Manifest van de beledigden

Door Güner Yasemin Balci

Hoe moeilijk hebben moslims het in Duitsland? Worden ze echt bovenmatig gediscrimineerd en buitengesloten? Dat beweren in ieder geval de schrijvers van een nieuw boek.

Midden in Duitsland wordt tegen moslims opgehitst, wordt ertoe opgeroepen hen te vervolgen, te beroven en te doden? In deze sfeer begint de inleiding van een boek, dat zichzelf “Manifest van de velen” noemt en waarvan de schrijvers niet pas sinds Thilo Sarrazin hebben bepaald: ze worden in dit land permanent aan discriminatie blootgesteld. “Der Spiegel” zou daarbij d.m.v. de voorpublicatie van enkele passages uit het boek van Sarrazin “Deutschland schafft sich ab” het “signaal tot de tegenaanval op de islam”hebben gegeven, waarop “een spervuur volgde…, waarbij iedereen die gedacht had dat Duitsland sinds 1945 genezen zou zijn van chauvinisme, racisme en botte


propagandagebondenheid zich verbaasd de ogen zou hebben uitgewreven.” Dat schrijft de auteur Christoph Peters op de eerste pagina´s, die daarna gevolgd worden door de bijdrages van de in de titel genoemde “velen”. Deze zogenaamde velen zijn 29 schrijvers, onder wie islamitische vertegenwoordigers van verenigingen, journalisten, acteurs, schrijvers, wetenschappers en enkele andere minder bekende namen van het multiculti-discussieer-bedrijf, die onder toezicht van de journaliste, schrijfster en bio-boerin Hilal Sezgin hun woedende gedachten over het actuele migratiedebat in Duitsland op papier hebben gezet.

Wat hen verbindt: ze voelen zich met hun immigratiegeschiedenis in hun bagage in Duitsland door de politiek, de media en de mensen gediscrimineerd, en niet pas sinds Sarrazin. Na de genoemde inleiding, die er niet voor terugschrikt om de actuele islam- en migratiediscussie te vergelijken met de moorddadige propaganda van de nationaalsocialisten, verwacht men dat er op de pagina´s daarna voorbeelden van discriminatie volgen. Maar dan beklaagt de schrijfster Ferdos Forudastan veelmeer over de voortdurende generalisaties en versimpelingen waaraan islamitische medeburgers in de Duitse media zouden zijn blootgesteld. De uit een Iraans-Duits ouderlijk huis afkomstige journaliste kan een levensloop laten zien, die niet echt leest als de biografie van een buitengesloten en rechteloos persoon. Ferdos Forudastan wil dan ook spreken voor de Koerdische Fatma, die elf jaar geleden naar Duitsland vluchtte en de taal van het land nog steeds niet beheerst. Schuld daaraan zou uiteraard de verkeerde Duitse integratiepolitiek zijn – wat anders? In haar tien pagina´s tellende appel roept Forudastan de Duitsers ertoe op om toch alsjeblieft afstand te doen van de lastige culturele en religieuze verschillen bij het beschouwen van immigranten, want de ellende in de parallelsamenlevingen zou enkel en alleen sociale ellende zijn. “Fatma heeft, indien mogelijk, een gratis taal- en integratiecursus nodig, die goed bereikbaar voor haar is.” En hopsa, dan zou Fatima een vrouw zijn die zelf bepaalt wat ze doet? Net alsof er niet nog allemaal andere Fatma´s zouden zijn, die door ouders, mannen of broers gedwongen worden een hoofddoek te dragen. “Dat mag Duitsland niet accepteren”. Wat Duitsland hier dan precies tegen zou moeten doen, wordt niet genoemd. Wellicht een gratis cursus in fundamentele rechten, speciaal over het thema gelijkberechtiging in de moedertaal van het onderdrukkende land en het liefst thuis, opdat het niet te inspannend wordt wanneer men zo zonder kennis van de Duitse taal de woning moet verlaten?

