Abdelkader Benali, de sjeik en de joden

Soms wordt je wereldbeeld in een halve seconde volledig op z'n kop gezet. Zo geloofde ik m'n oren niet toen ik de schrijver Abdelkader Benali (niet te verwarren met de veelgeprezen schrijver Kader Abdolah van de door de Nederlandse goegemeente bejubelde fabeltjeskoran) bij het onverwacht populair geworden discussieprogramma 'De Halve Maan' (NTR) hoorde beweren dat de omstreden in London woonachtige sjeik Haitham al-Haddad tijdens zijn bezoek aan Nederland niet met genoeg respect was behandeld.

Niet genoeg hoffelijk opgebracht. Voor de sjeik. Niet met genoeg respect behandeld.  Sjeik Haitham al-Haddad.

Kunduz en Palestina

Kunduz en Palestina zijn in Nederland de twee meest gebruikte geografische eigennamen uit het Midden-Oosten. Kunduz is dat nog maar een paar jaar, Palestina wat langer, maar niet zo veel meer dan een halve eeuw.

Hoe word ik een beroemd schrijver?

Wie is er eigenlijk gebaat bij dit 'literaire zelfhulpboek' van Ilja Leonard Pfeiffer? 

De titel van zijn boek is een vraag: “Hoe word ik een beroemd schrijver?. De eenenzestig hoofdstukjes zijn eveneens geformuleerd in de vorm van een vraag. Van Schrijf je in de eerste of de derde persoon? tot Hoe schrijf je een column?. Van Hoe schrijf je een bestseller? tot Zijn alle schrijvers alcoholisten? Maar ook: Hoe kleed je je als beroemd schrijver? En: Hoe gaan radio-interviews? 

Ik las het boek in de trein naar Düsseldorf. Het lag op het schap voor het raam. Ik heb er enkele haltes over gedaan voor ik het durfde aan te raken. Misschien had iemand het laten liggen. De eigenaar kon naar de wc zijn. Of een coupeetje verderop om even de benen te strekken. Maar na Ede -Wageningen nam ik mijn kans waar. Op de hel gele cover (titel in het rood, naam van de schrijver in azuurblauw) was in het wit een portret afgebeeld van een mannenkop met pijp. Zo'n hoofd om uit te knippen. Het schaartje zat erbij. Onmiskenbaar Harry Mulisch. Op het achterplat stond een zelfde knipfiguurtje, maar dan in het zwart, van de schrijver Ilja Leonard Pfeiffer , en ik las daar o.a.: “Voor al die honderdduizenden die het schrijverschap ambiëren en voor al die duizenden die het inmiddels verfoeien.” Een grote doelgroep dus, waar je behoorlijk rijk van zou kunnen worden. Een bestseller heeft Ilja Pfeiffer tot nu toe nog niet geschreven.

Ik behoor tot geen van beide subgroepen, maar ik begon toch te lezen.

De nieuwe burka-vriendelijke regering van Frankrijk


Door: Daniel Greenfield, Frontpage, 21 mei 2012

Vertaling: Kees Bakhuyzen, HoeiBoei

Francois Hollande is wellicht de eerste door moslims gekozen president van Frankrijk. Naar schatting 93 procent van de moslimstemmers brachten hun stem uit op Hollande; in een verkiezing waarin de uiteindelijke verschillen gering waren, kan dat aantal de doorslag hebben gegeven tussen winst en verlies. De samenstelling van de nieuwe Franse regering weerspiegelt dat Hollande in het krijt staat bij zijn moslimstemmers.

Tijdens zijn campagne had Hollande gezegd dat hij het verbod op de burka in stand zou houden, daarbij aangetekend dat hij deze wet op de best mogelijke wijze zou toepassen – een mededeling die veel ruimte laat voor allerlei kronkels die uitvoering van de wet tot een minimum beperken. En zijn aanstelling van Christiane Taubira als Minister van Justitie geeft het bange vermoeden dat binnenkort Vrouwe Justitia een burka zal aantrekken.

