De Nieuwe Vredesorganisatie



We hebben een zeer dure les gehad.

Nu de vredesconferentie te San Francisco zijn einde nadert, nu de aether voortdurend weergalmt van veiligheidsbonden, controleraden, commissies en sub-commissies, nu alle mensen voor de zoveelste maal hopen dat het nu werkelijk de laatste maal is geweest, is het ongetwijfeld belangwekkend de oorzaken van het falen van dergelijke pogingen in het verleden te beschouwen. Het is het isolationisme van de staten geweest, dat aan deze catastrophe grotendeels schuldig is. Niet alleen Hitler en de Duitsers, maar ook de buitenlandse regeringen, die het fascistische regiem steunden en aanmoedigden, die Abessinië, Spanje, Oostenrijk en Tsjecho-Slowakije weerloos aan hun lot overlieten, dragen verantwoordelijkheid. Dat is al weer oude kost, zeggen sommigen, maar het is lang niet verkeerd zich dat te herinneren. Niet alleen hielden de regeringen zich neutraal tegenover het fascisme, maar zolang ze meenden dat het hun voordeel opleverde hebben ze het zelfs gesteund, tot ze als een koude douche ervoeren, dat ze ver gevorderd waren met het graven van hun eigen graf. Maar het had zover niet behoeven te komen. Ook in de binnenlandse politiek namen de regeringen tegen de fascistische ondermijning generlei ernstige maatregelen. In Nederland gold het uniformverbod voor een onschuldige jeugdbond als de A.J.C., terwijl de Nationale Jeugdstorm als een neutrale vereniging in vol ornaat langs de wegen marcheerde en anti-fascistische vluchtelingen stipt aan de Duitse nazi's werden uitgeleverd.

De enigen die in dit opzicht geen zand in de ogen hadden waren de


Russen, die tijdig hun grenzen voor de 'toeristen' sloten en meedogenloos alle nazigezinde figuren in leger en staatsdienst vernietigden. Men kan zich nu niet meer indenken, dat in die dagen de gehele wereldpers over deze zuivering journalistieke tranenbeken vergoot. Er waren er toen reeds die Buchenwalde, Dachau, Auschwitz, Ebensee en Bergen-Belsen met bewogen waarschuwende stem aankondigden, die zich schor schreeuwden om de wereld te wekken, maar het heeft niet geholpen. Het gedrocht, dat in zijn nest nog had kunnen worden doodgeslagen, groeide als kool tot het afzichtelijke, alles verwoestende monster, dat eerst thans, na een vijfjarige worsteling ten kosten van millioenen doden het levenslicht uitgeblazen is. Het had echter nooit zover behoeven te komen, laten we dat goed bedenken. De slaapdronken burgers in de ochtenduren van de 10e Mei in Amsterdam waren nog even stupide-verbaasd en vol edele verontwaardiging als de Noren en Denen twee maanden tevoren en de Abessijnen in 1934.

Zoiets kan hiér niet gebeuren, was in de verschillende landen de onwankelbare opinie, die door een geruststellende pers en radio slechts werd versterkt. Wanneer men echter schorpioenen in de kinderkamer loslaat, moet men niet verbaasd zijn als er onder de babies slachtoffers vallen en de onoplettende kinderjuffrouw, die in ernst alleen de schuld aan deze beesten geeft, gaat geenszins vrijuit.

Men kan zeggen, dat deze nakaarterij weinig zin heeft, dat we het nu gewonnen hebben en alles toch in orde gekomen is. Maar dit is niet waar. De fascistische misdadigers hebben bereikt, dat ze het leven voor een kwart eeuw ontwricht hebben, ze hebben de voortreffelijkste mensen uitgeroeid en een bijna onontwarbare chaos achtergelaten. En allen zijn we in mindere of meerdere mate schuldig, medeschuldig, wij die de hulpeloze diplomaten duldden, die onze krant lazen met het gevoel van de sensatie op veilige afstand, die ons zo zeker voelden op het vrije stukje grond, waarvan we dachten dat het automatisch vrij zou zou blijven en waar we in ernst meenden dat de oorlog wel in een bochtje omheen zou gaan. Moeten we niet diep beschaamd staan tegenover de millioenen doden, die hadden kunnen blijven leven, tegenover de verwoeste steden, die nog welvarend hadden kunnen zijn als we de consequentie van dat ogenblik hadden durven trekken?

Wat voorkomen had kunnen worden is helaas gebeurd en er valt niets meer aan te doen. Het is echter mogelijk, ja zelfs tamelijk waarschijnlijk, dat zich vroeg of laat een even ongevaarlijk en zwak lijkend, maar allengs groeiend mensenverslindend monster gaat vertonen. Het fascisme is weliswaar verslagen, maar desondanks nog niet vernietigd. De hoogste waakzaamheid van een volk, dat beseft welke beslissingen op het spel staan blijft geboden. We hebben de les gehad, we hebben gezien wat het betekent als we 'ons nergens mee bemoeien en met rust gelaten willen worden'.

Het is te hopen, dat de volken een eensgezindheid bereiken, die in een voortdurende actieve waakzame politiek zonder nota's, protesten en onmachtige diplomaterij het ongedierte, zodra het zich vertoont, genadeloos weet te vertrappen, want wie onderhandelt is reeds half overwonnen.

Gerard Reve

 Uitkijkpost, 22 juni 1945 

1 opmerking: