Vijftig nieuwe vragen aan Geert Mak

Mak_2

Geert Mak laat weer van zich horen in het publieke debat. Op zijn website plaatst de volksschrijver beschouwingen over de huidige politieke situatie onder de titel Nieuwe Flessenpost. Inmiddels hebben we kennis kunnen nemen van de afleveringen één en twee van deze commentaren, die hij schrijft in de vorm van brieven aan zijn ‘dierbare oom Petrus’, een in 1941 gepensioneerde Friese schoolmeester.

In 2005 publiceerde ik op de website van het Algemeen Dagblad vijftig vragen naar aanleiding van Maks zeer omstreden pamflet Gedoemd tot kwetsbaarheid, dat hij schreef na de moord op Theo van Gogh. “Herhaalt alles zich?” vraagt Mak zich af. Afgaande op de twee eerste brieven moet ik vaststellen, dat één ding zich in elk geval wel herhaalt. De Makkiaanse methode bestaat nog steeds. Mak blijft grossieren in onterechte vergelijkingen en blijft een hardnekkige karikatuur schetsen van het in Nederland gevoerde debat over immigratie, islam en integratie.

Alle aanleiding dus om Geert Mak te bestoken met nieuwe vragen. In 2005 stelde ik hem vijftig vragen naar aanleiding van Gedoemd tot kwetsbaarheid. Mak vond het ondoenlijk om alle vragen te beantwoorden, maar stemde wel in met een interview met het AD.

Hier volgen de 50 nieuwe vragen aan Geert Mak.

1. Uw oom en tante hadden de affiche ‘Onverdeeld naar de openbare school’ voor hun raam hangen. U stelt dat de oude verzuiling, waar zij tegen streden voorbij is. Waarom vermeldt u in dit verband niet dat sinds de jaren tachtig islamitische scholen worden opgericht?

2. Ik weet natuurlijk niet hoe uw oom Petrus er nu over zou denken, maar ligt het niet in zijn lijn om de islamitische zuilvorming te bestrijden?

3. Kunt u aangeven welke taal van de Kruistochten uit de 13de eeuw wordt gebruikt door ‘Nederlanders die pretenderen de voorhoede te vormen voor de 21ste eeuw‘? Welke ‘Nederlander uit de voorhoede van de 21ste eeuw’ roept op tot geweld tegen moslims en joden, zoals de beruchte kruisvaarder Peter de Kluizenaar deed aan het einde van (kleine correctie) de 11de eeuw?

4. Waaruit blijkt dat de kritiek op de islam of op fundamentalistische moslims bedoeld is voor alle immigranten, vreemden, anderen?

5. Bedoelt u dat de kritiek op prominente moslims als sjeik Fawaz Jneid of Mohammed Cheppih eigenlijk ook is bedoeld voor het uit Suriname afkomstige VVD-Kamerlid Laetitia Griffith, of voor Theodor Holman en Amanda Kluveld, columnisten met Indische roots, en voor de Somalische Ayaan Hirsi Ali, de Egyptische Nahed Selim, of de Iraanse hoogleraar Afshin Ellian?

6. Heb ik het goed begrepen en voeren de critici van Ayaan, Ellian en Kluveld eveneens een kruistocht tegen immigranten, vreemden, anderen?

7. Kunt u aangeven welke jongere journalisten weglopen met Geert Wilders? Graag met voorbeelden, want in de gevestigde media hoor en zie ik eigenlijk alleen maar journalisten, die Wilders bestrijden.

8. U doet het voorkomen alsof alleen Wilders zich mengt in het islamdebat. Is het u bekend dat er ook in andere, progressieve en liberale kringen kritiek wordt geleverd op de orthodoxe en fundamentalistische islam, en dat die kritiek al bestond voordat Geert Wilders of Pim Fortuyn het politieke toneel betraden?

9. U bent fractiemedewerker geweest van de PSP en had altijd veel affiniteit met de kraakbeweging. Wat vindt u van de links-activistische groep Doorbraak, die zich scherp tegen de politieke islam keert en stelt dat de fundamentalisten doen aan machtsvorming in het publieke domein? Zij willen dat tegengaan. Spreken deze krakers en actievoerders ook de taal van de Kruistochten of de taal van Wilders?

10. In de jaren 80 zette de linkse anarchist Anton Constandse grote vraagtekens bij het immigratie- en integratiebeleid. Hij noemde de islam ‘zeer autoritair, nog meer dan jodendom en christendom‘. Sprak Constandse destijds de taal van de Kruistochten? Of was hij een linkse ‘rattenvanger’?

11. Alex van Veen, redacteur van het u wel bekende krakersblad Ravage (de opvolger van Bluf!) schreef na de dood van Theo van Gogh het geruchtmakende artikel ‘Nederland Droomland’. Daarin stelt hij dat wezenlijke problemen als homohaat, antisemitisme, vrouwonvriendelijkheid en extremisme worden genegeerd zodra het over de moslimgemeenschap gaat. Vindt u dat Van Veen met dit artikel moslims als barbaren vernedert?

12. Berooft Femke Halsema de moslima’s van hun menselijkheid door hen op te roepen de hoofddoek af te slingeren?

13. In april 2007 hield cineast Eddy Terstall een lezing voor de PvdA-afdeling New York. Hij toonde zich verontrust omdat in ‘het neplinkse kamp’ humanistische waarden niet meer vanzelfsprekend zijn. “In de religieuze hoek heeft men bedacht dat er een hetze is tegen het geloof. In de naam van tolerantie en respect eist men steeds vaker om niet met onwelgevallige meningen te worden geconfronteerd.” Spreekt Terstall hier de taal van de Kruistochten?

14. Kunt u zich voorstellen dat mensen u bij ‘het neplinkse kamp’ indelen?

15. Waarom gaat u voorbij aan de kritiek uit feministische kring - in het buitenland sterker aanwezig dan in Nederland - op de fundamentalistische islam. Vindt u dat voormalig Opzij-hoofdredacteur Cisca Dresselhuys, publiciste Nahed Selim, de Duitse feministe Alice Schwarzer of de Française Caroline Fourest minderheden en vreemden afschilderen als een minderwaardig soort mensen en willen dat ze als barbaren worden vernederd en uitgestoten, en van hun menselijkheid worden ontdaan, waarna alles mogelijk is?

16. Overigens, met alle kritiek die er wel mogelijk is op de standpunten van Geert Wilders, waarom gebruikt u in dit verband de term ‘van hun menselijkheid ontdoen’ en daarop de zin ‘Daarna is alles mogelijk’? U weet heel goed dat dit de terminologie is, die wordt gebruikt voor de massamoordenaars in de Tweede Wereldoorlog. U maakt weer een kwalijke vergelijking, net als destijds tussen de films Submission en Der ewige Jude, waarmee u Ayaan in het nazi-kamp drukte. Kunt u het weer niet laten?

17. U meent direct de politieke bloedgroep te kunnen herkennen, waaruit Wilders zou stammen, de nationaal-socialistische. Is het u bekend dat kritiek op religieuze intolerantie vooral afkomstig was uit de liberale en sociaal-democratische bloedgroepen?

18. U suggereert dat Wilders politiek gebruik maakt van zijn bewaking en op theatrale wijze bevestigt dat er sprake is van een agressieve islam. Bevestigen Ayaan Hirsi Ali, Afshin Ellian, Ahmed Aboutaleb, Ehsan Jami, kunstenares Sooreh Hera, schrijfster Naima el Bezaz, en in het buitenland de Deense cartoonist Kurt Westergaard, de Syrisch-Amerikaanse islamcritica Wafa Sultan, schrijver Salman Rushdie en de Franse filosoof Robert Redeker ook op theatrale wijze het gelijk van Wilders?

19. Vindt u het achteraf niet jammer dat Theo van Gogh geen gebruik heeft gemaakt van bewaking? Immers, daarna werd op theatrale wijze bevestigd dat er wel degelijk moslims bestaan, die de islam zeer agressief uitleggen.

20. Waarom ontbreekt de moord op Van Gogh trouwens in uw beschouwingen over de angst in Nederland? Of houden we dit onderwerp nog tegoed?

21. De namen bij vraag 18 laten zien hoe zeer de vrijheid van meningsuiting onder druk staat. De bedreiging van deze belangrijke verworvenheid van onze vrije samenleving kom ik nog niet tegen in uw flessenpost. Gaat u daarover nog communiceren met uw oom Petrus?

22. U refereert aan de ’liberale jihad’, waartoe Geert Wilders (toen nog VVD) en Ayaan Hirsi Ali in 2003 opriepen. Kunt u er de volgende keer bij vertellen dat de twee Kamerleden daarmee pleitten voor weerwerk tegen de ongehinderde pogingen tot segregatie en geloofsdwang, die werden ondernomen vanuit salafistische moskeeën?

23. Herinnert u zich nog dat de twee Kamerleden aandrongen op maatregelen tegen de fundamentalistische As-Siddieqschool in Amsterdam? Voeren staatssecretaris van onderwijs Sharon Dijksma en de Amsterdamse wethouder Lodewijk Asscher, die eindelijk optreden, nu een socialistische jihad tegen de islam?

24. Weet u dat er al twintig jaar problemen zijn met de intolerante As-Siddieqschool, zelfs toen Ayaan en Geert nog niet in beeld waren?

25. Is het niet zo dat de opkomst van de PVV (en eerder van de LPF) het gevolg is van het feit, dat de gevestigde partijen verzuimd hebben om op te treden tegen intolerante uitingen van de islam? (Waarvan in Nederland al sprake was lang voor de opkomst van het populisme.)

26. Heeft u er een verklaring voor dat problemen rond de islam zich ook voordoen in andere West-Europese landen, waar Geert Wilders geen nare toon aanslaat tegen moslims. De problemen zijn er ook in landen waar rechts-populistische partijen geen rol spelen, en zelfs in landen waar linkse sociaal-democratische regimes tientallen jaren een welwillende houding hebben aangenomen tegen moslims en/of immigranten in het algemeen.