Christiane Taubira, min. v. Justitie
Taubira, een radicaal linkse politica uit Guyana die, ook al is ze benoemd tot Minister van Justitie, geen universitaire graad heeft in de rechten, stemde tegen de wet die de hijab op scholen verbiedt – waarmee ze slechts een van een handvol leden van de Nationale Vergadering was. Ze bracht helemaal geen stem uit betreffende het verbod op de burka in 2010, maar dit jaar tekende ze een petitie van de MTE* namens “gesluierde moeders” welke een beschuldigende vinger wees richting de “eindeloze reeks strafbare handelingen tegen moslims”, een lijst waarop onder andere de “anti-hoofddoekwet” en de “anti-nikaab wetgeving” voorkomen.

100 jaar John Cheever – de ‘spion’ van de Amerikaanse middenklasse

Op 27 mei is het honderd jaar geleden dat de Amerikaanse schrijver John Cheever werd geboren. Cheever, die in 1982 overleed aan de gevolgen van kanker, kreeg de bijnaam ‘De Tsjechov van de Buitenwijken’, dit vooral vanwege de reeks weergaloze verhalen die hij schreef voor voornamelijk The New Yorker, het weekblad waarmee hij onlosmakelijk is verbonden. Zelf omschreef Cheever zich als ‘een spion van de Amerikaanse middenklasse’, die hij in met name zijn korte verhalen zeer raak wist te beschrijven met alles wat daar in de na-oorlogse periode bij hoorde: cocktail parties, alcoholisme, overspel en het – meest onderhuidse –  verlangen te klimmen op de sociale ladder. Daarbij ontmaskerde hij vooral de façade van onbedorven geluk dat suburbia aankleeft in de clichématige beeldvorming. 

Joost Niemöller - Het immigratietaboe


Joost Niemöller
Interview met @JoostNiemoller bij BNR Nieuwsradio ('Hoeveel kost een immigrant?') over zijn vandaag verschenen boek Het Immigratietaboe, 10 wetenschappers over de feiten, via deze link terug te beluisteren:

http://www.bnr.nl/?player=archief&fragment=20120524113714900

"Wie harde feiten presenteert raakt geïsoleerd in het debat en wordt als niet politiek correct weggezet. Voor dit journalistieke boek verzamelde Joost Niemöller de cijfers die het establishment liever onder het tapijt veegt."

Het immigratietaboe, ISBN: 978 90 490 2409 3, uitgeverij Van Praag. Meer info of bestellen?

Gedenkboek Heere Heeresma

Zoals de schrijver zelf al memoreerde. Een mens zal twee keer sterven, de tweede maal is als zijn naam niet meer wordt genoemd.

Een fors aantal bentgenoten zette zich schrap. Verhalen werden verzameld en een schitterend gedenkboek werd gemaakt.

Onder andere, Wim Hazeu, Atte Jongstra, Cherry Duyns, Rudie Kagie, Michel Vink, Anton de Goede, Heeresma Jr, Henk Reurslag, Monica Sauwer en Helga Ruebsamen.

Hier vast een fragment:

haathaathaatversie?

De opmerkelijkste berichten van de afgelopen week uitgelicht en van commentaar voorzien door kenners. Arabist Hans Jansen reageert vandaag in Desgevraagd op 't volgende nieuwsbericht (bron GeenStijl): 

"Jup, die [Izharudeen] hebben een hoop wapperen in hun bovenkamer, onder andere een extremistische haathaathaatversie van de islam." (volledige bericht)


Commentaar Hans Jansen: Het probleem met de islam is nu juist dat de islam in al zijn vormen voor de toepassing van de islam pleit, en dat kan maar één ding betekenen: toepassing van de sharia. De hoofddoek is bijvoorbeeld een vlag die laat weten dat de islam én de sharia zullen moeten worden toegepast. Onder de sharia heeft iemand die nog geen moslim is geen

Anjem Choudary, leider van verboden extremistische groepen, komt naar Amsterdam

In afwachting van zijn enkelbandje mag de veroordeelde Antwerpse crimineel en haatzaaier Fouad Belkacem alias Abu Imran kennelijk nog naar het nabije buitenland reizen. Ondanks eenveroordeling tot twee jaar cel, waarvan één jaar ‘effectief’, prijkt de leider van Shariah4Belgium op de aankondiging van de

Het ESM-verdrag, de grondwet en de democratie. Een paar puntjes.


