Mohamed Rabbae voert landelijk beraad met alleen zichzelf

Tijdens en na het Wilders-proces kregen we veel te horen over het Landelijk Beraad Marokkanen (LBM). Voorzitter Mohamed Rabbae woonde een groot deel van de rechtszaak bij, voerde het woord als benadeelde en liet zich bijstaan door de advocaten Ties Prakken en Michiel Pestman, die tevens namens de stichting Nederland Bekent Kleur (NBK) van René Danen het woord voerden.

LBM en NBK willen dat niet alleen de rechters maar ook de in hun ogen partijdige officieren van justitie in het proces worden vervangen. Ze zijn ‘geschokt’ door pogingen van VVD en PVV om de vrijheid van meningsuiting uit te breiden door het verbod op groepsbelediging in te perken. Beide organisaties doen mee aan een demonstratie tegen vreemdelingenhaat, komende zaterdag bij de Dokwerker in Amsterdam. Rabbae zal daar spreken als voorzitter van het LBM. De organisatoren roepen op tot ‘een kleurrijk en vreedzaam protest’ op grote afstand van het Museumplein, waar die zelfde middag een veldslag wordt gevreesd tussen aanhangers van de English Defence League (EDL) en agressieve ‘antifascisten’.

ANP en andere media nemen braaf de persberichten over die LBM-voorzitter Rabbae en woordvoerder Brahim Bourzik rondsturen. Maar wie of wat vertegenwoordigt de LBM? Daar valt moeilijk achter te komen, omdat het Landelijk Beraad Marokkanen geen website heeft waar we kunnen nagaan welke personen en organisaties bij dit beraad zijn aangesloten. Er zit weinig anders op dan het spoor terug te volgen.

Rabbae was tot 2002 een vooraanstaande leider van GroenLinks. Op zijn naam stond het mislukte duolijsttrekkerschap met Ina Brouwer. Daarnaast viel hij op door pleidooien om De Duivelsverzen van de door Iran met de dood bedreigde schrijver Salman Rushdie te verbieden. Het Rotterdamse GL-raadslid Bourzik organiseerde een groots afscheidsfeest voor de op een zijspoor gezette Rabbae. Bourzik maakte in Rotterdam naam als woordvoerder van de homovijandige imam Khalil el-Moumni en door een voorstel om de Maasstad te verfraaien met wegwijzers richting Mekka. Daarnaast ondernam hij samen met de radicale salafist Mohammed Cheppih en activiste Gretta Duisenberg een missie naar Libanon voor het Palestijns Platform voor Mensenrechten en Solidariteit (PPMS).

Het Landelijk Beraad Marokkanen deed voor het eerst van zich spreken in januari 2008 tijdens de hype rond Fitna. Woordvoerder Brahim Bourzik meldde dat ‘225 vertegenwoordigers van de Marokkaanse gemeenschap’ bijeen waren gekomen in verband met de koranfilm. Het eerste besluit was dat alle Marokkaanse moskeeën hun deuren voor iedereen wagenwijd zouden openzetten op de dag dat de Wilders-film zou uitkomen.

Enkele dagen later kondigde voorzitter Rabbae aan dat ’ruim tweehonderd Marokkaanse organisaties verenigd in het Landelijk Beraad Marokkanen' via de rechter een vervolging van ‘islamracist’ Wilders wilden afdwingen. Deze actie liep bijna synchroon met die van advocaat mr. Gerard Spong, die - daartoe rechtstreeks aangespoord door de participerende Nova-presentator Twan Huys - namens dertig Amsterdamse studenten een klaagschrift voorbereidde. Ook het NBK voerde op dat moment actie voor de vervolging van Wilders.

Rabbae pleegde namens een delegatie van het LBM overleg met de Iraanse ambassadeur om een boycot van Nederlandse producten te voorkomen. Hij schreef een opiniestuk voor het Parool en voerde in maart 2008 het woord op een door Nederland Bekent Kleur en de Internationale Socialisten georganiseerde antiracismemanifestatie in Amsterdam. Rabbae en Danen zijn sindsdien bijna onafscheidelijk.

Na alle opwinding vooraf bleek Fitna zwaar mee of tegen te vallen. Woordvoerder Bourzik reageerde opgelucht op de Wilders-compilatie. Volgens hem had de PVV leider goed nagedacht en was hij ‘binnen de grenzen van de wet gebleven’, aldus Metro (28 maart 2008). Kennelijk was deze uitspraak niet goed gecoördineerd met Rabbae (of met NBK-voorzitter Danen), want de LBM-voorzitter hield dezelfde morgen een persconferentie in de Ouma-moskee in Amsterdam-Slotervaart. Daar noemde hij Wilders ‘de regisseur van het kwaad’ en kondigde juridische stappen aan, zo meldde het Parool. Op 31 maart deed Rabbae inderdaad aangifte wegens Fitna.

Deze persconferentie (zie foto) was - voor zover ik kan nagaan - de enige gelegenheid dat Rabbae zich door anderen dan Bourzik liet vergezellen. Het gezelschap had achteraf gezien een hoog gehalte aan politieke islam. Achter de tafel zaten behalve Rabbae, volgens een fotobijschrift in het Nederlands Dagblad van 29 maart 2008, de volgende personen:

* Jongerenimam Yassin Elforkani. Hij preekt regelmatig in de Poldermoskee in Slotervaart. Hij is woordvoerder van de Raad van Marokkaanse Moskeeen in Nederland (RMMN), een regionale koepelorganisatie die wordt voorgezeten door FION-leider Yahia Bouyafa. Elforkani was in mei 2010 een van de organisatoren van een wetenschappelijk congres van Bouyafa’s FION, die een onderdeel is van de Europese federatie FIOE, ofwel (zo is in 2009 bevestigd door toenmalig minister van Binnenlandse Zaken Guusje ter Horst) de Moslimbroederschap in Europa.

* Elbakali Elkhammar, voorzitter van de Vereniging van Imams. Hij is tevens het enige Nederlandse lid van de European Council for Fatwa and Research (ECFR), de door de islamgeleerde Yusuf al-Qaradawi voorgezeten adviesraad, die onderdeel is van de FIOE. Al-Qaradawi geldt als de belangrijkste geestelijk leider van de Moslimbroederschap in het Westen.

* Aissa Zanzen. Vice-voorzitter van de Unie van Marokkaanse Moskeeën in Amsterdam en Omgeving (Ummao). In februari 2008 gaf Zanzen ‘namens FION’ toelichting op een brief, die FION-voorzitter Bouyafa stuurde naar Al-Qaradawi in verband met de Fitna-crisis. De FION wilde een koranwedstrijd organiseren om de negatieve beeldvorming rond de islam tegen te gaan, aldus Zanzen tegen Trouw (11 februari 2008). Zanzen was voorzitter van de in februari door een faillissement getroffen Nederlandse Moslimomroep (NMO), die in het leven is geroepen door de Nederlandse Moslim Raad van Bouyafa. Ummao-bestuurder Zanzen voegde zich op persoonlijke titel bij de benadeelden in het Wilders-proces.

* Yassmine el Ksaihi. Later voorzitter van de in september 2008 geopende Poldermoskee, die minder liberaal en vrijzinnig bleek te zijn dan lange tijd (en in veel gevallen nog steeds) door goedgelovige media werd aangenomen. De omstreden sharia-enthousiast Khalid Yasin kwam enkele keren op bezoek in haar moskee. Oprichter Cheppih trad overigens op als moderator tijdens bovengenoemd FION-congres.