27. Is het u bekend dat er in het nabije buitenland ook linkse en liberale critici rondlopen die zeer kritisch zijn over de islam? Bijvoorbeeld de Denen Karen Jespersen en Ralf Pittelkow met hun boek Islamisten en Naïvisten. Of de Duitser Henryk Broder (Hurra, wir kapitulieren!) of de Britse stand-up comedian Pat Condell. Zijn zij ook bezig met het ontmenselijken van vreemdelingen?

28. Wat vindt u eigenlijk van de recente noodkreet van de linkse (Groene) Vlaamse parlementariër Luckas van der Taelen, die zich ernstige zorgen maakt over de vorming in Brussel van getto-achtige wijken, waar islamitische wetten heersen? Of spreekt deze man de taal van Geert Wilders en Filip Dewinter?

29. Kunnen we van u nog een stellingname verwachten tegen pogingen uit orthodox-islamitische hoek om regels uit de sharia op te leggen aan de eigen etnische groep? Wat vindt u bijvoorbeeld van de 65 shariarechtbanken, die in Groot-Brittannië functioneren met toestemming van de Labour-regering?

30. Vindt u serieus dat de aanhangers van de NSB en de NSDAP naar een positieve invulling streefden van het moderne leven?

31. Waarom betitelt u beargumenteerde kritiek op intolerante aspecten of uitingen van de islam (bijvoorbeeld gedwongen kledingregels voor vrouwen, haatdragende teksten in de koran, het opdringen van religieuze regels aan liberale en seculiere moslims en aan niet-gelovigen) als ’een ronduit religieuze afkeer van de islam’?

32. Hebben politici van D66 of GroenLinks ook een ronduit religieuze afkeer van het christendom, als ze kritiek leveren op het condoombeleid van de paus, of vragen stellen over een evangelisch gezinscongres of geen subsidie willen verlenen aan Youth for Christ?

33. Waarom gooit u alle kritiek op de Europese Unie (te veel bureaucratie en regeltjes, aantasting van de nationale soevereiniteit, vraagtekens bij de toetreding van Turkije) op één hoop onder de noemer ’destructief verzet’ tegen de Europese eenwording?

34. U geeft toe dat Wilders en zijn PVV geen geweld plegen of prediken. Ligt daar niet het meest essentiële verschil met de nationaal-socialistische (en niet te vergeten communistische) bewegingen, die de vorige eeuw zo veel ellende hebben aangericht in Europa?

35. De PVV heeft nooit een poging tot staatsgreep gedaan, heeft geen bewapende en militante knokploegen op straat lopen die tegenstanders intimideren en uit de weg ruimen. Waarom verzuimt u deze levensgrote verschillen te noemen?

36. Adolf Hitler zette na zijn machtsovername in 1933 de democratie buiten werking en arresteerde alle politieke tegenstanders. U weet dat Hitler een regering kon vormen dankzij de steun van de Duitse katholieke partij en de rechtse conservatieven. Nu beweert u dat de Nederlandse christendemocraten bereid zijn om hun grootmoeder aan de duivel te verkopen om op het pluche te blijven. Het extremisme en racisme van Wilders zouden dan - net als met de NSDAP en Hitler in 1933 - de normaliteit van het staatsgezag verwerven. Wilt u eventuele regeringsdeelname van Wilders op één lijn stellen met de machtsgreep van Hitler?

37. Zo nee, waarom schrijft u het dan toch zo op?

38. U citeert uit een afscheidsbrief van de socioloog Willem Bonger, die in 1940 zelfmoord pleegde bij de komst van de Duitse bezetters. “Ik kan niet bukken voor het tuig dat nu gaat heersen.” Nogmaals, stelt u de beweging van Wilders echt op één lijn met een buitenlands fascistisch bezettingsleger?

39. Ik houd niet van vergelijkingen met de Tweede Wereldoorlog, maar ontkom er niet aan doordat u zelf voortdurend vergelijkt. In verband met Bongers opvattingen stelt u: “Waakzaamheid, het stellen van grenzen, wij, hedendaagse Nederlanders, moeten het allemaal opnieuw leren.” Een gewetensvraag: bestaan er naast de PVV misschien nog andere intolerante, misschien wel totalitaire stromingen, waartegen nog veel meer waakzaamheid is geboden?

40. In uw tweede brief aan Oom Petrus schetst u een zeer onthutsend beeld van de hedendaagse media, die onder invloed van internet dreigen te verwilderen tot een beerput. “Wat er ook gezegd wordt, nonsens, racistische kletskoek, het geeft allemaal niets. Als het bloed maar stroomt, eten journalisten uit je hand.” Ook in Gedoemd tot kwetsbaarheid maakte u al een karikatuur van de media. Daarom mijn vraag: kunt u man en paard noemen?

41. Verspreiden NRC Handelsblad en Volkskrant racistische kletskoek? Of bijvoorbeeld Trouw en Algemeen Dagblad? Of Elsevier en Vrij Nederland? Of de journaals van NOS en RTL? Horen we racistische geluiden bij Nova en Netwerk? Komen racistische kletsers aan het woord in Buitenhof of bij Pauw & Witteman? Ik vraag het maar want uw opmerkingen over de journalistiek zijn nogal extreem en generaliserend.

42. Of bedoelde u misschien een door de gemeente Amsterdam verspreide lesbrief, waarin blanke autochtone Nederlanders als racistische moslimhaters werden neergezet? Nee, dat kunt u niet bedoelen, want u heeft het over de media.

43. Welke problemen met nieuwkomers worden opgeblazen? Die rond criminaliteit? Rond eerwraak? Het uithuwelijken van minderjarige meisjes? Het fenomeen van de analfabete importbruiden? Het prediken van segregatie en afkeer van de Nederlandse samenleving in moskeeën en op islamitische scholen? De intolerantie in moslimkringen tegenover homo’s? Als deze problemen zo erg worden opgeblazen, hoe komt het dan dat ook Kamerleden en bestuurders van SP, VVD, PvdA en CDA regelmatig aan de bel trekken over deze onderwerpen?

44. U schrijft dat het leven op sommige plekken, zoals in delen van Rotterdam, niet gemakkelijker is geworden, en dan drukt u zich nogal zacht uit, vindt u zelf. Drukt u zich niet heel erg zacht uit? Denkend aan Slotervaart, de Amsterdamse Kolenkitbuurt, de Haagse Schilderswijk en Transvaal, Tilburg, Gouda, Roermond, Kanaleneiland, Overvecht, Zuilen, driekwart van Rotterdam - gaat het onderhand niet meer om ‘sommige plekken’ maar om ‘veel plekken'?

45. U suggereert dat de voortdurende kritiek op de islam er juist toe leidt dat jonge moslims zich niet willen aanpassen. In uw woorden: “De permanente anti-islamcampagne heeft een modderlaag van vernedering gelegd over alles en iedereen die ooit maar afkomstig was uit een moslimland.” Hoe komt het dat een deel van de moslims in landen als Frankrijk, Groot-Brittannië, Duitsland, België, Spanje en Denemarken, die geen last hebben van Wilders’ modderstroom, zich eveneens afkeert van de westerse samenleving?

46. Wat denkt u van de opvattingen van Christopher Caldwell? Hij stelt in zijn boek De Europese Revolutie dat de immigratie van moslims naar Europa wezenlijk verschilt van eerdere migratiestromen, zowel in omvang als in de bereidheid van de nieuwkomers om zich aan de ontvangende samenleving aan te passen.

47. Caldwell is het niet eens met uw stelling dat we moeten oppassen met ‘vernederende’ kritiek op de islam. Hij waarschuwt juist tegen de ’permanente fatwa tegen de scherpste en scherpzinnigste critici van de islam’. Werkt u juist niet mee aan deze voor onze vrijheid levensgevaarlijke fatwa?

48. U waarschuwt steeds voor rattenvangers. Kent u eigenlijk wel het sprookje van de Gebroeders Grimm over de rattenvanger van Hamelen? Als historicus moet u toch weten dat rattenvangers nuttig werk deden voor de gemeenschap in het tijdperk voor de komst van de riolering en de waterleiding. Weet u dat de problemen in Hamelen pas ontstonden toen de stad weigerde om de rattenvanger voor zijn arbeid te betalen?

49. Als we het toch over rattenvangers hebben: past de term rattenvanger niet veel meer bij de politieke leiders, die onze samenleving jaren lang in slaap hebben gesust met hun multiculturele sprookjes en dooddoeners?

50. U bent nogal een liefhebber van onze vaderlandse geschiedenis. U trekt graag parallellen met het verleden, niet alleen met WO II, maar ook met de 17de eeuw. Jonathan Israel citeert in zijn standaardwerk over de Nederlandse Republiek uit het pamflet Den Schotschen Duyvel van Johan de Wit (de neef van de in 1672 vermoorde regeringsleider). Deze De Wit ging nogal los tegen fundamentalistisch predikanten als Voetius en Lodenstein. “Dat noemen jullie vrijheid, de vrijheid om iedereen tot slaaf te maken.” Bent u het met mij eens, dat deze opmerking nog steeds geldig is, tegenwoordig met name voor de predikers van de fundamentalistische islam?

Carel Brendel

Het Verraad Van Links

24 uur Theo van Gogh

La Route au Sud (129)

La_route_au_sud_129

Kein Kopftuch in der Schule!

Emma

Geen hoofddoek op school!

Iedere vrouw die privé een hoofddoek wil dragen heeft de vrijheid dat te doen. En zo moet het ook blijven. Maar moeten kleine meisjes ook al hoofddoeken of zelfs het gehele lichaam bedekkende sluiers dragen? En moet dat midden in Europa, zelfs in de school toegestaan zijn?


Het is goed voor het debat als het op basis van feiten gevoerd wordt.


Dankzij de eerste representatieve studie die in opdracht van het Duitse ministerie van Binnenlandse Zaken is uitgevoerd en waarin ongeveer 6000 personen uit 49 moslim herkomstlanden ondervraagd zijn, weten wij sinds zomer 2009 het volgende:


In Duitsland wonen ongeveer vier miljoen mensen uit de islamitische cultuurkring, rond de helft van hen heeft de Duitse nationaliteit. Tweederde van deze mensen met een moslimachtergrond is van Turkse afkomst, de rest komt uit Zuidoost-Europa, het Nabije-Oosten of Noord-Afrika. Slechts een derde van deze vier miljoen mensen noemt zichzelf ‘sterk gelovig’, de rest ‘vroeger gelovig’ (50 procent) respectievelijk ‘vroeger niet’ of ‘helemaal niet’ gelovig (14 procent). Het is ook niet juist mensen van moslimherkomst automatisch als moslim te definiëren of hen te rangschikken onder orthodox gelovigen.


Opvallend is dat bijna één op de twee mannen ‘soms’ of ‘dikwijls’ naar de moskee gaat, en slechts één op de vier vrouwen. Dan is het niet verrassend dat zeven op de tien vrouwen van moslimherkomst nog nooit een hoofddoek gedragen heeft. Interessant is dat zelfs van de moslima’s die zichzelf ‘sterk gelovig’ noemen, slechts één op de twee ‘soms’ of ‘altijd’ een hoofddoek draagt. Wat in tegenspraak is met de bewering van de islamitische functionaris, dat het dragen van een hoofddoek een religieuze plicht is. Overigens, de tweede generatie migranten verbergt haar haar iets minder vaak dan de eerste.


Zo ziet dus de werkelijkheid van meisjes en vrouwen van moslimherkomst eruit, gelovig of niet gelovig. Tegelijkertijd heerst echter in de publieke opinie het beeld dat wie van moslimherkomst is, automatisch religieus is en wie religieus is, verplicht is zich aan bepaalde geboden van de Koran te houden, zoals het vasten of het dragen van een hoofddoek. Dit beeld klopt niet. Het is niet gebaseerd op de werkelijkheid van de in Duitsland levende migrantenvrouwen en hun kinderen en kleinkinderen, maar op de ideologie van de islamitische koepelorganisaties.


Deze organisaties, van Ditib (Turks-islamitische unie voor religieuze zaken) tot aan de door het constitutionele hof sinds lang in de gaten gehouden Milli Görüs, vertegenwoordigen echter niet de meerderheid van de moslima’s maar een minderheid. Slechts de helft van de in Duitsland levende moslima’s heeft volgens onderzoek van één of twee van deze organisaties gehoord, en elke vijfde moslima is in één van deze groepen georganiseerd.


Wanneer men bedenkt dat deze koepelorganisaties tot nu toe de dialoog met de politiek, kerk en media hebben bepaald, dan wordt duidelijk hoe ontoereikend en misleidend deze vermeende dialoog moet zijn. Men heeft helemaal geen rekening gehouden met de belangen van de 80 % die tot geen van deze organisaties behoort en die vaak ook helemaal niet of slechts gematigd gelovig is, en waarvan zelfs de helft van de ‘sterk gelovige’ vrouwen geen hoofddoek draagt.


Dat werpt een geheel nieuw licht op het integratiedebat. Sterker nog, het is alarmerend dat zo’n minderheid met betrekking tot het ‘islamitische leven in Duitsland’ (titel van het ministeriële onderzoek) tot nu de toon kon aangeven en kon beweren voor alle moslims te spreken.


Deze islamitische koepelorganisaties, van gematigd tot fundamentalistisch, uit bijdragen van Turkije of zelfs van Saudi-Arabië gefinancierd, wijzen steeds weer op de ontbrekende tolerantie van de Duitse meerderheidsmaatschappij en op de onwetendheid betreffende moslimse geloofsvragen en religieuze geboden. Dat deze genoemde geboden in het leven van mensen met een moslimachtergrond net zo’n verschillende rol kunnen spelen, als bij mensen met een christelijke achtergrond, wordt daarbij verzwegen.


Ook de mensen uit de christelijke cultuurkring zijn lang niet allemaal gelovig en ook hun opvattingen lopen uiteen van vrijzinnig tot fundamentalistisch. Ook zij willen niet door mensen van een andere cultuurkring als christen gedefinieerd worden. Overigens valt op dat de politiek in Duitsland ook bij vraagstukken die voor de kerken belangrijk zijn, minder met de betrokkenen spreekt en eerder met de kerkvertegenwoordigers.


Bijvoorbeeld het abortusverbod dat de kerken in Duitsland tegen de wil van de meerderheid steeds weer wil doorzetten. Zo heeft de politiek de in 2009 aangenomen verscherping van de abortuswet eerst vooraf met de bisschoppen besproken en niet met vrouwenadviesbureaus, Profamilia (Duitse organisatie voor familieplanning, seksuele voorlichting) of vrouwelijke artsen.


Vaak hebben deze christelijke vertegenwoordigers doorgaans gelijksoortige belangen als de islamitische organisaties: namelijk het streven naar de voorrang van geloofsvragen op mensenrechtenvragen, niet alleen in theocratieën, maar ook in democratieën. Zoals bij de vertegenwoordigers van Jezus de abortus centraal staat, zo staat bij de vertegenwoordiger van Mohammed de hoofddoek in het brandpunt.


Het was niet altijd zo. Pas sinds de overwinning van de Iraanse theocratie in 1979 is de hoofddoek het symbool en de vlag van de islamisten, van de gepolitiseerde islam. Deze is in de tachtiger jaren zijn kruistocht begonnen naar het hart van Europa. Sindsdien strijden de islamisten, die zich woord voor woord op de tekst van de in 632 geschreven koran beroepen, in Duitsland voor het recht op de hoofddoek op alle niveaus, tot in de scholen, ja zelfs tot in de kleuterschool. En vaak komen de ouders direct uit de harde kern van deze islamitische koepelorganisaties.


Tot het dragen van de hoofddoek, dat de meisjes als de ‘anderen’ sociaal afgrenst en lichamelijk beperkt, hoort een heel palet van bijzondere behandelingen die deze ouders voor hun kinderen op school opeisen. De protesten en processen van ouders worden doorgaans door de islamitische koepelorganisaties ondersteund. Ook de juridische argumenten en strategieën worden door hen voor de ouders uitgewerkt. Altijd gaat het daarbij om de scheiding van de seksen of als deze op Duitse scholen geweigerd wordt om de ontheffing voor meisjes van deelname aan zwemonderwijs en sportlessen, aan schooluitjes en seksuele voorlichting.


Dat zijn allemaal zaken die wij voor de geestelijke en lichamelijk vorming als ook voor de ontwikkeling van de gemeenschapszin op onze scholen noodzakelijk vinden.


Om maar te zwijgen van het centrale uitgangspunt van de coëducatie, dat een basis is van de gelijkberechtiging. In gemeenschappelijk onderwijs kunnen jongens en meisjes het traditioneel scheidende overwinnen en ervaren hoeveel ze gemeenschappelijk hebben, ze moeten vertrouwd worden met elkaar. De coëducatie is ook onontbeerlijk voor elke geslachtsrechtvaardige (geschlechtergerechte) opvoeding.


In het verleden hebben rechters zich steeds weer door een vaak goed bedoelde, maar zeer naïeve tolerantie laten leiden. Door hun vonnissen tot bijzondere behandelingen, waarbij werd ingestemd met verzoeken van de ouders tot ontheffing van onderwijs, hebben ze bijgedragen aan de discriminatie van islamitische meisjes. Dit schijnt te veranderen.


In Nordrhein-Westfalen, waar in Duitsland één op de drie personen met een moslimherkomst leeft, werden onlangs twee vonnissen gewezen die hoop geven dat het offensief van de islamitische samenwerkingsverbanden eindelijk beteugeld wordt. Zo besliste het gerechtshof in Münster twee keer in het belang van de kinderen, ’t laatst op 30 juni 2009, toen het de wens van een familie afwees om een elfjarige van het zwemonderwijs vrij te stellen.


De scholiere zit sinds 2008 op het Goethe-Gymnasium in Düsseldorf. Bij de inschrijving ondertekende de moeder een verklaring dat het meisje ook aan het zwemonderwijs zou mee doen, echter pas nadat de schooldirectrice Glenz de moeder verzekerd had dat het meisje in Boerkini mocht zwemmen (dat is een stofgewaad dat lijkt op het badpak dat in onze cultuurkring in de 19e eeuw door vrouwen werd gedragen). Ondanks deze overeenstemming eisten de ouders ontheffing voor hun dochter van het zwemonderwijs. Het gerechtshof stelde dat dit een overtreding was tegen het beginsel van "Treue und Glauben", de ouders van de minderjarige hadden tenslotte van te voren schriftelijk toegestemd.


Dezelfde rechtbank, bevoegd voor NRW, waar de islamitische koepelorganisaties bijzonder actief zijn, had al op 20 mei 2009 een ander oordeel vastgesteld: moslima’s op basisschoolleeftijd hebben grondwettelijk geen aanspraak op ontheffing van gemengd zwemonderwijs. In dit geval ging het om een negenjarige die de basisschool in Gelsenkirchen bezoekt. Haar ouders zijn van mening dat meisjes vanaf het zevende jaar bedekt moeten zijn om hen voor seksuele verleidingen te behoeden. Ook de boerkini leek deze ouders geen oplossing, omdat het zich in het water volzuigt en hun dochter bij het zwemmen hindert en zelfs een regelrecht gevaar voor haar leven vormt. Wat ook klopt. Het is eigenlijk onvoorstelbaar dat Duitse scholen toestaan dat deze arme meisjes gehuld in stofbalen door het water moeten strompelen.


Het schoolministerie van NRW staat intussen achter schoolleiders als Renate Glenz. Het becommentarieert de Münster-beslissing met de woorden: “het zou een teken van verkeerd begrepen tolerantie zijn als de deelname van islamitische scholieren aan schoolevenementen wordt aangepast aan de wensen van de islamitische koepelorganisaties.”


Des te verbazingwekkender zijn de handreikingen uit 2008 van het ministerie van integratie van NRW, die de islamitische geboden als religieuze plicht voor alle moslims erkennen en ouders die hun dochters het zwemonderwijs willen ontzeggen, voor bijzonder liefdevol houden.


Hierop lijkt helaas de strekking van de in juni 2009 gepubliceerde tussentijdse samenvatting van de door de minister van Binnenlandse Zaken Schauble bijeen geroepen ‘Deutschen Islam Konferenz'. Daarin zaten weliswaar moslims en christenen, gelovigen en niet gelovigen bijeen, toch zijn die 10 bladzijden met ‘handreikingen voor scholen en ouderhuizen (Elternhaus) voor op religie gebaseerde schoolpraktische vragen’ onomstotelijk op basis van de Koran geschreven.


