam, en Hij is een Lijdende God: ik kan daar niet genoeg de nadruk op leggen. God is het Lijden der Wereld, heb ik wel eens gezegd, wat mij niet in dank is afgenomen. (In een droom sprak een stem tot mij die zeide: 'Troost Mij in Mijn Lijden, blijf bij Mij in Mijn Eenzaamheid.' Ik stamelde iets terug in de trant van dat wil ik wel doen maar hoe? Ja, ik heb soms mooie dromen, waardoor mijn gezondheid behouden blijft, ook geestelijk.)
Uit: Het Boek Van Violet En Dood, Gerard Reve, pag. 251/252, uitgeverij L.J. Veen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten