door Dick Gilsing
In een interview met de Uitkrant (A’dam, februari 2011) vertelt actrice Lotte Verbeek (bekend vooral van de prachtige film Nothing Personal (2009) en de Amerikaanse Tv-serie The Borgias), dat ze graag in een film over balletdanseres Olga de Haas zou spelen. Dé speelfilm over klassiek ballet was tot voor kort het Engelse The red Shoes (1948) van Michael Powel en Emeric Pressburger, gebaseerd op het sprookje van Hans Christian Andersen. Regisseur Martin Scorsese zag de film op negenjarige leeftijd en was er naar eigen zeggen kapot van, ook door het intrigerende camerawerk en de kleurrijke artdirection. Op het filmfestival van Cannes in 2009 presenteerde hij de op zijn initiatief tot stand gebrachte remake van deze balletklassieker, waarin een ballerina moet kiezen tussen de kunst en de liefde. De impressario Lermentov, geïnspireerd op de legendarische Sergej Diaghilev (die als leider van de befaamde Ballets Russes samenwerkte en –leefde met choreograaf en danser Vaslav Nijinski), is razend, wanneer zijn prima donna verliefd wordt op de componist die is aangetrokken voor het schrijven van de muziek voor de voorstelling. Eigenlijk omgekeerd aan het verhaal in dé balletfilm van dit moment: Black swan van Darren Aronofsky. Hier krijgt de prima ballerina te verstaan van de artistiek leider, dat ze de rol van de witte zwaan technisch beheerst maar voor de rol van de zwarte zwaan haar duistere kanten moet opzoeken en haar seksualiteit moet exploreren. Daardoor komt ze in een draaikolk van tegenstrijdige gevoelens en verlangens die haar steeds nerveuzer, gevoeliger en gekker maken. Destijds een prachtige rol van Moira Sheerer. Nu een topcreatie van Natalie Portman. De film van Aronofsky roept bij kijker en recensent tegenstrijdige reacties op. Op momenten dat een overload aan horror en kitsch me te veel dreigde te worden en ik wilde afhaken, hield Aronofsky zich op tijd in. Terug naar de kalme sereniteit van een bewust gebaar of een ingetogen blik. Alles lijkt weer onder controle. In de Volkskrant noemde Kevin Toma de film een meesterwerk (5 sterren) dat geen balletliefhebber mag missen, maar in de NRC werd Black Swan gerecenseerd met een twistgesprek tussen twee recensenten. De één spreekt van een pretentieuze clichéfilm, een matige psychothriller, het zoveelste filmverhaal over het niet kunnen scheiden van werkelijkheid en performance, dat in dit geval ballet tot iets tamelijk ordinairs maakt en de prachtige muziek van Tsjaikovski devalueert tot een oppervlakkig achtergronddeuntje. De ander bewondert juist het subjectieve, complexe en multi-interpretabele verhaal over een destructieve obsessie, dat uiterst spannend verteld wordt, doordat je steeds niet weet, wat je moet geloven. In zijn Voetnoot van zaterdag vijf februari doet Arnon Grunberg er nog een schepje bovenop: geen filmliefhebber mag deze film missen. Black Swan gaat volgens hem over ambitie, over het brengen van een offer. Een offer aan de goden “die (…) veel van schoonheid houden en soms zelfs verliefd worden op stervelingen”. Een Voetnoot van Grunberg is niet gedeeltelijk te citeren laat staan te parafraseren. Wie zijn ironische ernst ten volle wil proeven leze natuurlijk genoemde editie van de Volkskrant.
Over Diaghilev en Nijinski zijn in 2010 lijvige boekwerken in het Nederlands verschenen. Een boeiende biografie (Dhiagilev. Een leven voor de kunst), geschreven door Sjeng Scheijen aan de hand van minutieus researchwerk . Daarin rijst een genuanceerder beeld op van de artistiek leider van de Ballets Russes dan we tot nu toe hadden. Een niet zo megalomane impressario als de figuur van Lermentov uit The red shoes moest verbeelden. Arthur Japin schreef de roman Vaslav over de choreograaf en danser Nijinski. Vanuit het oogpunt van diens huisknecht, diens vrouw Romula en Diaghilev die zich als minnaar door Nijinski voelde afgewezen. Centraal staat 19 januari 1919, de dag waarop Nijinski (wiens enorme danssprongen - die met de wetten van de zwaartekracht leken te spotten - wereldbekend waren) een voorstelling gaf in Sankt Moritz in Zwitserland. Midden in de voorstelling stopt hij, wendt zich tot het publiek en zegt: “Nu is het kleine paardje moe”. Daarna heeft hij nooit meer
gedanst. Zoiets deed zeventig jaar later de fameuze poppenspeler Jozef van den Berg. Voor de premiѐre van zijn nieuwe voorstelling las hij aan het publiek een verklaring voor die eindigde met de volgende woorden: “ (…) ik stap uit dit vak. Voor mij is het voorbij. Ik zoek de werkelijkheid. Ik zeg u allen goedendag. Ik ga. Het ga u allen goed. Het geld wat u hebt betaald kan u terugkrijgen bij de kassa”. Het romantische beeld van de getourmenteerde kunstenaar. De poѐte maudit. De schilder (Bavink in Nescio’s Titaantjes) die moet schilderen maar tegelijkertijd het kunstenaarschap niet aankan: ” Hij is nu in een gesticht voor zenuwpatiënten”. Of lukt het de schrijver zich te laten welgevallen dat God of een god een oogje op hem heeft? In zijn essay Patiënt Vincent Van Gogh (in Alles is gekleurd) doet Joost Zwagerman uit de doeken, welke diagnoses psychiaters in de loop van de tijd met betrekking tot onze ‘geniale gek’ hebben gesteld. De opgesomde reeks is adembenemend en zegt waarschijnlijk meer over de ontwikkelingen in de psychiatrie dan over de persoonlijkheid van Van Gogh.
