De islamofobie van Jan Siebelink

Christendom_islam


De islamofobie van Jan Siebelink

(...) Ik nam afscheid en op weg naar huis stelde ik me voor, John, dat er in ons land al meer moskeeën met minaretten als kerken met een gouden weerhaan of kruis waren. Moëddzin roepen op vaste tijden via luidsprekers de gelovigen op tot gebed. Ik dacht aan de fundamentalisten in Algerije, Egypte, Iran en kreeg het er warm van. In 760 hield de achterhoede van Karel de Grote, bij Ronceval in Noord-Spanje, de Saracenen tegen en dat heeft het Westen behoed voor de islam. We danken er bovendien het Roelantslied aan. In de zeventiende eeuw stuurde de Zonnekoning Franse troepen om de Oostenrijkers bij te staan. Gezamenlijk versloegen ze de Turken die al voor Wenen stonden en weer werden de mohammedanen teruggedrongen. Aan die angst danken we trouwens ook een mooie literaire tekst. Turkije was in die tijd zeker zo machtig als Frankrijk, dat zichzelf het middelpunt van de aarde waande. Tijdens onderhandelingen in Versailles werd de Zonnekoning zwaar beledigd door een Turks diplomaat. Lodewijk vroeg daarop zijn hofschrijver Molière een ‘turkerijtje’ te schrijven. Dat werd Le bourgeois-gentilhomme, waarin lichtelijk de draak wordt gestoken met het Turks. Net voor ik deze brief op de post wil doen wordt mij een nummer van het Reformatorisch Dagblad op proef aangeboden. Professor Kohlbrugge, oud-hoogleraar Iraanse taal- en letterkunde, heeft voor de gereformeerde studentenvereniging ‘Voetius’ in Utrecht een lezing gehouden waarin hij benadrukte dat Allah slechts een vreselijke tiran was en de islam een godsdienst van volkomen leegte, een geloof zonder barmhartigheid. (…)

Uit: Dorpsstraat Ons Dorp - Jan Siebelink en John Jansen van Galen
brieven, 20 januari 1995
Meulenhoff

Geen opmerkingen:

Een reactie posten