"We kennen ze, de Fereshta Ludins van deze wereld, die lerares, die onder geen beding afstand wilde doen van haar hoofddoek en zich in plaats daarvan zonder succes door alle instanties worstelde om uiteindelijk versluierd les te geven op een privéschool. Ook zij is een van de “velen” in dit boek en klaagt over de onrechtvaardige behandeling van haar religie in de media, die ze beschuldigt van laster. Voorbeelden blijft ze ons schuldig. Maakt ook niets uit, want dan wordt ze te hulp geschoten door Ali Kizilkaya, voorzitter van de islamraad voor de Bondsrepubliek Duitsland, die herinnert aan de ondraaglijke provocatie die veel moslims in Duitsland zouden hebben gevoeld door de verlening van de mediaprijs van de stad Potsdam aan de Deense karikaturist Kurt Westergaard. “De profeet Mohammed….met een bom op zijn hoofd…

was veelmeer een openlijke belediging dan een uitdrukking van vrijheid van meningsuiting.” Klopt, vermoedelijk zou de profeet veel meer intelligentie hebben bewezen en de bom beter verstopt hebben, net zoals enkele van zijn aanhangers dit tegenwoordig met veel succes doen. En überhaupt, hoe durft een ongelovige het om voortdurend over de islam te discussiëren?

Bij veel van deze “velen” is de opwinding zo groot, dat ze zelfs geplaagd worden door emigratiegedachten, zoals de schrijfster en journaliste Hatice Akyün. Akyün heeft haar carrière in Duitsland naast haar werk als societyverslaggeefster vooral te danken aan haar constante ervaringen met discriminatie, waarvoor ze graag altijd en overal, zowel mondeling als schriftelijk, reclame maakt. “De islam hoort bij Duitsland.” Met deze woorden heeft de Duitse president de massale emigratie van de beledigde “velen” naar de veilige haven van de Bosporus nog net op tijd gestopt.

Als we dit “Manifest van de velen” serieus willen nemen, dan moeten we ons afvragen hoe we deze mensen kunnen helpen. Hoe lukt het ons dat ze zich als moslims niet meer buitengesloten voelen? Hiertoe geeft Christoph Peters ons in zijn inleiding een overduidelijke hint, want al deze vreselijke dingen zouden plaatsvinden “in naam van de beschermde vrijheid van meningsuiting”. Hij is geschokt over het feit hoeveel gepubliceerde kwaadaardigheid en discriminatie door de persvrijheid wordt beschermd”. Ja, het is toch wat met die vrijheid van meningsuiting en persvrijheid. Menigeen haat ze als de pest, terwijl anderen het op de koop toe nemen voor ze te sterven. En precies aan de laatsten is het te danken, dat er in dit boek zulke ongehoorde vergelijkingen zoals tussen Jodenvervolging en islamkritiek mogen worden gemaakt. Daar is Duitsland tegen bestand.

De schrijfster is journaliste en documentairemaakster. Van haar verschenen “Arabboy” en “Arabqueen”. Haar laatste documentaire maakte ze over de Berlijnse jeugdrechter Kirsten Heisig, die zelfmoord pleegde.


Vertaald uit het Duits door: E.J. Bron

1 opmerking:

  1. Etnocentrisch denken. Doen we allemaal dus turken ook. Men nenemt automatisch aan dat de eigen cultuur het ijkpunt is en dan voldoen andere daaraan niet. Nogal logisch.

    Het probleem is dat ze ongeveer gelijk heeft, maar dat degenen die hen buitensluiten ook gelijk hebben.

    In haar cultuur is het ongehoord dergelijke kritke te uiten, dus moet dan wel kwaadaardig zijn als anderen dat doen. In de andere cultuur is het normaal om kritiek te uiten dus is het onacceptabel als je je daartegen verzet.

    And never the twain shall meet.

    Oplossingen. Ja die zijn er. Alleen die zijn niet praktisch uitvoerbaar. Je zou kunnen segegreren, of bepaalde cultuur uitingen kunnen verbieden.

    Het eindresultaat zal echte raltijd hetzelfde blijven zoals het altijd is geweest zolang de mensheid een zoogdier blijft.

    Territorium drift, xenophobie (een erg goede overlevingsstrategie), groepsgedrag bepalen ons dagelijks gedrag.

    Niet intellectuele verhandelingen in een boek.

    BeantwoordenVerwijderen