Dit ESM-verdrag kan in tegenstelling tot de meeste andere verdragen niet door Nederland opgezegd worden. Daar hebben we toestemming van andere landen voor nodig!
Dat maakt een grondwetswijziging noodzakelijk, omdat Nederland het ESM-verdrag niet eenzijdig kan opzeggen. Laat de Raad van State dit echt ongenoemd passeren?
Dus zelfs als de meerderheid van de kiezers bij de Tweede Kamerverkiezingen op

Hoe krijgen we een 'gematigde islam'?

Dirk Verhofstadt: Maar zijn er nu nog veel mensen die de regels van de 'heilige' teksten letterlijk interpreteren en toepassen? De meeste gelovigen van vandaag zijn toch gematigd.


Paul Cliteur: We zouden inderdaad gematigde gelovigen moeten hebben. Vooral in het kader van de radicalisering van moslimjongeren is die discussie actueel geworden. Hoe stimuleren we 'gematigde moslims'? Hoe krijgen we een 'gematigde islam'? Hoe voorkomen we breeding Bin Ladens (het grootbrengen van Bin Ladens)? En kan de overheid daaraan een bijdrage leveren? Mag de overheid

Strategisch boodschappen doen

Ik heb m'n winkelwagentje nog niet door het toegangshekje van de blauwe supermarkt geduwd of ik zie verderop een kennis die ik daar laatst ook al tegenkwam. Ik schiet ter plekke in de modus strategisch-boodschappen-doen. Het heeft niets met keurmerk, prijs of een-of-andere-duurzaamheid te maken en evenmin met de supermarkt – het overkomt me in de supermarkt-voor-alle-mensen evengoed als in de duurdere – maar alles met

Lees verder in Metro of op de Metro-site hierr.

Dr. Wafa Sultan exposes Islamic values with Sheikh Omar Bakri Muhammad



De zusters van sharia4belgium. zijn ‘(on) gezien’ (on) gezond.




Zijn ze niet charmant, de verzamelde vrouwengilde van ‘sharia4whatever ? Men zou er zelfs een quizvraag kunnen uitpuren. Met hoeveel zijn ze en wie is er aan het woord ? De ontvoogdingsgraad is beduidend lager dan die van ingevroren zaadcellen. Idem voor het intelligentieniveau van deze schare non-persoonlijkheden die erin slagen een islamitische versie neer te zetten van Irma Grese en haar  Jungmädelbund.

Het is dus over de bewegingsvrijheid van dergelijke dames dat Eva Brems, professor mensenrechten, zich erg zorgen maakt. Wanneer deze vrouwen zonder gezichtssluier niet meer de straat op kunnen.

De film PLAY van Ruben Őstlund: een spel met discriminatie en omgekeerde discriminatie

Onlangs zorgde een discussie over 'negerhoeren' weer voor enige ophef. Het begon allemaal met een bericht in Het Parool. Vijf jongens van Marokkaanse afkomst mishandelden in maart in het centrum van Amsterdam een zwangere vrouw, waardoor zij mogelijk haar baby heeft verloren. Opmerkelijk was, dat de vrouw zelf ook van Marokkaanse afkomst was. Ze was in de ogen van haar belagers een 'negerhoer', omdat ze met haar vriend, een zwarte jongen, over straat liep.

Journalist en Marokko kenner Bart Schut schreef er in de Volkskrant een opiniërend artikel over onder de titel “Hebben Marokkanen een racisme probleem?, een vraag die hijzelf met een volmondig ja beantwoordt, daarbij wijzend op discriminatie in Marokko ten opzichte van Berbers en zwarte Afrikanen. Een paar dagen later zit Schut bij PenW tegenover Hassnae Bouazza, die het 'incident' zoals zij de mishandeling noemt, afschuwelijk vindt, maar ze wil niet met dat 'gajus'' vereenzelvigd worden.