In deze door het ministerie van BZ gepubliceerde handreikingen, wordt eenvoudigweg beweerd dat de godsdienstvrijheid voorrang heeft op de vorming en opvoedingsopdracht van de staat. De gemengde sportlessen worden als ‘problematisch op religieuze grondslagen’ aangemerkt en er wordt aanbevolen om bij conflicten scholieren van deelname aan enkele oefeningen te ontheffen. Bijvoorbeeld als de hoofddoek bij natuurwetenschappelijk onderwijs vlam zou kunnen vatten (sic!).


Het stuk werd o.a. door één van de vooraanstaande deskundigen in islamitisch recht in Duitsland, prof. Mathias Rohe geschreven. Rohe die in 1978/79 in Saudi-Arabië als kok heeft gewerkt en sinds het midden van de jaren 70 regelmatig islamitische landen heeft bezocht, heeft van 1981-1989 rechten in Tübingen und Damaskus gestudeerd. Hij geldt heden in Duitsland bij velen als de juridische expert voor de toepassing, resp. verenigbaarheid van het islamitisch recht - de sharia- met het Duitse recht en is doorgaans kritisch op een aantal punten.


Dezelfde Rohe verklaarde enkele jaren geleden kritiekloos in de Frankfurter Rundschau: ‘in Duitsland gebruiken we elke dag de sharia. Als Jordaniërs trouwen dan trouwen wij ze naar Jordaans recht. De mensen hebben in deze privaat verhoudingen beslissingsvrijheid’. Een voordracht van Rohe van maart 2003 vatte de ‘Bundeszentrale voor politieke vorming’ samen met de woorden dat ook de sharia ‘recht is en in wezen dezelfde functie vervult als de rechtssystemen van westerse maatschappijen. (…) Vanuit westers standpunt zorgt het rechtsbegrip van de sharia niet voor grotere problemen’.


In 2006 hebben sociologen een moslimstudie, die Rohe in opdracht van het Oostenrijkse ministerie van Binnenlandse Zaken had uitgevoerd, scherp bekritiseerd wegens grove methodologische en technische gebreken. In hetzelfde jaar stelt het Duitse ministerie van BZ hem aan voor de Islam Konferenz. Twee jaar later, in 2008, sticht Rohe in Erlangen een ‘Centrum voor Islam en Recht in Europa’.


In het door Rohe mede geredigeerde stuk van de Islam Konferenz worden voor de islamitische ouders die hun dochter een gelijkberechtigde deelname aan de school willen beletten en ook minderjarigen de hoofddoek willen opleggen op adviserende wijze ook nog de laatste spitsvondigheden ‘binnen de grenzen van de rechtstaat’ haarfijn uitgeplozen.


Hier wordt duidelijk hoe vanzelfsprekend de invloed van de sharia op het Duitse rechtssysteem nu al is, en dat het proces van de ‘sharia-sering’ van de Duitse rechtsstaat nog lang niet ten einde is. Tot nadeel van alle mensen, in het bijzonder van vrouwen met een moslimherkomst, en tot benadeling van de democratische school, waarin allen gelijke kansen moeten hebben.


Daarom: verweer je tegen de invoering van de sharia! Het hoofddoekverbod voor leraressen op Duitse scholen is een signaal. Het moest jarenlang verdedigd worden tegen de stroom van processen die door de islamitische samenwerkingsverbanden werden ondersteund of geïnitieerd. Dat schijnt gelukt te zijn. Nu moet de tweede stap gezet worden: een hoofddoekverbod voor alle leerlingen. Alleen deze consequente daad geeft de kleine meisjes uit de orthodoxe, fundamentalistische families eindelijk de kans om zich op zijn minst binnen de school vrij en gelijk te kunnen bewegen. Of de meisjes dan na de school de hoofddoek weer opzetten dat is hun zaak, respectievelijk die van de ouders, zolang ze afhankelijk zijn.


Frankrijk heeft met het in 2004 uitgevaardigde hoofddoekenverbod goede ervaringen opgedaan. Nadat vele islamitische groepen heftig protesteerden, ontvoerden twee fundamentalistische terroristen in Irak in de zomer van 2004 twee journalisten om zo het Franse hoofddoekverbod te voorkomen.


Sindsdien heeft het zich bewezen. De hoofddoekvrije school is aan de andere kant van de Rijn al lang gewoon. De scholieren van alle culturen vinden het vanzelfsprekend dat dat stigmatiserende stuk stof niet meer tussen hen in staat. En de leraressen zijn opgelucht. Zij kunnen lesgeven, i.p.v. steeds weer dezelfde pseudoreligieuze debatten te moeten voeren, aangezwengeld door de kinderen van islamitische ouders. De verhoudingen zijn eindelijk helder.


Alice Schwarzer


Bron/originele tekst: Emma

Vertaling: Lia Goudsbloem (HoeiBoei)

La Route au Sud (128)

La_route_au_sud_128

Wijblijvenhier.nl did it!

"Elsa heeft dankzij jullie stemmen gewonnen"

Cursus Moslimangst


(ingezonden) Uitgelicht: Pleidooi voor Cursus Moslimangst door Arnoud Boer, kandidaat-raadslid voor GroenLinks (28.10.2009)

"Het loopt in Nederland de spuigaten uit en we moeten niet langer wegkijken: Nederland lijdt op grote schaal aan moslimangst. Het is tijd voor actie nu zelfs een simpel liedje van Kinderen Arnout_2voor Kinderen uit 1993 lijdt tot waanbeelden bij politici. Daarom stelt Arnoud Boer, kandidaat-raadslid voor GroenLinks in Den Haag, voor om een Cursus Moslimangst in het leven te roepen. Als u niet durft om te gaan met moslims, kan het principe van M.O.S.L.I.M. (Moslims Ontmoeten, Samen Leven Is Mooi) uitkomst bieden. Voor aanvang van de behandeling zou eerst de aard van de moslimangst vastgesteld kunnen worden (diagnose). Hierna kan een trainingsprogramma voorgesteld worden. Iedere Nederland kan de training vervolgens individueel of in een groep volgen. Arnoud Boer: “Moslimangst lijkt in hoge mate op het fenomeen van vliegangst. Ik heb zelf ook last van deze angst gehad en neem dit uitermate serieus. Een goede training heeft mij van deze irrationele angst af geholpen.”

Volledige tekst en aanmeldingen hierr.

U kunt genezen!

Heeft u ook voorbeelden van Jip-en-Janneke-uitspraken/berichten/verslaggeving/foto's gehoord/gezien op radio, televisie of andere media? Stuur deze, met bronvermelding, dan naar hoeiboei@gmail.com .

Het baasje hapt naar de politiek commissaris

Cohenboos_2
De politiek commissaris hapt naar zijn baasjes

Job Cohen hulde zich aanvankelijk in stilzwijgen. Maar gisteren (28 oktober) sloeg de op één na beste burgemeester van de wereld en de allerbeste kandidaat-premier van Nederland genadeloos toe. In de Amsterdamse gemeenteraad gaf hij zijn onhandige politiechef Bernard Welten een openbaar pak slaag. Bernard mag nooit meer naar het baasje happen, was de strekking van Cohens optreden. De raadsleden keken verbijsterd toe. VVD-fractieleider Eric van der Burg tegen de Volkskrant: "Als mijn baas zulke dingen over mij in het openbaar zou zeggen, zou ik de volgende dag solliciteren."

Waarschijnlijk horen we binnenkort over het vertrek van Welten, die voor zijn komst naar Amsterdam prominent lid was van de PvdA-afdeling Haren. Zonder partijkaart kun je in Nederland bijna geen commissaris van de koningin, burgemeester of lid van een adviesraad worden - een misstand waar Pim Fortuyn tevergeefs tegen streed. Het is aan Cohens voorganger Ed van Thijn te danken dat ook de functie van politiecommissaris in Amsterdam een politiek tintje heeft gekregen. Van Thijn haalde partijgenoot Eric Nordholt naar de hoofdstad.

Nordholt bemoeide zich nog veel nadrukkelijker dan Welten met het politieke beleid. Welten was niet meer dan een politiek commissaris, een trouwe uitvoerder van de door Cohen uitgestippelde partijlijn. Nu hij per ongeluk een keer naar de baasjes heeft gehapt, hapt zijn baasje terug. Overigens is Nordholt geen lid meer van de PvdA. In een interview met Coen Verbraak van Vrij Nederland vertelde de oud-commissaris in 2002 dat hij heeft bedankt voor de PvdA om redenen die samenhangen met wat ik het verraad van links heb genoemd. Gevraagd of de LPF nu zijn partij was, antwoordde Nordholt: "Welnee. Schei uit! Maar ik ben geen PvdA-lid meer. Omdat die partij de realiteit zo totaal anders heeft voorgesteld dan-ie was. De PvdA heeft stelselmatig zijn verantwoordelijkheid ontlopen op het gebied van veiligheid en multiculturele problemen."

Carel Brendel

La Route au Sud (127)

La_route_au_sud_127

Zoek de verschillen

Emma_en_opzij_2_2

De covers van twee 'vrouwentijdschriften': Opzij (NL) en Emma (DL)

RED MOSQUE

Vandenbergcover

Thank God

your love saved me


from Islamists and Talibans

day and night


I see only you in my dreams


without nightmare-bound


to jihadi hounds hunting me

Down for apostasy!

I see only you - my sweet

darling woman disarmed


smiles on your lips watching mine

I kiss these lips, pull you to me

hug you willingly disarmed


I'm in bed with you


we kiss-hug-talk-fuck, then rest.

Instead of I, forever in fear


my life disarmed, tortured

blindfolded, face-down prostrate

butchering jihadi knives embedded

my blood flowing crimson

on the pavement


running back to its source


the Red Mosque.


-poem by Dervesh Himmat

Uit: WITH LOVE FROM AFGHANISTAN - YOKA VAN DEN BERG

Voor meer info, klik hierr.