* Mohamed Azahaf. Voormalig leider van jongerencentrum Argan, dat door koningin Beatrix werd bezocht na de moord op Theo van Gogh. Azahaf noemde ooit op zijn (inmiddels verdwenen) website de vernietiging van Amerika ‘een straf van Allah‘. Door PvdA-politica Fatima Elatik is hij naar Amsterdam-Oost gehaald om de radicalisering onder jongeren te bestrijden.

* Khalil Aitblal, opvolger van PvdA-politicus Ahmed Marcouch als woordvoerder van de moskeevereniging Ummao. De Pers omschreef Aitblal als ‘vroom en conservatief’. Marcouch en de Rotterdamse burgemeester Ahmed Aboutaleb zijn volgens verslaggever Kustaw Bessems ‘secularisten vergeleken bij de nieuwe generatie moslimleiders’.

Sinds deze persconferentie is de LBM weer een tweemanschap van Rabbae en Bourzik. De voorzitter haalde in de nasleep van Fitna alle media door de tijd rijp te verklaren voor een moslimpartij, een islamitische tegenhanger van het CDA. Deze proefballon is in onbekende richting weggewaaid.

Bij omstanders bestond in het voorjaar van 2008 de indruk dat het LBM een tijdelijke aangelegenheid was, die aan de kalmte rond de verschijning van Fitna had bijgedragen. Rabbae en Bourzik gingen echter door met hun organisatie. Ze hadden immers een ideaal platform gevonden voor media-aandacht. Het LBM nam, kort na de Gaza-oorlog, deel aan de jaarlijkse Auschwitz-herdenking. Bourzik leverde gepast commentaar op de benoeming van Aboutaleb in Rotterdam. Rabbae verzuimde in april 2010 niet om als LBM-voorzitter de bezoekers van het jaarlijkse Marxisme Festival van de Internationale Socialisten nog eens in te prenten dat Wilders ‘een kleine Hitler’ is.

Voor de Amsterdamse rechtbank mocht Rabbae afgelopen week optreden als benadeelde. Hij sprak namens het Landelijk Beraad Marokkanen. Ondertussen dringt zich steeds meer de vraag op: namens wie eigenlijk spreekt Rabbae? Waar en wie is zijn achterban? Los van de eenmalige persconferentie met de Moslimbroeders ter gelegenheid van Fitna manifesteerde het LBM zich alleen via voorzitter Rabbae en zijn vriend Bourzik. Van de andere deelnemers en organisaties is nooit meer iets vernomen.

De buitenwacht mag misschien denken dat Rabbae spreekt namens 225 personen en organisaties. De onontkoombare conclusie is echter dat hij alleen maar in beraad is met zichzelf.

Carel Brendel

(Voor dit artikel heb ik gebruikt gemaakt van de in totaal 100 artikelen, die in de landelijke dagbladen zijn verschenen over het Landelijk Beraad Marokkanen)

6 opmerkingen:

  1. "De buitenwacht mag misschien denken dat Rabbae spreekt namens 225 personen en organisaties. De onontkoombare conclusie is echter dat hij alleen maar in beraad is met zichzelf."

    Mijn conclusie is dat Mohammed Rabbae een pion is van de "Moslimbroederschap".
    Ik zou dan ook graag uitgezocht zien waar hij zijn inkomen vandaan haalt.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Rabbae is een van de grootste vijanden van de vrijheid van meningsuiting in Nederland, een gevaarlijk man. Het zou een ware zegen voor de emancipatie van de gewone Marokkaan als individu zijn als zij zich niet meer langer lieten vertegenwoordigeren door deze onbenoemde woordvoerders van de islamitische dogmatiek.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. @Maurits Dekker

    Die conclusie trek ik nog niet, maar ik signaleer wel dat er rond de verschijning van Fitna een nauwe samenwerking was tussen Rabbae en mensen die banden hebben met de Moslimbroederschap.