Samira Bouchibti (schrijfster van het boek De Islam, de moslims en ik dat onlangs op deze site besproken werd door Carel Brendel) beaamt in De Spits, dat Marokkanen discrimineren. Overigens net zozeer als de meeste bevolkingsgroepen dat doen. In hetzelfde artikel in De Spits wijst Ibrahim Wijbenga, CDA-raadslid in Eindhoven en zoon van een Friese vader en een Marokkaanse moeder, op de onder liggende frustratie waar het volgens hem in dit geval om gaat en die zich uit in de straatcultuur van Marokkaanse jongens. Zij blijven in hun ontwikkeling vaak achter bij Marokkaanse meisjes, die soms een beetje op hen neer kijken en relaties met andere jongens aangaan. Iets dergelijks zie je eveneens gebeuren in een kleine scène in de film Snackbar (zie Turks-Marokkaanse Snackbar in het nieuwe filmmuseum).

De socioloog/criminoloog Jan Dirk de Jong reageert in de Volkskrant weer op Bart Schut. Hij betoogt, dat racisme voor Marokkaanse straatjongens hoofdzakelijk een effectief wapen is om mee te provoceren maar geen diep gewortelde ideologie. Een straatjongen met een afwijkende etnische afkomst kan racistische uitlatingen ontkrachten door zich te handhaven op straat. Je moet je volgens De Jong dan ook niet blind staren op ‘de’ racistische opvattingen van ‘de’ Marokkanen maar de straatcultuur in achterstandswijken aanpakken.

Deze laatste opvatting komt in de buurt van wat de

Rutte

Met de meeste landelijk bekende politici heb ik wel eens een keer achter een tafel gezeten. Hoe komt dat? Wel, vroeger, voor het Wildersproces, werd ik regelmatig uitgenodigd door studentenverenigingen om op een door hen georganiseerde avond te komen spreken, over een ‘actueel onderwerp’, meestal samen met politici die nog niet zo ver in hun carrière waren.

Van een dergelijke bijeenkomst ken ik, bijvoorbeeld, Geert Wilders (nog uit zijn VVD-tijd). Daardoor ben ik bij het Wildersproces terecht gekomen, en (mede?) daardoor word ik sindsdien nauwelijks nog uitgenodigd. Denk ik. Misschien is er nog een reden: ik insisteer tegenwoordig op een ruime vergoeding

Hemelvaartsdag 2012: alle kassa's open

'Daar ben ik nog niet zo zeker van,' zei ik.

Soms word ik wel degelijk ontmoedigd, als bijvoorbeeld mensen mijn geestelijke liederen godslasterlijk noemen. (Bij gereformeerde studenten, of hervormden, in Utrecht, waar ik las uit eigen werk - ik moest er hals over kop uit Friesland heen, om op het laatste moment, Hella Haasse die griep had of de rode vlag had uithangen, te vervangen, en had zodoende geen tijd om te proberen U eens te ontmoeten - vond men het gedicht, waarin God Zich aftrekt, te ver gaan: dat deed God toch niet. 'Daar ben ik nog niet zo zeker van,' zei ik. 'Ja, U denkt natuurlijk: grote jongens doen dat niet meer. Maar ik vind: als God dat wil, dan

Alessandro Piperno, Vervolging

Over een Italiaanse Lolita, de vernietigende kracht van de media en de devaluatie van ‘mannelijke waarden’. 

