Er is eigenlijk niets zo leuk, mits je van tuinieren houdt, om zelf je planten op te kweken uit zaad. Dat geeft zo veel voldoening. Toen ik hier in dit dorp kwam wonen, nu al weer bijna vijf jaar geleden, kwam ik uit Den Haag. Met verwachtingen omtrent die gemoedelijke Brabanders. Laat ik er één ding over zeggen, ze zijn in Den Haag vele malen gemoedelijker dan hier. Daar praat iedereen tegen iedereen. In winkels bijvoorbeeld en op andere openbare plekken. Hier bewaren ze
de gemoedelijkheid voor mensen die ze goed kennen. Maar, ik dwaal helemaal af. Toen ik hier kwam wonen had ik geen tuin, nooit gehad ook. Wat weet je dan van tuinieren? Niets. Ik durf het bijna niet te zeggen maar ik wist niet eens dat-, en ook niet waar-, de zaadjes aan een plant zitten. O? U weet 't ook niet? Gelukkig dan ben ik in goed gezelschap. Op de plaats waar de uitgebloeide bloem zich bevindt, daar groeien de zaadjes. Het is dus zaak, de uitgebloeide bloemen te laten zitten als je zaadjes wilt verzamelen. Bij stokrozen bijvoorbeeld, worden dat een soort ronde platte doosjes waarin een heleboel zaadjes huizen. Net klappertjes. In het vroege voorjaar pak ik alle potjes die ik bewaard heb, want je kunt wat kwijt aan plantjes in een tuin van zo'n duizend m², en vul ze met potgrond. En dan begint het leuke werk. Zaadjes in de potjes, vier of vijf per potje, beetje zand erover en afdekken met plastic huishoudfolie zodat ze het lekker warm krijgen. Ik kijk niet op een potje of twee, dus meestal heb ik er wel een kleine driehonderd als het werk gedaan is. Lupinen, oost indische kers, afrikaantjes, cosmos, vingerhoedskruid en stokrozen zijn heel gemakkelijk op te kweken soorten. Stokrozen geven het tweede jaar pas bloemen, het eerste jaar kijk je tegen groene bladeren aan maar bloemen ho maar. En nu, is het 't tweede jaar! Langs een hoge heg staat nu een hele rij stokrozen te prijken. Dat zijn trouwens geen echte rozen hoor. Het zijn stevige groene stengels die met gemak bijna twee meter hoog worden waar vele bloemen aan komen. Een soort kelkjes als bij lavatera of surfinia's. Het wonderlijke van stokrozen is dat ze fier overeind blijven zonder opgebonden te hoeven worden of de steun van een hek nodig hebben. Elke ochtend als ik uit m'n keukenraam kijk, zie ik ze staan. In vele kleuren van bijna zwart en alle tinten rose. Van diep fuchsia-rose tot heel licht rose aan toe. Witte en gele stokrozen bestaan ook maar die heb ik op een andere plek staan. Nooit geweten dat tuinieren zo vreselijk leuk is en zo veel voldoening geeft. En dan heb ik het nog niet eens over onze kipjes en kuikentjes gehad. Als stadse deerne heb je toch maar heel weinig sjoege van hoe het in de natuur reilt en zeilt. Maar ik leer elke dag.
Met zo'n stukje geniet ik al van de tuin, zonder dat ik er een heb.
BeantwoordenVerwijderen