De mortuis nil nisi bonum

Over de doden niets dan goeds. Deze respectabele spreuk stond vorige week naar aanleiding van de dood van Anil Ramdas op deze site. Ik heb Ramdas niet persoonlijk gekend. Wel heb ik met instemming de in memoriams van Sheila Sitalsing, Pieter Hilhorst en Stephan Sanders gelezen. Met de laatste presenteerde hij in de jaren negentig het tv-programma Het Blauwe Licht (Hilhorst zat in de
redactie daarvan), waarin zij elke week – samen met per aflevering wisselende gasten - het verschijnsel tv onder de loep namen. Ik was een trouw kijker van deze reflecties op het blauwe licht van de tv. Sindsdien zijn er verschillende pogingen ondernomen – o.a. door Raoul Heertje met zijn programma Heerlijk eerlijk heertje – om het medium tv expliciet tot onderwerp van een programma te maken, maar nooit meer met zulk een scherpzinnigheid als dat in Blauw licht gebeurde. Het was de tijd van vóór alle reality tv. Van vóór spraakmakende programma’s als DWDD, P&W en Powned. Al haalt de laatste nog niet een kwart van de kijkcijfers van de herhaling van de eerste twee, zoals laatst in een aflevering van de eerste fijntjes werd opgemerkt.

Ik herinner me van Het blauwe licht een aflevering over feit en fictie op tv (zie Feit en fictie op deze site), waarin haarscherp de toen al verschuivende grenzen tussen verzinsel en werkelijkheid (in de film was dat al veel eerder het geval) werden belicht. Of die keer dat de elkaar opvolgende tendensen in tv-commercials op een luchtige en aanschouwelijke manier werden getoond en besproken. Het was lang voor de tijd dat allerlei communicatie- en mediadeskundigen in praatprogramma’s hun zegje kwamen doen. Ze kwámen wel in Het blauwe licht, maar ze hoefden zich daar niet te beperken tot een kunstje van drie minuten. Ze konden – daartoe uitgenodigd door Ramdas en Sanders – hun licht laten schijnen over – vaak thematisch geordende – tv-fragmenten van de voorafgaande week. Niet alleen het onderwerp van die stukjes tv kwam ter sprake maar ook de verteltechniek ervan en de daardoor geproduceerde beeldvorming.

Dit laatste gebeurde bijvoorbeeld in de aflevering, waarin op scherpzinnige wijze de al of niet manipulerende effecten van de montage aan de orde werden gesteld. Een cinematografische techniek waarmee in de film al sinds Eisenstein wordt geëxperimenteerd maar die op tv in de jaren negentig nog een betrekkelijk nieuw verschijnsel was. Zo systematisch en tegelijkertijd luchtig als Ramdas en Sanders dat toen deden, gebeurt het tegenwoordig niet meer. Daar is geen tijd meer voor. Je vindt die reflectie op letterlijke en figuurlijke beeldvorming in de media eigenlijk alleen nog terug in de wekelijkse analyse van (pers)foto’s door Hans Aarsman in de Volkskrant. Hij heeft het talent je anders naar een foto te laten kijken en dingen te laten zien die je eerder niet zag. Hij zet je soms aan het denken. Zoals Anil Ramdas dat soms ook deed.

1 opmerking:

  1. 'Het blauwe licht' was een bijzonder programma waar ik graag naar keek, wat zeg ik waar ik naar uit keek. Top!

    Morgen, vrijdag 2 maart wordt Anil Ramdas n de Balie in Amsterdam herdacht:

    Een avond in het teken van Anil Ramdas

    BeantwoordenVerwijderen