Italiaanse literatuur is in. In ieder geval nemen romans van Italiaanse schrijvers/schrijfsters de laatste jaren een prominente plek in op de planken van de Nederlandse boekwinkels. Een tijdje lagen de boeken van Niccolo Ammaniti op een duidelijk zichtbare plaats en ook de schrijver zelf was een graag geziene gast in de boekhandels. Ik bedoel dan dat Ammaniti gefêteerd werd in de dependences van Selexyzz (toen dat nog kon) en in ruil daarvoor een korte lezing hield en zijn boeken van een handtekening voorzag, vooral Ik ben niet bang en Ik haal je op, ik neem je mee (1999 – 2004 Nederlandse vertaling van Etta Maris). Ook Kluun (over Ik haal je op.. : “Er is geen boek waar ik de laatste jaren zo van heb genoten als van deze roman”) nodigde hem als speciale gast uit op zijn literaire avonden in nachtclubsetting. Ik ben niet bang is al weer jaren geleden verfilmd (beste Oscar buitenlandse film) en is op dit moment als kindervoorstelling te zien in het theater: het sfeervolle en spannende verhaal over een jongetje dat een leeftijdgenoot opgesloten vindt in een ruїne in Zuid-Italië wordt prachtig verteld en gespeeld door René Groothof.

De schrijver Sandro Veronesi is een andere literaire held in Italië. Van hem is Kalme chaos (2005) verfilmd. In mijn artikel Schrijvers van de bovenste plank besprak ik zijn laatste roman XY (2010), evenals de andere vertaald door Rob Gerritsen. Naar aanleiding van Kalme chaos zei de dit jaar overleden Doeschka Meijsing:

Een verborgen pas in de bergen

Lieve Ellen, 

Vanuit Krimpen op een door regen en kou verloren zondag, het volgende:

De dromer en zijn droom. 

In de jaren dertig vertrokken drie werkloze jonge mannen uit Krimpen aan de Lek. Evert Westbroek, Bastiaan Alblas, Pieter Benschop. In het gedenkboek van Krimpen staat het zo mooi. Het waren drie musicerende muzikanten die een rondreis door Nederland gingen maken. Om tijdens de tocht in hun levensonderhoud te kunnen voorzien speelden zij mandoline- muziek in doortrekkende gemeenten. Ze kregen een verklaring mee van de burgermeester. In deze officiële brief stelt hij: ‘Zij staan in deze gemeente gunstig bekend en zijn voor zoveel hem bekend van goed zedelijk gedrag’. Wat er van hen gekomen is vermeldt de kroniek niet. Wat zouden ze allemaal beleefd hebben? Werden de verhalen steeds sterker? Bleven zij wel van goed zedelijk gedrag?

Als kind was ik al gek op ridderverhalen. Favoriet, de koning Arthur sagen. Als centraal middelpunt de queeste, een zoektocht die door de held van het verhaal tot een goed einde moet worden gebracht. Soms worden boeken als deze nog geschreven. Cormac Mccarthy’s ‘De Kruising’ handelt over een jongen die

NIET HOUDBAAR, NIET DUURZAAM

De maatschappij zoals wij die gemaakt hebben, is niet houdbaar en evenmin duurzaam. Dat heeft goede redenen.

Herverdeling van de welvaart is een belangrijke taak van de overheid. Vroeger was dat niet zo, de overheid had wel wat beters te doen, ook al deelde er wel eens een burgemeester haring en wittebrood uit.

Om de overheid iets in handen te geven dat (her)verdeelbaar is, moet de ene burger aan de overheid betalen, terwijl de andere ontvangt. Om te bepalen wie er iets ontvangt, zijn criteria nodig. Die criteria

Mona Eltahawy: Waarom haten ze ons?

Mona Eltahawy
Waarom haten ze ons?
De ware oorlog tegen vrouwen wordt gevoerd in het Midden-Oosten. 
Door Mona Eltahawy, Foreign Policy, mei/juni 2012. 