    Over de samenwerking tussen extreemlinks en de politieke islam heb ik overigens een bijdrage geschreven voor het dikke islamboek, dat onlangs in België is uitgekomen.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Gek dat zo veel 'progressive weet-je-wels' het menen op te moeten nemen voor muslimbroeders als Mohamed Rabbae, misschien omdat ze bv. prettige hervaringen of illusies hebben op hun werk of als buren, dat is menselijk zeer begrijpelijk.
    Maar daarbij raakt iets 'principieels' uit zicht, wat voortdurend op de achtergrond speelt en dus de oorzaak van vele misverstanden en maatschappelijke ellende blijkt te zijn:
    Is de Islam soms incompatible met onze westerse 'seculiere beschaving', gezien de alomvattende maatschappelijke ambities en praktische gevolgen, die dan in strijd zijn met fundamentele mensenrechten zoals bv. vrijheid van meningsuiting?
    Is er dan soms tenminste een islamitisch land waar de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens die in 1948 door de Verenigde Naties zijn aangenomen ook daadwerkelijk respekteerd word?
    Nee dus...helaas.
    De reden is opmerkelijk simpel, want dat strookt niet met de sharia, die onvermijdelijk voortvloeit uit de autoriteit van de koran voor mens en maatschapij!
    Een stukje recente geschiedenis maakt dat zeer duidelijk:
    sinds meer dan 20 jaar probeert de Organisatie van de Islamitische Conferentie (OIC) mensenrechten vanuit islamitisch grondslag te wijzigen.
    Basis is de zgn. Caïro-verklaring van de mensenrechten in de islam uit 1990.
    "De OIC beschouwt de verklaring als een richtsnoer voor haar leden op het gebied van de mensenrechten; de verklaring heeft echter (nog) geen volkenrechtelijke status. De Caïro-verklaring wordt gezien als het islamitische antwoord op de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens die in 1948 door de Verenigde Naties zijn aangenomen.

    De Caïro-verklaring wijkt op essentiële punten af van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Voorbeelden zijn:
    - De vrijheid van meningsuiting komt bijvoorbeeld terug in artikel 22 en wordt hier beperkt tot meningsuitingen die in overeenstemming zijn met de sharia;
    - Er zijn zeer ongelijke rechten voor mannen en vrouwen. Artikel 6 vermeldt dat de vrouw haar eigen rechten en plichten heeft en dat de man voor het onderhoud van de familie dient te zorgen;
    - Er is geen vrijheid van godsdienst. Artikel 10 verbiedt expliciet het beoefenen van of bekeren tot een andere godsdienst dan de Islam; artikelen 19 en 22 bespreken straffen voor afvalligen.

    De laatste 2 artikelen (24 en 25) van de verklaring geven aan dat àlle artikelen in de verklaring volledig ondergeschikt zijn aan de sharia:
    - Art. 24: 'Alle rechten en vrijheden genoemd in deze Verklaring zijn ondergeschikt aan de Islamitische sharia.'
    - Art. 25: 'De Islamitische sharia is de enige referentiebron ter uitleg en verduidelijking van alle artikelen van deze Verklaring.'

    Bron:
    http://nl.wikipedia.org/wiki/Caïro-verklaring_van_de_mensenrechten_in_de_islam

    De Universele verklaring van de rechten van de mens (UVRM) wordt zo dus grotendeels krachteloos gemaakt...
    Dit zal menigeen hopelijk de ogen openen, waarom het woord incompatible helaas op zijn plaats is.

    Refke

    BeantwoordenVerwijderen
  5. @u,

    Een volkomen juiste analyse en het maakt helemaal niet uit of je Turkse buurman aardig is of niet, het gaat om het machtssysteem dat de islam is en als dat ding invloed krijgt, nemen de mensenrechten gewoon af,

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Ben het met de vorige sprekers eens. De Islam mist de democratie in leven. Net zoals alle fundamentalistische geloven. En wie hier niet met westerse maatstaven en gebruiken kan leven moet heel gauw teruggaan naar land van herkomst

    BeantwoordenVerwijderen