Bij de dood van Lou Reed (1942-2013)

In de jaren ’70 was hij – samen met Keith Richards – jarenlang aanvoerder van de zogenaamde ‘dodenlijst’ van de rock & roll. Lou Reed, de Amerikaanse rock legende die zondag op 71-jarige leeftijd overleed, was als zanger en verreweg belangrijkste songschrijver van The Velvet Underground dé personificatie van dat vreselijke cliché sex, drugs and rock & roll. En na het vroegtijdig heengaan van Jimi Hendrix, Janis Joplin en Jim Morrison werd in muziekkringen druk gespeculeerd wie van de twee rocklegendes de volgende zou zijn.

Voor The Velvet Underground schreef Reed nummers over drugs (Heroin) en sadomasochisme (Venus in Furs). In het legendarische, in één take opgenomen en 17 minuten durende Sister Ray van de tweede VU plaat White Light, White Heat, komen de thema’s drugsgebruik, travestie en homosexualiteit
samen. Na zijn vertrek uit de band ging Reed solo. Zijn titelloze debuut flopte, maar met zijn tweede, door David Bowie geproduceerde soloplaat Transformer uit 1972 brak hij door als solo-artiest. In de hit Walk on the Wild Side bezong Reed de duistere kant van zijn geliefde New York, over enkele figuren uit de scene rond Any Warhol, hustler ‘ Little’ Joe Dallesandro (Little Joe never once gave it away/ Everybody had to pay and pay) en de travesties Holly Woodlawn (Holly came from Miami, F.L.A./ Hitch-hiked her way across the U.S.A. /Plucked her eyebrows on the way/ Shaved her legs and then he was a she), Candy Darling (Candy came from out on the island/ In the backroom she was everybody's darlin'/ But she never lost her head/ Even when she was giving head), en Jackie Curtis. Ik weet zo direct geen ander rocknummer op te noemen waarin de zelfkant van het bestaan zo prachtig, rauw poetisch is beschreven en bezongen.

Ondanks de tekst werd Walk on the Wild Side zelfs in de VS een grote hit, volgens Reed zelf in ieder geval genoeg ‘ to pay the rent for a year’. On top of it all diende Reed ziczhelf tijdens concerten zeer provocerend heroïne-injecties toe en schminkte hij zijn gezicht zo wit dat het een dodenmasker leek, mooi terug te zien op de legendarische hoes van het live album Rock’n’roll Animal. In een interview uit deze tijd, opgenomen na zijn aankomst op Sydney Airport, is mooi te zien hoe Reed speelde met zijn drugs-imago en de vaak naïeve benadering van de journalisten.

Toch kwam zijn dood onverwacht. Reed overleefde de hectische, decadente jaren zeventig, al werden zijn platen steeds iets minder succesvol, ondanks artitsieke hoogtepunten als Berlin uit 1973, Coney Island Baby uit ’76 en Street Hassle uit ’78. In de jaren tachtig gooide hij het over een andere boeg. Weg travestie, weg drugs, weg flirten met de zelfkant. Reed, die midden jaren ’70 nog een relatie had met de transsexuele Rachel, trouwde met ontwerpster Sylvia Morales (het huwelijk duurde ruim tien jaar), die voor de hoes van The Blue Mask, de terecht zeer goed ontvangen soloplaat uit ’82, de cover van Transformer omwerkte. De titel en het vernieuwde image benadrukten de nieuwe Lou Reed. Hij verklaarde in een van de nummers hoeveel hij van vrouwen hield en op een van de opvolgers, Legendary Hearts uit ’83, staat Reed stoer met motorhelm op de cover, terwijl hij op een van de nummers het plezier bezingt van de ritjes op zijn motorcycle.

De decadente Reed maakte via deze transformatie tegen het einde van de jaren 80 plaats voor de maatschappijkritische en betrokken Reed. Comeback album New York uit ’89 werd alom bejubeld. Reed keerde zich tegen de ‘bigotry’ van het Reagan-tijdperk en begon langzaam maar zeker een nieuw, zeg breder publiek aan te trekken. Op opvolger Magic and Loss uit 1990 liet Reed zich inspireren door de recente dood van twee dierbare vrienden met als onbetwist hoogtepunt het wrange maar o zo prachtige Sword of Damocles, misschien wel het mooiste nummer van zijn latere carrière. De dood van Andy Warhol had Reed en oud VU-bandgenoot John Cale weer samengebracht voor het aan Warhol opgedragen Songs for Drella (’90), dat zowaar uitmondde in een door velen nogal cynisch bekeken Velvet Underground-reünie en wereldtour in ’93, waarbij onder andere Paradiso werd aangedaan met de voor die tijd krankzinnige toegangsprijs van 150 gulden. Dat het desondanks binnen no time uitverkocht was toont aan hoezeer de cultstatus VU groot had gemaakt, daarbij geholpen door diepe verering van zo’n beetje elk punk- of new wave bandje, wat Reed the bijnaam The Godfather of Punk had opgeleverd. Aan het eind van de tour was de spanning tussen Reed en Cale zo hoog opgelopen dat ze beiden beweerden nu echt, definitief, nooit meer met elkaar te willen werken.