La Route au Sud (126)

La_route_au_sud_126

'Maar wie oefent er hier eigenlijk terreur uit?'

(...)
Ik heb, zoals gezegd, geen zin om beweringen die geen konkrete mededeling bevatten, diepgaand te beschouwen, laat staan om te proberen ze te weerleggen. Maar twee uitlatingen van A. [ARP-senator Algra die Reve van blasfemie beschuldigde, red. HB] boeien me toch voldoende, om het geduld op te brengen er nader op in te gaan. De eerste is die waarin A. het heeft over de 'terroristiese vorm' van een door mij en medestanders gepropageerde moraal. Maar wie oefent er hier terreur uit, althans probeert die uit te oefenen? We hebben hier, dunkt mij, te maken met eenzelfde inflaatsie van het taalgebruik als wanneer je, doof van het gedreun van de soldatenlaarzen, in Oost-Berlijn voortdurend de leuzen leest over Frieden, terwijl de stad één gewapend kamp is met zo ongeveer 10% van de bevolking in uniform en met een Ulbricht-jugend van 11 of 12 die leert schieten, etc., zodat men zich opeens afvraagt: 'Maar wie maakt er nou eigenlijk oorlog?'

Mutatis mutandis zou ik, terzake A. zijn bewering, willen vragen: 'Maar wie oefent er hier eigenlijk terreur uit?' Wordt ergens een heteroseksueel tot homoseksuele handelingen gedwongen? Wordt ergens in mijn werk de heteroseksuele omgang of huwelijksverbintenis aangevallen? Eis ik, dat ergens iemand wegens heteroseksualiteit wordt ontslagen? Waarachtig niet: mij zal het bijvoorbeeld een zorg zijn, wat A. met zijn wettige huisvrouw doet - dat wil zeggen, zolang het van voren gebeurt natuurlijk, gewoon er op en er af, en geen kunstjes.

A. denkt een treffer te hebben kunnen plaatsen, als hij uitroept, dat mijn werk 'tendenskunst (is), als het kunst is'. Hij heeft jarenlang aan een middelbare school les gegeven in Nederlandse literatuur, en heeft, er blijkens zijn eigen getuigenis tegenover de redakteuren van de Haagse Post, 'zo ontzaglijk veel gelezen...', maar weet nog steeds niet, dat er geen andere kunst dan tendenskunst bestaat. Ik ben, zulks in tegenstelling tot de heer A., geschapen met persoonlijkheid en met talent. Daardoor zal men in mijn werk een visie en een mening vinden - het zou bij voorbaat waardeloos werk zijn, indien dit niet het geval was. Die mening houdt, onder andere, in, dat de homoseksueel terecht mag eisen, niet langer vertrapt te worden. Wij zijn, met aangeboren en onveranderlijke eigenschappen, geschapen naar Gods beeld en gelijkenis. God is, op zijn minst, biseksueel, en het wordt tijd, dat A. dit inziet.

Ik heb tevoren nooit iets tegen A. gehad. Laat hij dan ook ons met rust laten. Laat hij in vrede leven en arbeiden - we moeten wel aannemen, dat ook het weerzinwekkendste reptiel een betekenisvolle plaats heeft in de vervulling van Gods heilsplan, en het past ons niet, ons over de onontwarbaarheid en schijnbare tegenstrijdigheid van zijn Mysterie laatdunkend uit te laten. Laat deze engerd echter vooral zijn - van antisemietiese fabels wezenlijk niet verschillende - sprookjes voor zich houden, volgens welke, zoals de Jood met Pasen christenkindertjes slacht, homoseksueel en aanrander van kinderen sinonieme begrippen zijn.

Ik heb steeds minder zin, nog tijd en tekst (hoewel die, voor ongeveer 1/2 door de Staat, met in totaal 13 gulden per pagina wordt gehonoreerd) aan A. te besteden.

Uit: Brief Uit Huize Algra - Gerard Reve
Verzameld Werk, deel 6
Pag. 351/352
Uitgeverij L.J. Veen Amsterdam/Antwerpen

Let op: Gerard Reve, dat is leven!
maandag 2 november 2009, 20.00 uur in De Rode Hoed, meer info hierr.

La Route au Sud (125)

La_route_au_sud_125

Wat te doen

Arabist_jansen

De ideologische druk van de islam op het Westen wordt steeds groter. Er is weinig wat we daar tegenover kunnen stellen. De vrienden en de vriendinnen van de islam miskennen die druk, en al helemaal de gevolgen ervan. Zij menen dat het slechts gaat om vergroting van wat zij ‘multiculturele diversiteit’ noemen. Hadden ze maar gelijk.


Het enige wat we tegenover de islam kunnen stellen is hameren op twee punten. Het eerste punt is er op wijzen dat de vrijheid in het geding is, in het bijzonder de vrijheid van meningsuiting. Die vrijheid van meningsuiting hebben we nodig om amusement, kunst, cultuur, wetenschap, techniek en welvaart in stand te houden.


Het tweede punt is dat we er op moeten hameren dat wetten alleen bedacht en uitgevaardigd worden door de gekozen Tweede en Eerste kamer, niet door de imams. Laten de imams eerst maar eens zorgen dat ze gekozen worden: zelfs de moslims zelf zouden niet op ze stemmen.


Vrijheid van meningsuiting, en de wetgevende bevoegdheden in handen van het gekozen parlement. Meer is er niet nodig om de opmars van de vrienden en de vriendinnen van de islam tot staan te brengen.


HansJansen

Zulke vrienden

‘Vrij Nederland’ zou een mooie titel zijn voor een opinieblad, als tussen al die regels, de vrijheid ook nog inhoud had.

Op de cover daar lacht Theo, want dat was hun oude vriend. Een dikke kerel zonder deo, bruut geslacht zo onverdiend.

Geen dichter voor de vrijheid, slechts een bloedhond uit op vete. Meer een stumper zonder blijheid, door zijn kwetsdrang zo bezeten.

En dat is eeuwig triest, die lieve man werd zo verkeerd begrepen, dat dit ‘vrije’ blad ervoor kiest, hem als ‘aandoenlijk’ weg te strepen.

De vrijheid ooit zo duur betaald, is hier nooit erg ver gekomen. Ze wordt door dilletanten ingehaald, en in haar reet genomen.

O brave stukjesschrijvers, die dode draak zo dapper schoppen, en hun pik nog voor de cijfers, in hun eigen moeder stoppen:

De vrijheid werd voor niets vermoord, in jullie eigen stille straat. En het dringt maar niet tot jullie door, hoe zij ons heimelijk verlaat.

Gnoe

La Route au Sud (124)

La_route_au_sud_124

De politiek commissaris hapt naar zijn baasjes

Het vroeger feministische maandblad Opzij heeft Agnes Jongerius uitgeroepen tot de machtigste vrouw van Nederland. De voorzitter van de FNV werd eerder door de Volkskrant als zesde geplaatst in een top-100 van invloedrijke Nederlanders.

Hoe machtig en invloedrijk Jongerius in werkelijkheid is, bleek kort voor de bekendmaking door Opzij. De FNV-voorzitter wilde een kopje koffie drinken met PVV-leider Geert Wilders om te spreken over mogelijkheden om de verhoging van de AOW-leeftijd te verhinderen. Direct begonnen allerlei kaderleden van de linkse vakbeweging te sputteren.

Je zou verwachten dat ‘een vrouw met ballen’ in zo’n geval in staat is om haar rug recht te houden. Maar nee hoor, bij het eerste zuchtje tegenwind viel Jongerius om. Als een kleuter liet ze zich in de hoek zetten. Dat was dus de macht van ‘de machtigste vrouw van Nederland’.

Ondanks was ‘s werelds loon in het geval van de FNV-voorzitter. Als geen ander heeft zij zich uitgesloofd voor fundamentalistische moslims. Ze is solidair met hoofddoekenbrigades, die naast de hoofddoek ook nog de sluier op de werkvloer willen opdringen. Ze pleitte voor bidruimten in fabriek en op kantoor. Jongerius stelde bovendien de achterliggende waarden van de dwangmaand ramadan op één lijn met de grondbeginselen van de FNV.

Net als Agnes Jongerius (PvdA) sjouwde ook Bernard Welten (PvdA) van iftar naar iftar al deden zijn voeten ook zeer. Als een politiek commissaris in bolsjewistische stijl voerde de Amsterdamse hoofdcommissaris het door zijn bazen Job Cohen (PvdA) en Guusje ter Horst (PvdA) uitgestippelde beleid uit.

Welten zorgde ervoor dat zijn Amsterdamse dienders de gelegenheid kregen om de fabeltjeskoran van Kader Abdolah met korting te kopen. Hierdoor zouden politiemensen meer begrip krijgen voor de islam.

In opdracht van Cohen toog Welten naar de Ouma-moskee in prachtwijk Slotervaart. Daar gaf hij het startsein voor een wervingscampagne voor nieuw personeel. Het leidde tot kritische raadsvragen van de VVD, die door Cohen werden afgewimpeld. Welten had zijn knieval voor de gelovigen gemaakt in het kader van de door Cohen en Ter Horst beleden heilige diversiteit.

Zelfs voor een doorgewinterd politiek commissaris kan het moment aanbreken dat hij even ongehoorzaam is aan de bevelen van het Kremlin. Tijdens een interview met NRC Handelsblad weigerde Bernard Welten heel even om op te treden als His Masters Voice.

De politiechef liet weten dat hij in zijn functioneren werd beknot door de burgemeester en de minister van Binnenlandse Zaken. “Ik moet veel inslikken. Ik moet mijn ambities bijstellen. Het is niet de bedoeling dat ik veel agendeer.”

Welten vond dat hij onvoldoende gelegenheid had om publiekelijk duidelijk te maken ‘wat er speelt in de samenleving en op welke wijze er iets aan kan worden gedaan’. Het deed Welten bovendien verdriet dat hij nog geen enkele keer was ontvangen door minister Ter Horst, die de politiechefs als stoorzenders zou beschouwen.

Een relletje was geboren. De hoofdstedelijke SP eiste dat Welten per direct zou opstappen. Welten liet direct een verklaring uitgaan om de schade te begrenzen. Hij betreurde dat de indruk was ontstaan dat hij afstand had genomen van Cohen en Ter Horst. Dat kon niet verhinderen dat Welten door NRC Handelsblad in een hoofdartikel stevig onder handen werd genomen.