In "Verre Blik op een Minaret" begint de wijlen en te vaak vergeten Egyptische schrijfster Alifa Rifaat haar korte verhaal met een vrouw die zo onbewogen blijft door sex met haar echtgenoot dat ze, terwijl hij zich slechts richt op zijn eigen genot, een spinneweb opmerkt dat ze van het plafond moet vegen en ze tijd heeft om na te denken over de herhaalde weigering van haar echtgenoot de sexuele daad zo lang te laten duren tot zij ook haar hoogtepunt bereikt, “alsof hij haar dat met opzet wilde onthouden.” En net zoals haar echtgenoot haar van een orgasme afhoudt, zo onderbreekt de oproep tot het gebed het zijne, en de man vertrekt. Na de afwas verliest ze zichzelf in gebed – zo veel plezieriger dat ze niet kan wachten tot het volgende gebed – en kijkt ze vanaf haar balkon uit over de straat. Ze onderbreekt haar dagdromen om plichtsgetrouw koffie te maken voor haar man zodat hij die na zijn dutje kan drinken. Als ze de koffie meeneemt naar hun slaapkamer om voor haar man een kopje in te schenken, ontdekt ze dat hij dood is. Ze maant haar zoon een dokter te gaan halen. “Ze ging terug naar de woonkamer en schonk de koffie voor zichzelf in. Ze was verbaasd hoe kalm ze was,” zo schrijft Rifaat.

In drie en een halve bondige bladzijden geeft Rifaat de lezer een drieëenheid van sex, dood en religie, een bulldozer die korte metten maakt met ontkenning en een defensieve houding in een directe aanval op het kloppend hart van vrouwenhaat in het Midden-Oosten. Niemand kan dit met zoete woorden verhullen. Ze haten ons niet vanwege onze vrijheden, zoals het uitgemolken, post 9/11 Amerikaanse cliché steevast beweerde. Wij hebben geen vrijheden want ze haten ons, zo zegt deze Arabische vrouw in niet mis te verstane bewoordingen.
  
Ja: Ze haten ons. En dat moet hardop gezegd worden.   
Sommigen zullen zich afvragen waarom ik deze kwestie nu naar voren haal, in een periode waarin de regio in opstand is

Een gevaarlijk experiment

De beste manier om een godsdienst pootje te haken is om er een staatsgodsdienst van te maken. Het verval van een godsdienst wordt dan onvermijdelijk – maar het gaat wel heel langzaam. In het begin ziet het er daarentegen juist mooi uit. De overheid gaat belastingpenningen gebruiken om de doelstellingen verwezenlijkt te krijgen die de religieuze leiders voor ogen staan. Prachtig natuurlijk, op korte termijn dan, en vervelend voor alle anderen. Maar wat voor effecten heeft het in de lange jaren die volgen?

De bevolking went er snel aan wanneer godsdienstige producten gratis zijn, althans via de overheid gefinancierd worden. Wie een kind laat dopen, denkt er niet meer bij na dat hij eigenlijk huur voor het

Ik vond dat zo dom dat ik zweeg.

J.J. Voskuil 
We gingen aan tafel, die midden in de tuin gedekt was. Terwijl we zaten te eten, werd het langzaam donker. Peer vertelde dat zijn moeder en zusje op bezoek waren geweest. Dat hadden we gezien. We praatten over zijn vader. Hij dacht dat zijn vader een beetje homosexueel was geweest. Ik vroeg of zijn moeder wel eens een ander had gehad. Zover hij wist niet.
'We hebben Shoa van Claude Lanzmann gezien,' vertelde Nicolien.
'Wij ook,' zei Peer. 'Prachtig!'
'Een van de mooiste films die ik ooit gezien heb,' vond Petrus. 'Nou ja, mooi, mooi is eigenlijk het woord niet.'
'Vond je dat echt?' vroeg ik.
'Jullie niet?'
Lannzmann
'Wij hadden er nogal wat bezwaren tegen, hè Maarten?'
'Ik vond het een rotfilm,' zei ik.
'Nee, een rotfilm vond ik het zeker niet.'
'Waarom vond je het dan een rotfilm?' vroeg Peer.
'Omdat hij met twee maten meet. Alle joden zijn goed en alle niet-joden zijn slecht.'
'Ik zou zeggen dat hij daar ook wel het recht toe heeft,' merkte Petrus op, 'na wat de joden is aangedaan.'
'Daar heb je natuurlijk nooit het recht toe.'
'Maar je wilt degenen die de joden dat hebben aangedaan toch niet

Opmerkelijke verhalen in verband met 4 en 5 mei

Heeft de herdenking van 4 mei nog wel draagvlak? Volgens een recent onderzoek van het Nationaal Comité 4 en 5 mei (opgericht in 1987) is dat zeker het geval. Ze wordt wel steeds meer gezien als een stilstaan bij niet alleen de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog maar ook bij gevallenen in oorlogen daarna. Het begrip oorlog, zo blijkt uit het onderzoek, wordt met name door jongeren ruimer geїnterpreteerd dan de Tweede Wereldoorlog. Maar de herdenking op zich is voor 85 procent van de bevolking belangrijk.