Enkele jaren later kreeg Reed een relatie met avant-garde kunstenaar Laurie Anderson, een relatie die tot het eind van zijn leven standhield en Reed de langste stabiele periode in zijn privé-leven bracht. Op muzikaal gebied waagde hij zich meer en meer aan uitstapjes. Zo was er in 2003 The Raven, gebaseerd op het werk van Edgar Allan Poe en genoemd naar Poe’s bekende gedicht dat Reed ook tijdens zijn wereldtoernee in 2003 ten gehore bracht. Hij deed toen ook Sydney aan, het was de laatste van de drie keer dat ik een van mijn grote muzikale helden live heb gezien en het was als altijd memorabel, al viel me live extra op hoezeer Reed altijd was blijven teruggrijpen naar zijn vroege dagen, met in de set verschillende Velvet Underground-nummers en vier nummers van Berlin. Dat album zou hij enkele jaren later zelfs integraal uitvoeren in New York en Sydney. Zijn laatste project was een samenwerking met Metallica, maar het resultaat, het album Lulu uit 2011, kon noch de fans van Reed, noch die van Metallica erg bekoren.

Zijn dood, naar het schijnt door leverfalen, kwam voor mij onverwacht, maar het blijkt dat hij eerder dit jaar al in het ziekenhuis was opgenomen. Onlangs herontdekte ik voor de zoveelste keer Coney Island Baby, al sinds ik hem op 16-jarige leeftijd kocht mijn favoriete Lou Reed plaat. Ik heb hem direct weer opgezet en ik zal deze plaat, net zoals al die ander prachtplaten, ongetwijfeld blijven draaien till the end of my dying days.

Kees Bakhuijzen

6 opmerkingen:

  1. Ach de jaren zestig en zeventig generatie waren vooral goed in prediken en niet in praktijk brengen watz e riepen. Idem deze glibber. Sorry, maar er zijn vele goede musici, echter de verwende jaren zestig en zevntig generatie heeft zichzelf cool toegeeigend enet zoals slinks zich rechtvaardigheid heeft toegeeigend... ergo, egoistisch en respectloos tegenover allen die anders denken of geen deel van de elit clubjes uitmaken.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Mooi stuk dit! Ik hield vooral van Reed vanaf New York. Live in Montreux is ook zo'n mooi werk. Bijvoorbeeld de uitvoering van Rock Menuet.
    Zeer intens die Lou. Jammer van het politieke engagement. Dat had hij nu net niet nodig.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Geweldig stuk dit. Ik was vooral een fan vanaf New York. Live in Montreux is mooie DVD. Uitvoering Rock Menuet. Geweldig. Super intens die Lou. Jammer van het politieke engagement. Had Lou niet nodig. Hij was knettergek hoor, maar ook geniaal. Zeer intens kan echt de stemming beinvleoden. Koning van de misantropie.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Loe Riet. De naam moet zgn overal ontzag oproepen, en zeker nu hij de pijp aan Maarten gegeven heeft. Het enige dat ik kan denken is echter: SO WHAT THE FUCK ?

    Voor mij heeft hij altijd de relevantie NUL OP HET REKEST gehad.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. gezien bovenstaande reakties, you love him or you hate him.
    toch moet benoemd wordendat lou een belnagrijk figuur is geweest indemoederne muziek (rock) de VU waseencounter point in de flower power tijd, toch 4 verschillende bijzondere platen met eenaantalmemorabele songs heroin, waiting formy man, white light white heat,rock,n roll ,sweet jane, om er maar een paar te noemen, zijn solo carriere leverde in ieder geval transformer op , berlin (meesterwerk) sally can,t dance, coney island baby, rock,n roll animal ( memorabele live plaat ) en growing up in public (onderschat) hierna werd het minder met hier en daar nog een goede song bv op de blue mask en new york, die geangageerde lou hoefde niet zo voor mij,maar het hier voor genoemde mag een legacy genoemd worden inclusie songs for drella,

    BeantwoordenVerwijderen