De aardigste analyse van het Welten-interview en de nasleep ervan komt van Sylvain Ephimenco. De Trouw-columnist: "Het interview, zaterdag in NRC, heb ik met stijgende verbazing gelezen. Zelden zo’n nietszeggend gesprek van dit povere kaliber gelezen. Niet minder dan vier pagina’s (met foto’s) had de krant nodig om lucht tot poeder te stampen. Over de werkelijke problemen die in Amsterdam met veiligheid en burgerschap te maken hebben staat niets in het stuk. Het onderwerp werd ook zorgvuldig weggetoverd door de journalist.”

Conclusie van Ephimenco: “Eigenlijk verwijt NRC Handelsblad de korpschef dat hij in NRC op tal van idiote NRC-vragen soms een minder ontwijkend antwoord gaf. Wat je een opgeblazen rel en een dubieuze vorm van zuigende journalistiek mag noemen.”

Hoe dit moet aflopen? Ik vrees voor Bernard Welten. In de politiek is happen naar de baasjes een onvergeeflijke zonde.

Carel Brendel

La Route au Sud (123)

La_route_au_sud_123

De kat op het spek binden

Net loop ik langs het kleine standbeeld van Anne Frank op de Westermarkt. Om de hoek is het Anne Frank huis. Rond het beeldje staat een groep jonge Marokkanen, gelardeerd met een enkele Antilliaan. Onder begeleiding van een zwarte onderwijskracht en een, naar mijn indruk ingehuurde, instructrice. De instructrice legt het een en ander uit over Hitler en de moord op de joden. Ik meen haar te herkennen als een medewerkster van het Verzetsmuseum. 'Heil Hitler' zegt een Marokkaans meisje. Drie Marokkaanse jongens brengen de Hitlergroet. Lachen. Onderwijzeres en instructrice negeren dit. De jongens maken nog een paar keer en langdurig het vreselijke gebaar, dat gebaar dat betekent dat men bereid is zoveel mogelijk joden te vermoorden. De leerlingen gaan in groepjes op de foto, staand aan weerszijden van het beeldje. Jolig zetten zij hun Marokkanen-petjes op het hoofdje van het beeldje. Laggeh! De onderwijzeres maakt foto's. Zonder iets te zeggen van het schenden van het fragiele monument. Het is een mooi beeldje van een klein meisje. Kwetsbaar, ontroerend.

Het groepje zet zich jolig in beweging, ik begrijp dat ze nu nog het homomonument gaan bezoeken. Het zal een project zijn van de gemeente Amsterdam. Om jongeren te informeren over de ramp van de tweede wereldoorlog. Het is volstrekt zinloos. Ergens in het stadhuis zal dit project worden geëvalueerd. Het zal een paar ton kosten. Maar daar staat blijkens de rapportage tegenover dat ‘ondanks de voorziene moeilijkheden gesproken kan worden van een geslaagd project dat de minderheden van onze stad heeft weten te wijzen op hun eigen rol in onze maatschappij en hen de boodschap heeft meegegeven dat ook zij bij onze geschiedenis horen’. Zoiets zal het worden. Kraait verder geen haan naar.

Roelf-Jan Wentholt

La Route au Sud (122)

La_route_au_sud_122

Steviger

Ombudsman1

Arme vrouw, die nu een hoge functie krijgt bij KPN. Fijn hoor, je hebt een mooie baan - omdat driekwart van de concurrentie niet mocht solliciteren. Als een bedrijf zoiets méént, als het echt iets wil doen, dan gaat het toch goede vrouwen zoeken, meteen, binnen- en buitenshuis, en geeft ze de kans die ze verdienen? Maar plannen bekendmaken is veel makkelijker, de publiciteit heb je alvast binnen. En als het in de praktijk lastig blijkt te worden, wat te verwachten is, kun je altijd nog zien.


Nu ja, één puntje winst heeft de vrouwelijke sekse in elk geval gemaakt: de nieuwe ombudsman van de NOS is een vrouw, Guikje Roethof. Ombudsman? Ombudsvrouw, zul je toch bedoelen. Maar nee. In een interview in het Parool verklaarde Roethof dat zij liever vasthoudt aan ombudsman: 'dat klinkt steviger'. Een goede zaak met zulke vertegenwoordigers - die heeft geen tegenstanders nodig.

Ileen Montijn

Lachen omdat het moet

Forced_smile_by_technochicken

Rudy Kousbroek schreef in 1997 dat het beeld van de islam ('demagogisch, infantiel en onverdraagzaam') in staat stelt “de islam net als iedere andere religie ongenadig belachelijk te maken”. Hij voegde er aan toe “maar de herkenbaarheid van dat beeld wordt met grote schijnheiligheid geloochend en spot of kritiek worden vereenzelvigd met racisme.”


Nu 'de islam' nog meer onder ons is dan voorheen, kunnen we vaststellen hoe hard islamgrappen nodig zijn en we moeten ons dan ook niets van die grote schijnheiligheid aantrekken. Al is het dan onaardig gelovigen voortdurend te pesten (maar wie doet dat?), we moeten ze wel serieus (blijven) nemen, dat zijn we niet alleen aan hen en onszelf maar ook aan onze toekomst verplicht. We kunnen niet, zoals bepaalde ex-feministes, gehoofddoekte wethouders en andere multiculturalisten wel voorstellen, onze moslimse medeburgers nog wat tijd gunnen (10, 20, 50, ..... jaar?) om aan grappen en grollen over cultuur en religie te wennen, een lolletje moet nú reeds kunnen.


Ik moest hier aan denken toen ik me kort geleden in een Amsterdamse tram bevond. Door een onverhoedse beweging van de trambestuurder dreigde ik m'n evenwicht te verliezen en daardoor moest ik vliegensvlug een steunpaal vastgrijpen om niet hard op de onreine tramvloer te belanden. Een mannelijke mede-reiziger die naast me stond, ondervond dezelfde evenwichtsproblemen. Vrijwel gelijktijdig grepen we naar de dichtstbijzijnde steunpaal waarbij onze handen elkaar vol aanraakten maar zodoende bleven we allebei overeind. Gelukkig maar!


Met geen mogelijkheid had ik deze vingerverstrengeling, deze ongeplande en ongewenste aanraking kunnen voorkomen. Niettemin, haastte ik me te verontschuldigen en snel wat hoger aan de steunpaal te grijpen. Niemand had zich bezeerd, het was ook eigenlijk een botsing van niets maar nadat ik de man eerst even aankeek, zei ik tegen hem: "gelukkig maar dat u geen orthodoxe moslim bent!".


De man lachte, en ik ook. Niet om 't 'geweldige' grapje maar omdat het wel móet.


Annelies van der Veer

Brutaal als de beul: Hamas-vrienden herdenken opnieuw de Kristallnacht

Nederlandbekentkleur1

Plus Update, 28.10.2009: Nederland Bekent Kleur liegt en vervalst bovendien de eigen geschiedenis: hierr.

Nederland Bekent Kleur (NBK) herdenkt opnieuw de Kristallnacht, het begin van de Jodenvervolging in nazi-Duitsland. Activisten van NBK zijn bij andere gelegenheden solidair met de antisemitische terreurbeweging Hamas, die het uitroeien van alle Joden in de statuten heeft staan. Hier past maar één term: brutaal als de beul.

Dat beroepsactivist René Danen er een levenstaak van heeft gemaakt om Geert Wilders en zijn PVV te bestrijden, moet hij weten. Merkwaardig is wel dat hij daarvoor in december 2007 Nederland Bekent Kleur (NBK) nieuw leven heeft ingeblazen. Deze stichting was namelijk in het voorjaar van 2002 ernstig in diskrediet geraakt na een agressieve campagne tegen Pim Fortuyn.

Nederland Bekent Kleur ontstond in het begin van de jaren 90 als reactie op een aantal aanslagen en geweldplegingen door extreem-rechtse groeperingen. Het was in het begin een brede coalitie van vakbonden, kerken en actiegroepen. De eerste manifestatie op het Museumplein in Amsterdam (21 maart 1992) trok 50.000 bezoekers, onder wie premier Ruud Lubbers, vice-premier Wim Kok, FNV-voorzitter Karin Adelmund en VVD-leider Frits Bolkestein.

NBK hield zich vooral bezig met de organisatie van de Internationale Dag tegen het Racisme op 21 maart. Daarnaast organiseerde de stichting een herdenking van de Kristallnacht. De animo voor beide manifestaties nam echter met de jaren af. De racismebestrijding raakte steeds meer in links-activistisch vaarwater. Vanaf 1994 trad de voormalige studentenleider René Danen op als woordvoerder of voorzitter. Hij omringde zich met trotskistische medestanders.

In december 2001 begon NBK een offensief tegen Pim Fortuyn, die kort daarvoor was gekozen tot lijsttrekker van Leefbaar Nederland. In De Socialist, het maandblad van de (trotskistische) Internationale Socialisten (IS), verscheen een artikel tegen de ‘Hollandse Haider’, ondertekend door Danen, IS-voorman Pepijn Brandon en twee bestuurders van NBK. Fortuyn werd uitgemaakt voor islamofoob, racist en aanhanger van het gedachtegoed van Janmaat. De Internationale Socialisten en NBK voerden op straat agressieve acties tegen Fortuyn. Nadat de ’Hollandse Haider’ uit de weg was geruimd door Volkert van der Graaf, besloot NBK echter alle activiteiten te staken.

Pas in maart 2007 liet NBK voorzichtig weer van zich horen door met Samen tegen Racisme, een dochtercomité van de Internationale Socialisten, een manifestatie tegen Wilders te organiseren. Echt tot leven kwam de stichting in december van dat jaar. Aanleiding was een Trouw-interview met oud-vakbondsman Doekle Terpstra, die Wilders bestempelde tot Het Kwaad en een brede beweging tegen de PVV-voorzitter bepleitte.