Iedereen kent de traditie volgens welke een middelbare scholier op 4 mei, daartoe uitgekozen, een zelf geschreven gedicht voorleest bij het monument op De Dam. Dit jaar gaat dit onderdeel van de herdenking niet

je moest geen ‘gekke dingen’ doen

Hans en ik hadden kinderen te verzorgen en gingen zelden alleen op reis. Maar in 1982 maakten we een vreemde trip naar de Sovjet-Unie. De glasnost was nog niet uitgevonden en veel Russische Joden vroegen tevergeefs een uitreisvergunning aan. De aanvraag alleen al was voldoende reden om de man of vrouw uit hun functie te zetten en ze een nederiger baan te bezorgen, zoals veger in een metrostation. Vanuit verschillende landen gingen Joden als zogenaamde toerist naar de Sovjet-Unie met als enig oogmerk de ‘refuseniks’ (die een uitreisvisum geweigerd was) te bezoeken en ze een hart onder de riem te steken, voor zover mogelijk.

In het diepste geheim werden mijn man en ik uitgezocht voor een dergelijke missie. Ver voor de

OIC/Islamophobia: OIC deplores Wilders’ Book


Hoewel de tekst zondigt tegen de Engelse grammatica (his author moet waarschijnlijk its author zijn) toch een machtig interessante en suggestieve verklaring van de OIC, de Organisation of Islamic Cooperation. De OIC is in Nederland nog te

‘Wir werden die Juden ausrotten, ausrotten, ausrotten.’

In 1941 fietste ik door de Rijnstraat, waar grote luidsprekers opgesteld waren die een rede van de Führer lieten horen. De overslaande stem krijste hysterisch: ‘Wir werden die Juden ausrotten, ausrotten, ausrotten.’ Op dat moment drong de werkelijke toestand in volle omvang tot me door. Ik nam een besluit: ik laat me niet ausrotten. Tegelijkertijd besefte ik dat het niet waarschijnlijk was dat ik me kon verbergen voor deze voortrazende, alles plettende stoomwals.

In de zomer van 1942 was er al zoveel vrijheidsbeperking dat ik mijn vakantie ‘vierde’ op

Samira Bouchibti verklaart kort, krachtig en effectief de sharia buiten de orde

“Laten wij, de gematigde moslims in het Westen, publiekelijk aangeven bondgenoot te zijn. En dat we daar veel voor overhebben. Bijvoorbeeld de moed om onze angst om voor afvallige te worden aangezien te overwinnen. Ik respecteer de Koran en de Profeet Mohammed, ik hoef de Profeet niet te ontheiligen om te zeggen wat ik wil. Voor mij is geloven liefde. De islam als religie moet zich ontdoen van dwang en onderdrukking en pal gaan staan voor sociale rechtvaardigheid en mensen-, dus mannen én vrouwenrechten.”

Met dit krachtige slotwoord sluit journaliste Samira Bouchibti haar nieuwe boek De islam, de moslims en

Underdog

Demissionair minister-president Mark Rutte kent alle opvattingen van Geert Wilders over de islam dus waarom zou hij het boek Marked for Death: Islam's War Against the West and Me van z'n collega-politicus lezen? Rutte vroeg zich dat desgevraagd hardop af in het radioprogramma 'Met het oog op morgen' van vrijdag 13 april jl. Tja, waarom zou hij? Om Wilders van repliek te kunnen dienen, wellicht? Zodat we ook eens horen wat Ruttes opvattingen over de islam inhouden? Lijkt me interessant want wie weet, weet Rutte iets dat