In 1909 dansten Nijinski en Ida Rubinstein in Parijs Gisѐle, een romantisch ballet over de onmogelijke liefde van een eenvoudig boerenmeisje en een verdwaalde prins. Vijftig jaar later danste Olga de Haas (1944- 1978) in hetzelfde ballet met die andere even beroemd geworden Russische danser: Rudolf Noerejef (1938-1993). Het jaar daarop haalde ze de finale van het vierjaarlijkse balletconcours in Moskou. Ze stond op de top van haar kunnen. Ze was op haar negentiende al prima donna van Het nationale ballet. Rising star en de grote belofte in de Nederlandse dans. Maar na Moskou en opnieuw een optreden met Noerejef in Londen ging het bergafwaarts met haar. Ze kon de fysieke en emotionele spanningen steeds minder aan. Al hield ze nog een paar jaar haar dramatische uitstraling waar het publiek voor kwam. In juli 1975 danste ze haar laatste voorstelling. ‘Een uitgeblust danstalent’, schreef de Volkskrant. In 1978 werd ze – zoals al een paar keer eerder - uitgeput in het ziekenhuis opgenomen. Daar overleed ze een half jaar later. Overeenkomsten met de figuur die Natalie Portman creëert? Zo op het eerste gezicht misschien wel. Maar ik denk dat het bij nader inzien een heel andere film zou kunnen worden dan Black swan. In 2007 zag ik het vpro-programma Zomergasten, waarin de tafeltennisster Bettine Vriesekoop een fragment toont uit een interview met Olga de Haas. Daarbij vertelt ze, dat ze destijds op haar trainingsplek buiten, ergens in Amsterdam Zuid, een man trof die een tijd lang naar haar intensieve oefeningen kwam kijken. Hij bleek de vader van Olga te zijn. Gebroken door de dood van zijn dochter. Misschien zou dat het begin kunnen zijn van de film, waarin Lotte Verbeek wel een rol zou willen spelen. Zo’n start zet wel de toon voor een melodramatische film. En wiens verhaal wordt het dan? Dan toch misschien beter meteen naar de zestiger jaren. Sonia Gaskell, de mentrix van Olga de Haas, begint Het nationale ballet. Olga de Haas danst ermee in Amsterdam, Londen, Parijs. Het Nederlandse ballet wordt volwassen. Olga moet kiezen tussen de dans en een privéleven. Een onmogelijke keuze. Ze neemt haar toevlucht tot drank en extreme diëten. De jaren zestig, roerig in het Westen, koudhartig in het oosten, blijven voor haar buiten zicht. Prima donna in een klein wereldje. Maar helaas niet het lievelingetje van de goden dus.
P.S. Obalive (Holman) gaat vanavond ook over deze film:
BeantwoordenVerwijderenBlack Swan: balletfilm of goedkope horror?
Filmpanel over Black Swan, Amerikaanse psychologische thriller (2010) . De film kreeg oscarnominaties voor o.a. beste film, beste regie, beste actrice. Lovende recensies, maar ook kritiek: is het een balletfilm, of goedkope horror? Stine Jensen en Gawie Keyser gaan erover in debat met elkaar.
Black Swan is geregisseerd door Darren Aronofsky, met in de hoofdrollen Natalie Portman, Vincent Cassel en Mila Kunis. De film is in diverse steden in ons land te zien. Voor een overzicht kijk op http://www.biosagenda.nl. Stine Jensen is filosofe en Gawie Keyser is filmrecensent van o.a. De Groene Amsterdammer. Een keer per maand (op woensdag) verzorgen Stine en Gawie samen het filmpanel.
lees verder
Black Swan: balletfilm of goedkope horror?
Dat Arnon Grunberg Black Swan aanbeveelt, is voor mij geen pre om de film te gaan zien, en nu hoor ik bij Obalive dat Stine Jensen (met wie ik het zelden eens ben) de film een enorm cliche vindt, dus misschien moet ik 'm dan weer wel gaan zien!
BeantwoordenVerwijderen