Dat was voor Danen het uitgelezen moment om opnieuw de publiciteit te zoeken met Nederland Bekent Kleur. NBK organiseerde in maart 2008 op de Dam in Amsterdam een betoging tegen Wilders. Daarnaast is de stichting prominent aanwezig in de juridische acties tegen de PVV-voorman. Net als in 2002 is NBK een beweging geworden die één politicus bestrijdt onder de vlag van het antiracisme. Linkse Activisten Tegen Wilders zou daarom een betere benaming zijn voor de stichting.

In zijn drang om Wilders te bestrijden is Danen ook weer begonnen met het herdenken van de Kristallnacht. Vorig jaar gebeurde dat bij een Joods verzetsmonument voor het stadhuis van Amsterdam. Het was een genante vertoning. Oud-politici als Ed van Thijn en Mohamed Rabbae hielden toespraken waarin de opmars van Wilders werd verbonden aan de Kristallnacht, de grootschalige geweldsorgie tegen de Duitse Joden op 9 november 1938.

Met de koppeling tussen Wilders en de Kristallnacht gaat Danen om diverse redenen over de schreef. Allereerst valt Wilders’ schrille kritiek op de islam - met alle bezwaren die je er tegen kunt hebben - op geen enkele manier te vergelijken met een door de nationaalsocialistische overheid aangemoedigde pogrom waarbij 267 synagogen en 7500 Joodse winkels werden vernield en waarschijnlijk 236 Duitse burgers van Joodse afkomst werden vermoord.

Rabbae vergelijkt het zwijgen na de Kristallnacht met het zwijgen over Wilders. Allereerst heeft Wilders nooit tot geweld opgeroepen. Ten tweede zwijgt niemand over de PVV-leider. Er is juist geen politicus die zoveel kritiek over zich heen krijgt als Wilders. De man heeft permanente bewaking nodig om te voorkomen dat hij dezelfde weg gaat als Fortuyn en Theo van Gogh. Bovendien had het zwijgen na de Kristallnacht vooral te maken met het feit, dat de vrijheid van meningsuiting in Duitsland was afgeschaft en vervangen door een terreurbewind.

Erger nog dan de altijd onproductieve verwijzingen naar de Tweede Wereldoorlog is het feit, dat de Kristallnacht in handen is gevallen van een groepering, die het hedendaagse antisemitisme een krachtige impuls heeft gegeven door haar steun aan fundamentalistische moslimgroepen. Net als in 2002 in de campagne tegen Fortuyn werken Danen en NBK opnieuw samen met de Internationale Socialisten.

Op 9 november 2008, toevallig op de dag van de vorige herdenking van de Kristallnacht, verscheen op het Allochtonenweblog een bijdrage van Miriyam Aouragh. Daarin verklaarde zij dat zij niet alleen actief was voor de Internationale Socialisten, maar ook bij Nederland Bekent Kleur.

Aouragh hoort bij de top van de IS, een trotskistische groep die solidair is met terreurbewegingen als Hamas en Hezbollah. Op 27 maart 2004 was zij de belangrijkste spreker bij een herdenking van sjeik Ahmed Yassin, oprichter van Hamas, dat zich in zijn handvest onder meer baseert op de vervalste Protocollen van de Wijzen van Zion. Diezelfde Hamas-statuten bevatten een oproep om alle Joden te doden.

Bij de Kristallnacht-herdenking van vorig jaar hadden enkele aanwezigen zich uitgedost met Hamas-sjaaltjes. Paul Damen, hoofdredacteur van het Nieuw Israëlietisch Weekblad, hield een unheimisch gevoel over van de bijeenkomst. In een column schreef hij dat Van Thijn zich liet gebruiken als ‘trekpop voor terroristische troep’.

Naar mijn weten heeft René Danen zich nooit gedistantieerd van zijn trotskistische, met antisemitische terreurbewegingen solidaire activiste Aouragh. Ondanks de negatieve reacties uit Joodse kring is hij dit jaar opnieuw van plan om opnieuw de Kristallnacht te misbruiken voor zijn politieke doeleinden.

Danen is brutaal als de beul. Wie samen met de Nederlandse vrienden van Hamas stilstaat bij 9 november 1938, herdenkt niet de Jodenvervolging, maar viert het begin ervan. Danen kan echter zijn gang gaan omdat de Nederlandse media zich nooit hebben verdiept in de politieke achtergronden van zijn stichting.

Carel Brendel

La Route au Sud (121)

La_route_au_sud_121

De Polen blijven hier.

Pat Condell's latest video: "far more insulting"

De elite draagt een hoofddoek? Rofl!!

Ebru3fu

Vastbesloten was ik. De conrector van Erasmiaans Gymnasium ontbood mijn moeder en mij op school. “In principe ben je geslaagd,” zei hij. “Maar dan moet je wiskunde laten vallen.”

Geen haar op mijn hoofd die eraan dacht. Zes jaar lopen zwoegen op dat k-vak dat de poorten naar elke toekomst zou openen en dan met de finish in zicht de handdoek in de ring gooien? Zó maaiveld. Zó modaal. Zó niet IK. “Ik kan ook Frans laten vallen,” tartte ik. Gefocust op de slagingspercentages was die optie niet eens bekeken.

“Ebru, doe nou niet zo moeilijk. Je gaat straks in Leiden Rechten studeren, doet hier en daar een commissie, trouwt met een Minervaan en dan komt het allemaal vanzelf goed met je.” Als ik al ooit vertrouwen had gehad in de wijsheid van mijn docenten, verdween die ter plekke. “Ik ga herkansen en over twee weken slaag ik alsnog met acht vakken. Toedeloe!” Met die woorden dirigeerde ik mijn moeder de kamer uit.

In dezelfde kamer mocht ik leerlingen van het Erasmiaans te woord staan voor Holland DocDe nieuwe elite(zie uitzending gemist). Met 20 procent allochtone leerlingen is het blanke bastion Erasmiaans geen elitair gymnasium meer maar de nieuwe werkelijkheid. En die nieuwe werkelijkheid is geïnfiltreerd door de orde der hoofddoeken. Want ook in allochtone kringen geldt dat gymnasia elitair zijn, en het Erasmiaans het summum van elitair. Pathetisch dat die hang naar elitair nóg gecultiveerd wordt. Elite is vorm, niet inhoud. Elite is waar je woont, niet hoe je woont. Elite is wie je kent, niet wie je bent. Dat allochtone kindertjes voorgehouden wordt dat ze erbij horen omdat ze op het gymnasium zitten en dat ze zich in de grotemensenwereld staande zullen houden met hoofddoek, is eigenlijk misdadig. Maar ook dat is de elite. Die denkt aan zichzelf en op het Erasmiaans is dat het slagingspercentage. Dan maar met allochtone
kinderen. Dan maar met hoofddoekjes. Ik help de hoofddoekjes hopen dat de waarheid mij inhaalt, maar aangezien ik net 50 euro overhandigd heb aan de enige hoofddoek die ik ken - de werkster - weet ik wel beter. De elite zal de rijen gesloten houden vooral voor degenen die erbij willen. Maar ja, het is ook veel elitairder om niet bij de elite te willen horen.

Ebru Umar

La Route au Sud (120)

La_route_au_sud_120

Wafa Sultan - A God Who Hates

Feest_3

Wafa Sultan, A God Who Hates, New York (St Martin’s Press) 2009, 244 pp., isbn 978-0-312-53835-4, ongeveer 25 US$.

Wafa Sultan is de vrouw die op 21 februari 2006 in een live-programma van Al Jazeera volkomen onverwacht de Wafaberoepsverdedigers van de officiële leer van de islam hard heeft aangepakt. Het maakte haar in een klap wereldberoemd. Ze is opgegroeid in Syrië, en werkt als psychiater in de Verenigde Staten.
Een kort citaat van bladzij 7:

After the 9/11 terrorist attack Americans asked themselves: “Why do they hate us?’
My answer is: “Because Muslims hate their women, and any group who hates their women can’t love anyone else.”
People ask: “But why do Muslims hate their women?”
And I can only reply: “Because their God does’’.

En zo voort. Veel leesplezier. HJ

Heeft Karel Martel Frankrijk gered?

Karel_martel

Afgelopen zomer op vakantie in Frankrijk kocht ik in Poitiers een boekje van de hand van Élisabeth Carpentier: Les Batailles de Poitiers. Carpentier was jarenlang professor in de geschiedenis aan de universiteit van Poitiers. Hieronder een fragment uit het concluderende hoofdstuk.

HEEFT KAREL MARTEL FRANKRIJK GERED?

Het is om verschillende redenen zeer aanvechtbaar om het op deze manier te stellen: - omdat in de 8e eeuw Frankrijk als zodanig nog niet bestond, alleen Gallië bestond nog maar, verdeeld in rivaliserende eenheden; - omdat deze bewering een waarde-oordeel bevat, ten faveure van Karel Martel en ongunstig voor zijn tegenstanders; - en tenslotte omdat we niet weten of die tegenstanders werkelijk het plan hadden om Gallië te veroveren.

Maar dit is slechts een woordenspel. Frankrijk is immers de erfgenaam van Gallië. Het lot van Frankrijk, maar evenzeer dat van Europa, zou totaal anders geweest zijn wanneer het vanaf de 8e eeuw in plaats van christelijk islamitisch zou zijn geworden. Men mag het betreuren of men kan zich erover verheugen, maar het is een feit. Gezien vanuit een westers standpunt leek het oprukken van de islam onstuitbaar. Maar vanaf het eerste treffen, behaalden de Fransen van Karel Martel bij Poitiers een overwinning die men kan beschouwen als beslissend en definitief, aangezien er daarna geen enkele veldtocht van de Arabieren meer naar het hart van Gallië is geweest. Dus in deze zin kan men zeggen dat Karel Martel Frankrijk heeft ‘gered’.

Ziedaar het werkelijke fundament van de symbolische waarde van de slag bij Poitiers: wat de beweegredenen van de twee tegenstanders ook geweest mogen zijn, en hoe groot of klein de veldslag ook geweest is, deze unieke veldslag in het hart van Frankrijk is het symbool geworden van het zegevierende verzet tegen de islam en tegen de Arabieren van Gallië/Frankrijk en, daarmee van Europa en de christenheid tegen de islam en tegen de Arabieren. Later, in de 16e eeuw, werd de slag bij Lepanto (1571), op vergelijkbare wijze het symbool van het verzet van het christelijke Europa tegen het tweede grote offensief van de islam, deze keer door de Ottomaanse Turken.

De slag bij Poitiers is geen mythe, het is een symbool. En dit symbool heeft nu nog een sterkere betekenis gekregen omdat de confrontatie tussen de christenheid en de islam sindsdien altijd is blijven bestaan. Aan het begin van het derde millennium is de problematische verhouding tussen het Westen en de wereld van de Arabische muzelmannen nog steeds brandend actueel. De islam verwerpt elke invloed van het westerse ‘model’. Wat betreft de westerlingen, zij hebben zich nooit zo uitgesproken over het islamitische gevaar of over de Arabische dreiging: maar de verwijzing naar de slag bij Poitiers als symbool is nog steeds actueel.

Henk

La Route au Sud (119)

La_route_au_sud_119

'Het Grote Uitsterven'

Inhetbos_2

Wat zou er gebeuren als vanaf vandaag, door iedereen, overal ter wereld, contraceptie werd toegepast?

Wel haast een blasfemische vraag maar Rebert van Buyten, een van de hoofdpersonages uit Zoete mond, de nieuwe roman van schrijver Thomas Rosenboom, stelt 'm, zij het aan zichzelf en hij vult het antwoord meteen maar in.

Er zou geen enkele baby meer geboren worden. Na vijfenveertig, vijftig jaar zou de laatste vruchtbare vrouw, zij die nu nog net ter wereld kwam, haar vruchbaarheid verliezen. Daarna zou er ook zonder contraceptie geen enkel kind meer geboren kunnen worden. De mensheid zou ten dode zijn opgeschreven – de mens zou uitsterven.

We schijnen op korte termijn maar weinig aan de klimaatsveranderingen te kunnen doen – als er al sprake is van klimaatsveranderingen – maar met z'n allen uitsterven kun je binnen vijftig jaar regelen! Een bijzondere realiteit. Niet eerder ben ik dit gedachte-experiment van 'Het Grote Uitsterven' in een boek tegengekomen.

Het zou natuurlijk al een slok op een borrel hebben gescheeld als de werelbevolking de laatste decennia minder snel was toegenomen. Welke schaarsten hadden dan allemaal wel niet voorkomen kunnen worden?

De Britse demograaf en econoom Malthus schreef in 1798 An essay on the Principles of Population waarin hij voorspelde dat, ik citeer uit Zoete mond: “de bevolkingsgroei de groei van de voedselproductie op rampzalige wijze zou inhalen. De bevolking nam immers meetkundig in aantal toe, terwijl de opbrengst van de landbouw slechts rekenkundig kon stijgen. Gezien het mathematische gegeven dat elke stijgende meetkundige reeks (1, 3, 9, 27, 81) uiteindelijk elke rekenkundige reeks overtreft (10, 20, 30, 40, 50), moest dat op den duur wel leiden tot een daling van de beschikbare hoeveelheid voedsel per persoon (en van ruimte, meende Rebert daaraan toe te kunnen voegen), waarna de almaar toenemende schaarste alleen nog maar kon uitmonden in een catastrofe. Slechts zelfbedwang, en de 'ondeugden' van contraceptie en abortus, zouden die noodlottige afloop nog kunnen verhinderen. De neomalthusianen deelden de zienswijze en zorg van Malthus volledig, alleen hadden zij geen enkel moreel bezwaar tegen de toepassing van contraceptie en abortus – de bond was nu juist opgericht om die te bevorderen en het condoom voor iedereen beschikbaar te maken.

Ja, Rebert van Buyten is een beklagenswaardige man die het verlies van zijn vrouw nog lang niet te boven is, als zoiets al bestaat. Veel te kort mocht hij met z'n Tine getrouwd zijn, aan kinderen zijn ze niet eens toegekomen. Maar alsof het allemaal niet erg genoeg is moet hij met het verlies van Tine ook het enigszins sociale en dus menswaardige leven missen dat hij nou juist door haar had verkregen. Hoe dat precies zit moet de lezer zeker zelf gaan ontdekken, het maakt 't des te aannemelijker dat Van Buyten een stapje verder gaat dan Malthus en zich, terwijl hij z'n inmiddels dagelijkse glaasjes met hypnine versterkte wijn inneemt, verlustigt in deze theorie van Het Grote Uitsterven, “het was je reinste ultramalthusianisme”.

Niet dat de rest van de roman saai is, integendeel, maar het gedachte-experiment levert een aantal pagina's verrassend en meeslepend proza op. Van Buyten fantaseert maar door over de eindeloze voordelen en gevolgen die dat grote uitsterven met zich meebrengt. Voordelen die vrijwel direct merkbaar zijn: de aarde zal met de dag leefbaarder worden, er zal geen ruimte-gebrek meer zijn maar een woningoverschot, na 6 jaar kunnen alle kleuterscholen dicht, na 12 jaar alle lagere scholen etc., vanwege de onuitputtelijke voorraden zal er overvloed aan voedsel zijn en de hele milieu-problematiek zal in een keer opgelost zijn en “wanneer er nu met dit project begonnen werd zou hij dan drieentachtig zijn; al had alle levenslust hem begeven, alleen om dat mee te maken zou hij nog wel zo lang willen leven.”

Alleen tijd zal schaars worden..

En er mogen dus geen dwarsliggers, geen spelbrekers zijn. Iedereen moet meedoen.

Toen ik tijdens een boswandeling het gedachte-experiment ter sprake bracht, leerde ik al snel dat het helemaal niet zo uniek is als ik dacht want in veel Science Fiction boeken die W. weleens leest komen theorieën die 't uitsterven van de mensheid voorspellen veelvuldig voor. Maar nog vaker komt 't voor dat het menselijke ras ramp en tegenspoed weet te overwinnen.

Voor de natuur, de dieren en sommigen onder ons lijkt me de theorie van Het Grote Uitsterven een geruststellende gedachte. De natuur is echter onverschillig, en van dat uitsterven komt het voorlopig nog niet. Overleven zit nou eenmaal in ons dierlijk DNA.

Annelies van der Veer

P.S. Zoete mond mag er zijn maar Gewassen vlees blijft voorlopig het magnum opus van schrijver Thomas Rosenboom. Aan het meeslepende en spannende verhaal van de onherroepelijke teloorgang van Willem Augustus kan geen van zijn latere of eerdere boeken (nog) tippen: Publieke Werken niet, noch Zoete mond of De nieuwe man. Bij Gewassen Vlees moest ik huiveren, lachen en tijdens bepaalde passages m'n walging onderdrukken, maar juist die 'schijtpassages' moest ik wel voorlezen, uit enthousiasme en bewondering; zoiets uitzonderlijks kun je gewoonweg niet voor je zelf houden. Ik heb het boek destijds, ik las het in 2001, anderen nog vaak aangeraden maar altijd tevergeefs. Men bleek er niet ontvankelijk voor maar legde de 732 pagina's tellende roman (even doorzetten!) na een aantal pagina's gewoon opzij. Hoe is het mogelijk.

Herhaling van zetten

Arabist_jansen

Het islamdebat is sinds Janmaat een herhaling van zetten. Dit betoogt Joost Niemöller in een column op Het Vrije Volk van 18 oktober 2009. De ene partij, legt hij uit, wijst op de dreigende inhoud van de Koran (of een willekeurig ander islamitisch document), de andere partij wijst er op dat het in de praktijk wel meevalt, en trekt de interpretatie dan wel de relevantie van de geciteerde islamitische tekst in twijfel. Ook over de integriteit van de brenger van het slechte bericht worden gewoonlijk suggesties gedaan die niet gepast zijn. Vervolgens Da Capo al Fine, de tweede keer bij voorkeur Fortissimo.

Onbedoelde, niet-gezochte herhaling van zetten overkomt bij het schaken alleen amateurs. De deelnemers aan het islamdebat zijn dat dan ook. Ze gaan uit van de veronderstelling dat bij de koran en de islam, net als bij de Bijbel en het christendom, het probleem ligt in wat de teksten betekenen, en dat de een de tekst anders uitlegt dan de ander. Dat is een amateuristische vooronderstelling.

Ten eerste, de islam kent veel meer gezaghebbende teksten dan alleen de koran. De uitspraken toegeschreven aan de profeet van de islam, Mohammed (570?-632?) en de regels in de sharia-handboeken tellen in de praktijk even hard mee.

Ten tweede, er bestaat onder de moslims weinig of geen meningsverschil over de vraag wat die teksten en die voorschriften in concreto betekenen. Gezien de eenvoudige aard van die opdrachten is dat ook niet verwonderlijk. Wat valt er uit te leggen aan ‘Doodt hen’? Of ‘Neem hen niet tot vriend’? Het meningsverschil betreft uitsluitend de vraag onder welke omstandigheden die opdrachten vervuld dienen te worden.

Wie, waar en wanneer. Dezelfde vragen zijn even zo goed aan de orde wanneer het gaat over de plicht om te vasten, de plicht om op bedevaart naar de Heilige Kubus in Mekka te gaan, zelfs als het gaat over de plicht om vijfmaal per dag het gebed te verrichten. En, gezien de gevaren, uiteraard ook als het gaat om de plicht tot strijd tegen de ongelovigen.

De moslims die wij ‘radicalen’ of ‘fundamentalisten’ noemen, zijn van mening dat de vervulling van al die opdrachten een lang verwaarloosde plicht is, die nu onverwijld ter hand moet worden genomen, de plicht tot jihaad inbegrepen. Vandaar de titel van mijn boek uit New York in 1986: The Neglected Duty, dat handelde over de opvattingen van de moordenaars van Sadat.

Om de oude grootmeester Bernard Lewis maar weer eens te citeren: Er zijn wel gematigde moslims, maar er is geen gematigde islam. De meeste moslims stellen zich afzijdig op, als burgers in oorlogstijd, en laten het plegen van de vijandelijkheden over aan de professionals. Dat schept bij een van de twee partijen in het islamdebat de illusie dat het wel meevalt. Da Capo al Fine. Naar keuze Staccato of Fortissimo.

HansJansen